De HAASheat-financieringswijze van hybride warmtepompen

Het blad Installatieprofs publiceerde op 26 oktober 2021 een artikel over een nieuwe wijze van financieren van hybride warmtepompen, het HAASheat-concept. Zie Hybride warmtepompen nu als variant op fietsplan. Ik neem het artikel onder dankzegging over.
De kern van de zaak is dat het via de werkgever werkt, via de Werkkostenregeling WKR, net zoals het fietsplan of PCprivé-project.

Een hybride warmtepomp is zoiets als een ondersteuning van de CV-ketel. Hij haalt de warmte uit de buitenlucht en verwarmt daar meestal het huis mee, behalve als het heel koud is of als er warm tapwater nodig is.

Ik ben niet bij HAASheat betrokken en ken de praktijk van de organisatie niet – een disclaimer dus. Maar het is een initiatief van grote spelers in de sector als : Remeha, Atag, Itho, Daikin, Nefit en Vaillant, en van Ernst & Young.
Nog een disclaimer: een warmtepomp is geen oplossing voor alles en stelt eisen aan de woning.

Verder: uw gemeente is met de Transitie Visie Warmte bezig. Mogelijk komt uw wijk binnen afzienbare tijd aan de beurt voor een gemeentelijke aanpak. Dan ligt het verhaal anders.
Ik ken op dit moment alleen de inspraakversie van de Transitievisie van mijn gemeente Eindhoven. Dat ziet er zo uit:

Uit de inspraakversie van de Transitievisie Warmte van Eindhoven de routekaart
Uit de inspraakversie van de Transitievisie Warmte van Eindhoven de warmtekaart

Grote delen van Eindhoven komen op papier niet voor 2035 aan de beurt (en in praktijk mogelijk nog later). Daar kan een hybride warmtepomp zin hebben. Maar het kan ook gebeuren dat de gemeente een warmtenet in uw wijk wil aanleggen. Dat geeft andere overwegingen.

Zoek het dus goed uit en ga niet blind met de HAASheat-gedachte in zee. Maar het kan geen kwaad om in elk geval op https://haasheat.com/ te gaan kijken.



26 okt 2021

‘Hybride warmtepompen nu als variant op fietsplan’                       

Duurzaamheid wordt beleden met de portemonnee en daarbij is de lange terugverdientijd soms een reden om te wachten met aanschaf van besparende oplossingen. Door gebundelde krachten van de zes grootste warmtebronproducenten en fiscale ondersteuning van Ernst and Young (EY) is daar nu een simpele oplossing voor. Het HAASheat-concept werkt namelijk net als het welbekende fietsplan of pc privéproject bij bedrijven.

Vrije dagen inruilen tegen een hybride warmtepomp, dat is het idee. HAASheat is de naam van het concept, oftewel Heating As A Service. Gevat in een complete web-portal die de geïnteresseerde en potentiële gebruiker geheel ontzorgt met de informatie, calculatie, juiste bedragen of vrije dagen met fiscale voordelen op maat, subsidie, videoschouw vooraf en contact met installateurs. HAASheat stelt het platform ter beschikking aan alle ondernemers in de duurzame industrie, zodat men deze complexe, maar gebruiksvriendelijke website niet zelf hoeft te ontwikkelen.

Experts van EY zijn betrokken bij de fiscale adviezen en goedkeuring. Evenals de zes grootste producenten van warmtebronnen: Remeha, Atag, Itho, Daikin, Nefit en Vaillant. Vanwege het vernieuwende en universele karakter van HAASheat wordt het goed ontvangen in de financiële- en duurzame industrie.  




Hybride warmtepomp met CV-ketel. Deze is van Daikin Altherma, maar dat is een toevallig voorbeeldplaatje van de eerste de beste website

Hulpje van de cv-ketel
De aanschaf werkt hetzelfde als een fietsplan of een pc privéproject: via de werknemersvoordelen kan er een 50% reductie op aanschaf plaatsvinden. Men bespaart 500 tot 1000 euro per jaar. Normaal gesproken betaalt men voor deze hybride warmtepomp inclusief installatie circa €50 per maand. Door middel van extra HAASheat werknemersvoordelen bespaart men geld en kost het slechts €20 – €29,95 per maand. Er kan ook betaald worden met vrije dagen, waardoor de voordelen nog groter kunnen worden. Hierdoor wordt de terugverdientijd teruggebracht naar 2 tot 5 jaar in plaats van 8 tot 12. Te berekenen in de calculator op de HAASheat website.

