Klokkenluider onthult nieuwe feiten over Energy Charter Treaty

Eerdere artikelen
Ik heb op deze site al eerder artikelen geschreven over het Energy Charter Treaty (ECT). Dat is een op fossiele energie toegesneden verdrag dat in de grotere klasse hoort van vrijhandelsverdragen als TTIP en CETA (deze woorden als zoekterm leveren op deze site meer verhalen op). Een illustratief verhaal gaat over Vattenfall in Hamburg op https://www.bjmgerard.nl/?p=2960 .
Dit artikel kan gelezen worden als update van het eerdere artikel over het ECT op deze site, op https://www.bjmgerard.nl/?p=14427 .

Klokkenluider over het ECT
Yamina Saheb werkte tot 2018 op het secretariaat van het ECT, waarna ze uit protest opstapte.
Ze stapte met veel informatie naar d Engelse krant The Guardian. Die schreef op basis daarvan een artikel op 03 november 2021 “Secretive court system poses threat to Paris climate deal, says whistleblower“ Dat is te vinden op https://www.theguardian.com/environment/2021/nov/03/secretive-court-system-poses-threat-to-climate-deal-says-whistleblower  .
Bij het artikel hoort een explainer “Why activists fear little-known treaty could slow fossil fuel phase-out“ en dat is zelfstandig te vinden op  https://www.theguardian.com/environment/2021/nov/03/why-activists-fear-little-known-treaty-could-slow-fossil-fuel-phase-out .

Saheb is tevens medeauteur van het IPCC-rapport over mitigatie.

Dr Yamina Saheb

De inhoud
De hoofdgedachte is dat grote fossiele energiebedrijven het ECT gebruiken om miljarden aan schadevergoeding te eisen van regeringen die hun fossiele installaties willen uitfaseren, of zelfs die nog niet gebouwde installaties tegen willen houden. We spreken dat over zeer vele miljarden. Zoveel, dat het Akkoord van Parijs er onuitvoerbaar door zou kunnen worden.

In Nederland bijvoorbeeld wil RWE €1.4 miljard voor de sluiting in 2030 van hun kolencentrale aan de Eemshaven uit 2015, en zo wil Uniper tussen de €0.85 en 1.0 miljard voor idem op de Maasvlakte.
Nu is Nederland wel stom geweest om de aan deze jaren voorafgaande periode zoveel kolencentrales toe te staan en zelfs aan te moedigen, en dat genoemde grote ondernemingen geld willen zien is op zich te volgen. Maar normaliter zou het conflict dienen onder gangbaar Nederlands recht en niet onder schimmige arbitragehoven, die zeer eenzijdig allerlei juridische mogelijkheden wel en moeilijkheden niet hebben waar de normale rechtsgang wel mee te maken heeft. Alles verloopt bijvoorbeeld achter gesloten deuren. Het is een parallel juridisch traject (zie het verhaal over Vattenfall in Hamburg).

Kolencentrale Eemshaven_04aug2019_ef

Vanaf de feitelijke start in 1998 (het verdrag is in 1994 getekend) zijn er onder het ECT minstens 142 zaken tegen regeringen aangespannen, maar waarschijnlijk zijn het er meer omdat er geen registratieplicht is, zelfs niet bij het ECT-secretariaat.

Saheb schat in dat investeerders, opgeteld tot 2050,  zullen proberen €1300 miljard bijeen te sprokkelen in het rechtsgebied van het ECT, waaronder 54 landen vallen.
In 49% van de zaken wint de aanklager, in 39% wint de aangeklaagde regering, en de resterende 12% zal wel gemengd zijn (staat er niet bij).

De ironie (zij het een bittere) van het ECT is dat het ooit opgericht is om Westerse investeerders zekerheid te geven dat ze zich zonder risico’s meester konden maken van de fossiele brandstofvoorraden in de voormalige Oostbloklanden. Aanvankelijk bleek het verdrag niet nodig, want er gebeurde nauwelijks iets.
De eerste keer dat het wel gebeurde was toen dictator en boef Poetin ruzie kreeg met roofkapitalist Khodorkovsky die teveel politieke aspiraties had, toen voor €50 miljard onteigend werd, en dat met het ECT probeerde terug te draaien de zaak loopt nog steeds. Poetin heeft het ECT overigens niet geratificeerd.

Nieuwe Uniper kolencentrale Maasvlakte

Voor de eeuwwisseling richtte het ECT zich meestal tegen regeringen in midden- en oost-Europa en midden-Azié, Met de verduurzamingstrend hapt de ECT-hond steeds vaker naar het West-Europese baasje. Na 2014 richt tweederde van de klachten zich tegen regeringen van lidstaten van de EU. Een soort Frankensteinmonster…
Inmiddels horen de regeringen in de midden-Aziatische lidstaten tot de felste verdedigers van het ECT. Immers, het maakt het moeilijker om ze als leverancier aan de dijk te zetten.

