De Catharinakerk in Eindhoven heeft twee torens van elk 73m hoog en op beide nestelen slechtvalken. Dat met enige menselijke ondersteuning, want eerst nestelden ze jaren achtereen op het gebouw van de Technische Dienst, tot dat gesloopt/gerenoveerd moest worden. Er moest wat en zodoende kwam de Catharinakerk in beeld, bij de slechtvalken al bekend als uitkijkpost. Het zijn trouwe kerkgangers.
Als je ze wil begluren, moet je naar http://eindhoven.peregrines.nl/ . Daar komen wat foto’s vandaan. Volgens deze site komt hij uit De Mortelen (het platteland tussen Eindhoven, Tilburg en Boxtel), en is zij een ongedocumenteerde Belgische immigrante. ’t Is wa.
Sinds er geen DDT meer gespoten wordt, is de slechtvalk met een opmars bezig. De grote stad is een ideale biotoop.
Geheel belangeloos was deze menselijke empathie niet (is hij trouwens wel vaker niet), want de slechtvalken houden de kauwtjes- en duivenpopulatie in toom. De Schreeuwjezus voert de duiven en de duiven voeren de slechtvalk, zodoende. En af en toe gaat er een afgekloven karkas over de rand.
Het dier discrimineert niet, want vreet alles wat vliegt. De legende wil dat hij/zij in duikvlucht een zwaluw uit de lucht kan plukken of een eend uit het water (dat zal dan wel niet in duikvlucht zijn). Wikipedia meldt dat men bij een afgerichte slechtvalk de snelheid heeft kunnen meten en dat die 389km/uur bedroeg (https://nl.wikipedia.org/wiki/Slechtvalk ) .
Maar stadskauwtjes en stadsduiven zijn eenvoudiger, dus waarom aan een zwaluw beginnen?
Van die nestkasjes kwamen kinderen en de broedzorg is roerend, behalve vanuit het perspectief van de duif.
Zo’n kind kon al goed genoeg vliegen om niet vanaf 73m dood neer te vallen, maar nog niet goed genoeg om vanaf de grond weer op te stijgen. Dus stapte het beest op een dag in het voorjaar van 2018 plompverloren de Rambam binnen, waarop publiek en personeel in deze spijkerbroekenwinkel ijlings het hazenpad kozen. Mogelijk ook in paniek (dat vermeldt het verhaal niet) stiefelde het dier op zijn grote platvoeten twee winkels verderop naar binnen, waar de inmiddels gealarmeerde vogelaar hem/haar kon vangen.
Die zette het dier ergens hoog op een rand van de toren, waarop het duikend vaart kon maken en weer terug kon keren op het nest. Mogelijk leeft het nog lang en gelukkig.