Ook buiten de WKR (Werk Kosten Regeling)
Mede door corona zijn er veel vrije dagen opgebouwd, die zo ingezet kunnen worden als betaalmiddel voor deze verduurzaming. Want men kan buiten de WKR (als die vol is met bijvoorbeeld een feestavond of een kerstpakket) betalen met vrije dagen. Dan kost het verder niets, ook niet voor de werkgever.

De hybride warmtepomp is geschikt voor 3 miljoen woningen in Nederland en is veel voordeliger dan de volledig elektrische warmtepomp. Het past in elke woning met een cv-ketel, ongeacht het merk, en is ook in 1 dag geplaatst. En door zijn prestatie om tot 70% minder gas, kosten en CO2 te leveren, goed voor de versnelling van de energietransitie. Bovendien wordt de woning meer waard door een verbeterd energielabel.


Na de implementatie van HAAS volgen SAAS en ISOLAAS, hetzelfde concept voor zonnepanelen en isolatie, met een 50% korting voor de eigenaar van de woning. 

Van Ibis tot halsbandparkiet, van alles te zien in Overvecht! (update 17 aug 2021)

(Dit artikel is een redactionele bewerking van een artikel uit mei 2018, met een flink stuk aanvulling op basis van nieuwere informatie)

Mijn zwager woont 10-en-een half hoog in een flat in de Utrechtse wijk Overvecht-Zuid. Mijn vrouw en ik hadden er begin mei 2018 een genoeglijk familiebezoek. De ontvangst was prima.

Mijn zwager kan als het ware vanaf zijn flat een aanschouwelijke cursus geven in renovatie en moderne energietechnieken, vooralsnog experimenteel.
Als je de ene kant opkijkt zie je de Arabelladreef-flat van de woningbouwvereniging Portaal, die levensloopbestendig gerenoveerd is en tientallen zonnepanelen op zijn platte dak heeft.
Kijk je de andere kant op, dan zie je de experimentele energie-aanpassingen aan de Henriettedreef, met een Ibis Powernest op het dak (vooralsnog demo).


Om de hoek ligt de Camera Obscuraflat, waar een energieneutrale pilot gerealiseerd is waarover ik al eerder geschreven heb (zie Nul op de Meter – woningen ).
Kijk je omlaag, dan zie je in de boomkruinen in de urban jungle aan je voeten een hele zwerm halsbandparkieten.

Kortom, er valt van alles te zien in Overvecht-Zuid.

Dit alles is nog kleinschalige Spielerei. Het echte werk moet plaatsvinden in de aangrenzende wijk Overvecht-Noord, waar in 2030 de gasleidingen vervangen moeten worden. De bedoeling is dat er geen gasleidingen terugkomen en dat roept een hoop vragen op bij de bewoners, vooral over waar ze dan aan in plaats van af moeten. Zie www.utrecht.nl/wonen-en-leven/duurzame-stad/energie/utrecht-aardgasvrij/overvecht-noord-aardgasvrij/ .

Maar ik wil het nu hebben over de Henriettedreef van de woningbouwvereniging Bo-Ex, want die experimenteert nu het interessantste.

De Henriettedreef
Bo-ex wilde regulier groot onderhoud doen aan deze flat. Er moesten nieuwe kozijnen met warmtewerend glas in, waardoor  vocht en tocht tot het verleden gingen behoren en de flats  ‘s zomers 2 graden koeler moesten worden. Om schimmel tegen te gaan, kregen bewoners een mechanisch- en vraaggestuurd ventilatiesysteem. De isolatie werd verbeterd. Door dit alles zou het energielabel van C/D naar B gegaan zijn.

Naast deze conventionele maatregelen wilde het consortium zeer experimentele maatregelen, die, bovenop het B-label, de flat energieneutraal of beter maken.

Bo-ex wilde experimenteren richting energieneutraal in 2019 en ging samenwerken in het consortium Inside Out, met daarin, naast Bo-ex, Nefit-Bosch Thermotechniek, Alkondor Hengelo, Bos Installatiewerken, LomboXnet, architectenbureau cepezed, Universiteit Utrecht en Hogeschool Utrecht, onder leiding van het Utrecht Sustainability Institute. Het project is mede gefinancierd door TKI Urban Energy uit de Toeslag voor Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) van het Ministerie van Economische Zaken.

Inside Out renovatiesysteem
Inside Out integreert installatiecomponenten zoals verwarming, ventilatie, isolatie en warm water tot drie multifunctionele bouwdelen en combineert deze met duurzame energieopwekking en lokale energieopslag in elektrische deelauto’s. De bouwdelen worden aan de buitenzijde van de flat geplaatst, vandaar de naam ‘Inside Out’. Dankzij duurzame energieopwekking en lokale energieopslag vermindert de piekbelasting op het net en profiteren bewoners van lage woon- en mobiliteitslasten. Het project betrekt nadrukkelijk bewoners bij het project; het gaat immers over hun woning. Tot slot wordt gewerkt aan de bijpassende financierings- en verdienmodellen. Het Inside Out-systeem wil zo een bijdrage leveren aan de seriematige renovatie van 250.000 hoogbouwwoningen tot energieleverende wooncomplexen in Nederland
.