De opzegtermijn van het ECT is 20 jaar.

Zie ook https://www.reuters.com/legal/litigation/energy-lawsuits-pact-seen-threatening-paris-climate-deal-2021-10-01/  en https://eutoday.net/news/politics/2021/energy-charter-treaty-drama-deepens .

Weg met de mythes rond het Energy Charter Treaty – dat hoort in dezelfde spelonken als TTIP en CETA – update met RWE

Het Transnational Institute heeft een brochure uitgebracht over het Energy Charter Treaty (ECT). Dat is een verdrag dat thuishoort in de hoek waar ook TTIP en CETA zitten, maar dan multilateraal en alleen gericht op energiezaken in brede zin.

Velen zijn bezorgd dat het ECT dringende klimaatmaatregelen ondermijnt.
De oppositie tegen het ECT groeit snel. In oktober 2020 stemde het Europees Parlement voor het beëindigen van de bescherming van de ECT voor fossiele brandstoffen. In november riepen 280 parlementsleden de Europese Commissie en de EU-leden op om “wegen te verkennen om zich gezamenlijk terug te trekken”. In december hebben meer dan 200 klimaatleiders en wetenschappers deze eis herhaald door het ECT “een belangrijk obstakel” voor de overgang naar schone energie te noemen. Achter de schermen van de Raad hebben ook EU-lidstaten als Frankrijk, Spanje en Luxemburg de mogelijkheid van terugtrekking aan de orde gesteld als het ECT zich niet aan het klimaatakkoord van Parijs kan houden. België heeft zelfs het Europese Hof van Justitie gevraagd of het ECT überhaupt in overeenstemming is met de EU-wetgeving.

De begunstigden van het ECT onwaarheden vertellen verhalen over hoe het ECT schone investeringen aantrekt en hoe de ‘modernisering’ van het verdrag eventuele gebreken zal verhelpen.
Het Transnational Institute gelooft daar niets van. integendeel, stelt het Transnational Institute: machtige belangen maken zich op om het verdrag te verdedigen – en zelfs uit te breiden naar nieuwe staten, met name in Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Tot deze belangen behoren de fossiele-brandstoflobby, die zijn machtige juridische privileges wil behouden; advocaten, die miljoenen verdienen aan het bepleiten van ECT-zaken; het ECT-secretariaat, dat nauwe banden heeft met beide industrieën en waarvan het voortbestaan afhangt van de voortzetting van het verdrag – en de lijst is nog lang niet klaar.

In deze kolommen is het ECT al eens aan de orde geweest naar aanleiding van de elektriciteitscentrales in Hamburg zie kolencentrale Vattenfall Hamburg

De brochure is te downloaden op https://www.tni.org/en/ect-mythbuster .

RWE gebruikt Energy Charter voor compensatie sluiting kolencentrale Eemshaven

RWE moet in 2030 de kolencentrale in de Eemshaven sluiten. Die draait pas sinds 2015. Het is een grote, moderne en efficiente centrale die aanvankelijk gebouwd is onder de veronderstelling dat de CO2 opgevangen zou worden en in de grond opgeborgen. Dat is er nooit van gekomen.

Nu wil RWE €1,4 miljard compensatie. Daartoe is RWE naar het internationale tribunaal ICSID gestapt (International Center for Settlement of Investment Disputes). Dat valt onder de Wereldbank. RWE en Nederland benoemen elk een arbiter en beide samen benoemen een voorzitter.
Dat dat zo kan, is omdat Nederland het Energy Charter Treaty getekend heeft. Eigenlijk was dat bedoeld om Nederlandse energiebedrijven te beschermen tegen nationalisatie in Rusland (een erkende boevenbendestaat), maar nu wordt het dus door RWE tegen Nederland gebruikt. Het kan verkeren.

RWE had ook gewoon naar de Nederlandse rechter kunnen stappen, maar waarschijnlijk had die meer belangen afgewogen dan alleen maar dat van de onderneming. Bij de ICSID loop je als bedrijf dat risico minder.

Overigens had RWE best wel kans gemaakt tegen de Nederlandse staat. Die heeft er in een tijd die kort achter ons ligt, maar wel geheel anders was, er juist voor geijverd dat er nieuwe kolencentrales kwamen. De woede van RWE over de Nederlandse staat is te begrijpen.
Dat RWE wint bij de ICSID, staat niet bij voorbaat vast (aldus Ankersmit, universitair docent Europees recht aan de UvA in de NRC van 06 feb 2021), maar de winst is wel waarschijnlijker dan hij dat bij de Nederlandse rechter geweest zou zijn.

Overigens kost de procesgang jaren en miljoenen. Geen rechtsgang die voor noemale mensen en organisaties toegankelijk is.

Eemshaven_04aug2019_ef