De flat (58 woningen) heeft een grote kopse kant op het Zuidwesten. Daar zijn als eerste maatregel al een paar jaar geleden 108 zonnepanelen tegen aan geplakt en een display. Deze zonnewand is relatief groot en ziet er spectaculair uit, maar is tegenwoordig standaardtechniek.


Update dd 17 aug 2021
Een chronologisch overzicht is te vinden op https://tki-inside-out.nl/duurzame-renovatie-henriettedreef/ . Op 26 april 2018 (dus voordat de feitelijke renovatie annex opwaardering begon) is daar het eindoverzicht van de eerste fase te vinden, met cijfers.
De Henriettedreef is een Intervam-flat. Daar zijn er heel veel van in Nederland.
Het eindoverzicht noemt 55000 appartementen (500 a 1000 flatgebouwen) in verschillende systeembouwtypes waaronder Intervam, die op marktcondities op deze wijze aangepakt kunnen worden.
De meerprijs van de energieneutraliteit t.o.v. alleen maar een label B-renovatie bedraagt 38 tot 50 k€ per appartement.

Inmiddels is de renovatie voltooid. Het energiesysteem waarmee men begonnen is is niet meer dat waarmee men uiteindelijk geëindigd is. Maar het was dan ook een experimenteel proces.
Bij het begin van het proces stond er een IBIS Powernest op het dak (een combinatie van een kleine vertikale as-windmolen in een kubusachtig gebouw, bedekt met zonnepanelen).  Uiteindelijk is het Powernest verdwenen. De gemaakte afwegingen worden niet vermeld.
Als ik nu (juli 2021) vanaf het balkon van mijn zwager naar de Henriettedreef kijk, zie ik deze constructie:

Henriettedreef, Utrecht
Stalen dakconstructie voor zonnepanelen met daraonder warmtepompen

De typische dakconstructie bestaat helemaal uit zonnepanelen. Ook de gevels en de balkonafschottingen wekken energie op.
Onder de dakconstructie staan warmtepompen.
De flat is all-electric met lage Temperatuur-verwarming. Er is geen aansluiting meer op de stadsverwarming of het gas.

Een persbericht van dat men bezig is modulaire gevelelementen te plaatsen: https://boex.nl/News/3452/eerste-slimme-gevel-geplaatst-henrittedreef .

Het persbericht na voltooiing is te vinden op www.boex.nl/News/4146/eerste-energieleverende-hoogbouwflat-aan-de-henrittedreef-in-utrecht-opgeleverd–persbericht .
Het persbericht presenteert onderstaande foto:

Henriettedreef, Overvecht, Utrecht na oplevering renovatie en energieconstructie

Er staan een kwart miljoen vergelijkbare hoogbouwflats in Nederland.


IBIS Power
IBIS Power heeft het “powernest” ontwikkeld. Dat is een combinatie van een kleine Darieus/Savonius vertikale as-windturbine, die in een soort kubus zit met daarin sleuven die turbulentie verminderen en de wind concentreren.  Op de kubus is plaats voor zonnepanelen.
Het ontwerp is dus modulair.

Schema van IBIS Powernest

Zie www.ibispower.eu .

Op de Henriettedreef-flat staat vooralsnog een experimenteel exemplaar van 700W met één zonnepaneel van 295Wp.
De standaardversies heten Powernest 1.0 en idem 2.0 .

Het is allemaal kakelvers en dus is het nog niet mogelijk veel over de prestaties te zeggen. Op de website staat een filmpje, waarin de directeur spreekt over een voorlopig onderzoek van 11 augustus t/m 31 oktober 2017 (samen 81 dagen). De afbeeldingen zijn stills uit het filmpje.

Gemeld moet worden dat het in Utrecht relatief niet hard waait.

Prijzen worden niet genoemd.

Volgens het bedrijf zijn de bewoners tevreden en hebben ze geen last van herrie of trillingen.

Windsnelheid- en opbrengst van de demoversie op de Henriettedreef van 11aug-1 nov 2018

Zie de afbeelding hierboven.
Te zien is dat de machine begint te draaien bij een windsnelheid van 2,0 m/sec. Het is lastig om in deze figuur te schatten wat de gemiddelde opbrengst is (rechteras), maar die zal ergens rond de paar tiende kWh per dag zitten. Ik reken even met 0,3 kWh/dag, dus ergens rond de 110kWh/jaar.

Onderstaande grafiek geeft de gemeten opbrengst voor zon en wind samen. Even met de natte vinger 400kWh per jaar (dus het meeste van de zon).

Opbrengst van zon en wind samen op de Henriettedreef van 11 aug tot 1 nov 2018

Dat is niet veel, maar het is dan ook een demo-machine. Zou je hetzelfde doen met de zwaardere Powernest 2.0 , dan moet dat volgens het bedrijf 13200 kWh/jaar opleveren (zie hieronder). Ik kan de omrekening van het kleine naar het grote niet controleren, maar ik denk dat het van zon en wind samen is en dat de meeste energie van de zonnepanelen op de module komt.

Prognose wat de Powernest 2.0 zou opbrengen

Per Henrietteflat zou één full scale Powernest 2.0 – module dus zo’n 225kWh per jaar leveren. Samen met de vertikale wand moet men dan op ca 650kWh per flat per jaar uitkomen.
Misschien kan men meer Powernesten installeren, maar dat hangt van teveel factoren af waar ik geen zicht op heb.

Ik ben tot nu toe sceptisch over kleine windturbines en vooralsnog heeft de IBIS Powernest mij daar nog niet van afgeholpen. Het voornaamste effect zou wel eens kunnen zijn dat het overstekende dak van de module meer plaats biedt aan zonnepanelen als anders het geval zou zijn geweest.

Milieu Centraal noemt als gemiddeld stroomverbruik voor een eenpersoons huishouden 1930kWh/y en voor een tweepersoonshuishouden 3010kWh/y . Daar komt de stroom nog bij voor de verwarmingsinstallatie (moet vroeg of laat een warmtepomp worden met warmte-koude opslag), de lift, de noodverlichting etc. Met alleen een IBIS Power 2.0 en een heleboel zonnepanelen en opwaardering tot label B komt men er bij de Henriettedreef-flat niet.
Maar het consortium heeft nog meer onconventionele plannen. Voor een totaaloordeel is het nu te vroeg.

Aanvulling dd 12 mei2018: in een artikel in Duurzaam Gebouwd van januari 2018 wordt door de directeur voor de Powernest 2.0 een prijs genoemd van €55000 .
Hij noemt daar een energetische opbrengst aan zon en wind samen van tussen de 19000 en 30000kWh per jaar. Dat is na een verbetering van de prestatie met 30%. Die 13000kWh uit de tabel zal dan wel een wat ouder cijfer zijn.

De windunit van de IBIS vóór plaatsing op de Henriettedreef

ZON VOOR IEDEREEN – plan SP

Op 22 juni publiceerde de SP op zijn site dat de Tweede Kamer het SP-voorstel steunde om zonnepanelen op zoveel mogelijk daken te plaatsen. Het onderliggende plan heet “Zon voor iedereen”. Een beschrijving en mijn mening erover.
Om precies te zijn, mijn mening over het plan sec en apart over overwegingen er rondom heen.
Zie

CE Delft (2020)……………………………………………19 tot 35……………12 tot 20

De SP wil:

  • Zonnepanelen leggen op zoveel mogelijk woningdaken
    De SP heeft dit door CE Delft laten becijferen (Zon op Dak, oktober 2020), uit welke studie bovenstaande tabel is met tot dan toe bestaande schattingen.
    De studie van TKI Urban Energy is inmiddels uit en komt in 2050 op 65 TWh/jaar in 2050, als je 80% van de woningdaken vol kunt leggen.  
    CE Delft komt zelf op 12 tot 20 TWh bij koopwoningen en 7 tot 15 TWh bij huurwoningen.
    De Nederlandse huishoudens verbruikten in 2018 (en ongeveer ook in 2019) ca 21 TWh. Dit betreft alleen de post elektriciteit voor zover die uit woninggebonden stopcontacten komt.
  • Dit moet de huishoudens geld opbrengen, dus er moet een positief verdienmodel onder liggen. De dreigende afschaffing van de salderingsregeling en de postcoderoosregeling bedreigt dit. De SP is hier niet expliciet tegen, maar formuleert een doel en geen middel.
  • De energievoorziening weer publiek maken. Genoemd wordt de gemeente. Gemeenten moeten duurzame energie collectief kunnen inkopen.
  • Een  Masterplan isolatie en woningverbetering. Tot 2030 moeten 1,5 miljoen huur- en koopwoningen geïsoleerd worden, met ondersteuning van een warmtefonds zoals ontworpen door Milieudefensie, maar dan zonder leningen; vocht- en schimmelwoningen voorop.
  • Aanpak van de energiearmoede. Daartoe een huurbevriezing van woninglabels G,F,E en later D en C). Er moet een garantieregeling tegen faillissementen bij energiemaatschappijen komen. Verder een colportageverbod met energieaanbiedingen.
  • De verhuurdersheffing wordt afgeschaft, waarna de woningbouwverenigingen aan deze activiteiten deelnemen.
  • Het betalen van de ODE (Opslag Duurzame Energie) wordt herverdeeld naar 50% zware industrie en 50% voor huishoudens en MKB. Nu is dat 15-85 .
  • De steun aan fossiele brandstoffen wordt verminderd
  • Er komt een miljard uit het Nationaal Investeringsfonds
  • Om dit alles vorm te geven wordt een Klimaatrechtvaardigheidsfonds opgericht. De jaarlijkse begroting ziet er daarvan als volgt uit:
De Rijksbegroting wordt hierdoor lichter (in mio €) :
530 a 640 +1000 +1500 + 30 a 80 = 3060 a 3220 .

Wat ik ervan vind:

  1. Het Zon voor iedereen-voorstel sec is prima.
    Je kunt over details praten, zoals of een subsidie op woninggebonden opslagsystemen niet beter werkt dan voortzetting van de salderingsregeling, of gradaties daarvan.

  2. In de overwegingen rondom het voorstel maakt de SP keuzes die, mijns inziens, onjuist zijn en schadelijk kunnen werken.

  3. Zo laat de SP consequent het totaalplaatje van het Nederlandse energiebudget buiten  beschouwing en presenteert het Zon op dak-plan als een grotere oplossing dan het werkelijk is.
    Het Nederlandse energiebudget was in 2019 3014 PJ (omgerekend 837 TWh), waarvan 121 TWh in de vorm van elektriciteit.
    De range van 19 tot 35TWh moet hiertegen worden afgezet en is dan helemaal niet zo groot. Er is niet “zoveel dat gemakkelijk gedaan kan worden” zoals Lilian Marijnissen in haar artikel in De Telegraaf van 09 juli 2021 zei. Dat valt heel erg tegen. (Overigens haalde ze daar energie en elektriciteit door elkaar, een veel gemaakte fout. Het Zon op dak – voorstel doet dat niet).
  4. De provincies en de gemeenten zijn momenteel gebonden aan de Regionale Energie Strategieën (RES). De complete voorbereiding moet in 2025 t/m de vergunningverlening af zijn. Dit is een afspraak uit het Klimaatakkoord.
    De RES moet onder andere 35 TWh aan wind en grootschalige zon opbrengen (grootschalig is > 15 kWpiek , dat is in gunstige omstandigheden ergens rond de 70m2 ). Kleinschalige zon op dak (dat is wat de SP voorstelt, tenzij er op een of andere manier een collectieve organisatie aan gehangen wordt – een potentieel idee) telt voor de RES niet mee. Buiten de RES om wordt kleinschalige zon in het Klimaatakkoord al ingeboekt op 7 TWh.
    Gegeven de uitkomsten van CE Delft ga je met alleen zon op dak niet aan de eisen van de RES voldoen.
    Daarmee worden Statenfracties en gemeenteraadsfracties van de SP in een positie gedwongen dat ze tegen de RES, dus tegen het Klimaatakkoord, moeten ageren. Dat lijkt me erg navrant als de SP tegelijk klaagt dat er zo weinig duurzame energie in Nederland is. Het is vragen om problemen.
  5. Huishoudens vragen om meer energie dan alleen maar hun stroom. Ze gebruiken ook gas (ca 4* zoveel als stroom). En ze rijden auto, ze consumeren goederen waar energie in zit.
    Het SP-verhaal focust op één klein deel van het huishoudverbruik en blaast dat te ver op.
  6. Wat cijfers ter vergelijking:
    – De NS verbruikt 1,2 TWh , 100% groene stroom per jaar (windturbines)
    – De Nederlandse gezondheidszorg is goed voor ca 7% van de Nederlandse CO2 – uitstoot. Doe ook eens even ruwweg 7% van het energieverbruik, dus ruwweg 50 TWh, voor meer dan de helft in medische apparatuur, medicijnen en verdovingsgassen ( http://www.huisvandetoekomst.org/2021/01/buurt-op-menskracht-het-ziekenhuis.html ). Moeten de ziekenhuizen die 50 TWh op hun dak vinden?
    – De TU/e wekte in 2019 0,0007 TWh zelf aan groene stroom op en kocht 0,035 TWh aan windenergie in. Die MJA-inrichting is inmiddels voor elektriciteit nul.
    Hun huidige aardgasgebruik, via een warmtepomp met COP=4, vertaald naar stroom, vraagt nog eens 0,045 TWh. Dat moet nog vergroend worden.
    Heb je één universiteit.
    – Defensie in 2009 ongeveer 0,4 TWh stroom en (via een warmtepomp met COP=4) 0,2 TWh stroom warmte. Den Helder alleen is goed voor 0.1 TWh. Komt er nog eens bij de stroom om de brandstoffen synthetisch te maken, omt ergens boven de 1 TWh.
    Hoe stelt de SP zich voor om allerlei andere maatschappelijke taken aan hun stroom te helpen, als dat alleen maar met zon op daken mag?
  7. De SP schildert de industrie af als een soort black box, bevolkt met duivels die er alleen maar op uit zijn de energietransitie te frustreren. Het is hun schuld en daarmee is alles gezegd wat gezegd moet worden.
    Voor welk verhaal je dus niets koopt. “De industrie” kent een grote verscheidenheid, waaronder ook ondernemingen voor wie dit beeld opgaat. Het zou veel zinvoller zijn om dieper op de wetmatigheden van de industrie in te gaan, enerzijds op zaken als het ETS en de MJA en de milieuwetten, anderzijds op bijvoorbeeld vergroenende grote investeerders, weer anderzijds op de processen.
    Want wat eventueel duivels ook voor intentie hebben, veel processen zijn gebonden aan natuurkunde en scheikunde. Om zink te reduceren moet je nu eenmaal twee elektronen per zinkatoom hebben, en de politiek kan op zijn kop gaan staan, maar dat verandert niet. Ook Marx indertijd wist al dat de politieke theorie de wetenschap moest volgen en niet moest leiden.
    De zinkfabriek in Budel (foto in aanhef, goed voor 1,2 TWh) haalt sinds januari 2021 al zijn elektronen uit groene bron (zie https://www.bjmgerard.nl/?p=15505 ).
  8. Ongetwijfeld zal het rendement en de geplaatste oppervlakte van zonnepanelen stijgen. Maar de totale Nederlandse vraag naar elektriciteit zal ook drastisch stijgen als we een waterstofeconomie krijgen, als het zwaar autotransport en scheep- en luchtvaart op synthetische brandstof gaan rijden, als ruimteverwarming elektrisch wordt (ook huizen), als de industrie gaat elektrificeren, als alle personenverkeer gaat elektrificeren, enz. De stroomvraag kan in 2050 vlot een paar maal zo hoog worden als de 121 TWh van nu, zelfs als de totale hoeveelheid energie sterk zou dalen t.o.v. de 837 TWh nu.
    Zelfs met de 200 TWh van TKI Urban Energy zon op alles (waarvan genoemde 65 TWh een deel is) , haal je dat nog niet. Zeker niet als de SP zich ook nog eens zou gaan uitspreken tegen zonneparken op de grond.
    Het is onverantwoord om allerlei vormen van energieopwekking af te schrijven, ten gunste van één vorm die politiek goed uitkomt.
  9. Ik ben het met de SP eens dat energie publiek moet zijn.
    Ik heb zelf in regen en kou tegen de verkoop van Essent staan demonstreren en de SP was ook tegen de verkoop van Eneco. Terecht. Maar ondertussen is het wel gebeurd.
    De SP wil nu langs de kleinschalige route zeggenschap terug verwerven en verwijst naar o.a. Duitsland, waar dit meer traditie is.
    Kijk je dan bij het paradepaardje Hamburg Energie ( http://www.hamburgenergie.de ), ziet goed uit, dan zie je een groeiende publieke onderneming, met 150.000 klanten (Hamburg heeft 946.000 woningen) de tweede van Hamburg, die ruim 20 windturbines heeft staan en daar heel blij mee is, ruim 12 MWpiek zon, en nog veel meer. Waarom kiest de SP Hamburg als politiek voorbeeld (zie de literatuur bij het Zon op land-plan), als de SP het Hamburgs doen en laten, waaronder hun investeringsbeleid, niet ook als voorbeeld neemt?
  10. De Nederlandse publieke energieproductiesector bestaat momenteel uit de energiecoöperaties, die volgens Hier Opgewekt (hun blad) samen ongeveer goed zijn voor 1/1000ste deel van het Nederlandse energiebudget (een paar PJ op 3000 PJ). Men kan wel stoer verklaren dat dit de norm moet worden, maar ik zie dat toch niet helemaal.
    En vervolgens wil de SP investeringen verbieden aan coöperatieve publieke instellingen die ze zelf als voorbeeld presenteert? Ik haat dit soort romantische kleinschaligheid rondom de dorpsmolen, die gebrek aan resultaat tot doel maakt.
    Sinds haar artikeltje in De Telegraaf hoeft Lilian Marijnissen haar gezicht overigens niet meer bij de Nederlandse coöperatieve sector meer te laten zien.
  11. Je kunt overigens windturbines verantwoord installeren, als je aan de juiste voorwaarden houdt.

Afsluitend.
Het wordt tijd dat de SP serieus over een macroverhaal op energiegebied gaat nadenken, en dat zal niet alleen maar leuk worden.
Er gebeurt van alles in Nederland. Er loopt een discussie over energiescenario’s (waarvan twee op basis van energie-autarkie en twee niet), zie https://www.bjmgerard.nl/?p=15387 . Er loopt een discussie over de vele tegenstrijdige eisen aan het ruimtegebruik in Nederland (zie https://www.bjmgerard.nl/?p=15349 ).

Voor een opgeworpen, maar niet uitgevoerd, idee voor een eiegen energiebedrijf in Vught, Sint Michielsgestel en Boxtel zie Een eigen energiebedrijf in De Meierij?

De SP moet het klimaat tot prioriteit maken en dat kan alleen  meer met een compleet verhaal.

Warmteterugwinning uit rioolwater kan flink deel warmtebehoefte woning dekken

Het idee
Rioolwater dat de woning nog niet verlaten heeft, heeft gemiddeld een temperatuur van 27°C. Je zou de warmte, die in dat water zit, terug kunnen winnen door die warmte er via een warmtepomp aan te onttrekken, zodat het uitgaande water nog maar 2 a 5 °C is.

Op zich is dat een oud idee. Zwembaden doen zoiets bijvoorbeeld al, maar dan is de installatie uiteraard heel groot.
De Delftse startup DeWarmte BV heeft een systeem gebouwd, waarin dit proces in een woning kan worden ingebouwd, mits de vuilwaterafvoer naar de straat binnenshuis toegankelijk is en mits daar een installatie omheen gebouwd kan worden. Soms kan dat bijvoorbeeld in de kruipruimte, als die er is, soms in een kelder.
Het systeem heet Heatcycle.
Ze wonnen er de ASN Bank Wereldprijs 2020 mee.

Het is geen flauwekulverhaal. Het is een project binnen TKI Urban Energy ( https://projecten.topsectorenergie.nl/projecten/heatcycle-ontwikkeling-van-een-warmteterugwinningssysteem-uit-afvalwater-00033520 ) en heeft daar ruim een ton subsidie ontvangen.

Op de website van DeWarmte BV wordt het idee gespecificeerd. ( www.dewarmte.nl en www.dewarmte.nl/product-heatcycle ). Het zou 40% van de warmtevraag (equivalent met 650m3 gas) moeten kunnen vervangen.

Schema van een warmtepomp

Kunnen de beweringen kloppen?
De natuurkunde is eenvoudig .
Een gemiddeld huishouden van 4 personen verbruikt ongeveer 190.000 kg water per jaar (de warmtebron in bovenstaande afbeelding). Gegeven de soortelijke warmte van water en het temperatuurverschil tussen 27 en 2°C (je rekt dan de specificaties maximaal op) kan dat rioolwater ongeveer 20GJ afgeven.
De warmtepomp haalt, volgens DeWarmte, een COP van 4,5 . Dat betekent dat om die 20GJ vanuit het riool naar elders te verplaatsen 20/4,5 = 4,4 GJ extra stroom nodig is. Afgeleverd wordt dus ruim 24GJ.

Volgens Milieucentraal (de gangbare statistiekleverancier over Nederlandse huishoudens) verbruikt een middelgrote woning (huishouden van 4 personen) ergens tussen de 1100 en 2400 kuub gas (goed voor 35 tot 77GJ) ( www.milieucentraal.nl/energie-besparen/inzicht-in-je-energierekening/gemiddeld-energieverbruik/ ).
De 40%-claim is dus niet absurd.

Praktisch, kun je het al kopen en wat kost het?
De vakwebsite https://installateurszaken.nl/the-heatcycle/ stelt dat het systeem zonder grote problemen te installeren is, als je op een fatsoenlijke manier bij de afvoerbuis kunt en als daar voldoende ruimte is. Het systeem is combineerbaar met andere vormen van warmteterugwinning en met een zonneboiler. De installatie vraagt in principe niet om extra training, omdat het koudemiddel afgeschermd zit en omdat de installatie niet op het huis gedimensioneerd hoeft te worden.
De warmtepomp levert water van 55 a 65 °C , en 65 °C kan ook in oudere huizen genoeg zijn.
De website stelt dat het een standaardsysteem is dat relatief eenvoudig te installeren is en geen speciaal getrainde installateurs vraagt.

Ten tijde van het artikel in Installateurszaken (dd februari 2020) was het systeem nog in ontwikkeling.
De website van DeWarmte dd 22 mei 2021 stelt dat inmiddels de eerste 100 installaties verkocht zijn  voor een tijdelijke prijs van €3500 (incl. ISDE subsidie en installatie).  Waarschijnlijk wordt dat minder bij grotere oplagen.
Volgens DeWarmte zou dit in normaliter 5 a 7 jaar  terugverdiend kunnen worden.

Terugwininstallatie voor warmte in rioolwater_DeWarmte_Heatcycle

Kritisch commentaar mijnerzijds

  • er moet een werkbare kruipruimte of kelder zijn
  • Installateurszaken meldt dat het systeem niet speciaal onderhoudsgevoelig is. Dat zou je in een langdurige praktijkproef bevestigd willen zien met reëel bestaande huishoudens die reëel bestaande stommiteiten uithalen
  • Er gaan buizen van je kelder naar je zolder lopen, als daar een zonneboiler staat.
  • De installatie is vergelijkbaar groot als andere verwarmingsinstallaties, en dat is mogelijk een probleem omdat je meestal ook een andere installatie nodig hebt
  • Dik €3000 is nog steeds veel incidenteel geld, ook al verdient het zichzelf terug. Veel huishoudens hebben dat geld niet. Daar moet dan iets op geregeld worden.
  • Het afgevoerde water gaat dus in principe onder 2 °C de buitenwereld in, en wel het hele jaar. Je zou denken dat dat de grond rond de afvoer dan ook afkoelt tot dicht bij die waarde. Mijn vraag is of in een strenge winter het riool dan makkelijker bevriest.

BMF beoordeelt ingediende RES-plannen

Tijdslijn van de landelijke RES-operatie

De nationale link van het nationaal Programma RES is te vinden op www.regionale-energiestrategie.nl/home/default.aspx .

Criteria, wie ze definieert, en hoe
De Brabantse Milieu Federatie (BMF) heeft de ingediende RES-plannen (Regionale Energie Strategie) van de vier Brabantse RES-regio’s bestudeerd en beoordeeld. Dat doet ze op basis van een gemeenschappelijke visie van de BMF, Natuurmonumenten en Brabants Landschap, en ook op basis van een consultatie van ruim 100 Brabanders tijdens verschillende bijeenkomsten. De visie heet Energieopgaven en het Brabantse landschap en bevat zeven paragrafen. Deze visie is hieronder als bijlage toegevoegd.

Om de RES-plannen scoorbaar te maken, zijn de paragrafen onderverdeeld in 3*4 kleinere brokken:

  1. Energieopgave
    a)   Ambitie elektriciteit
    b)   Ambitie warmte
    c)   Besparing
    d)   Zon op verharding
  2. Zorgvuldig ruimtegebruik
    e)   Zonneladder
    f)   Windladder
    g)   Natuurpanorama’s
    h)   Concentratiegebieden
  3. Maatschappelijk draagvlak
    i)    Lokaal eigendom
    j)    Procesparticipatie
    k)   Maatschappelijke kosten en baten
    l)    Borging in beleid

Het geheel resulteert uiteindelijk in een ‘stoplicht-beoordeling’ per brokje, en die samen in een rapportcijfer.
In het hierna volgende neem ik per RES-gebied de infographic over. Bij mij is die statisch, maar in de bijgevoegde link staat de dynamische versie.
De infographic bevat ook de goede en slechte punten van het RES-plan in kwestie.

Verder per infographic een link naar een artikel van mijzelf op deze site over de betreffende RES. Mijn artikelen zijn geschreven op basis van de (toen juist aangeleverde) concept-RESsen 1.0.

Van de RES-regio West-Brabant, Hart van Brabant, en Noordoost-Brabant is de versie 1.0 inmiddels aangeleverd. De zelfbenoemde slimste regio van Nederland, het MRE-gebied, is nog niet verder dan een tweede concept van de RES 1.0. Daar hebben ze tot 1 juli 2021 de tijd voor, wat lastig is omdat de inspraak voor de bijbehorende PlanMER loopt t/m 10 juni.

Mijn mening
Ik ben lid van de BMF en Natuurmonumenten, ik waardeer over het algemeen de mening van de BMF en in mindere mate die  van Natuurmonumenten. De meningen van Het Brabants Landschap ken ik niet goed genoeg.
Ik vind bovenstaande systematiek alleszins verantwoord opgezet.
Desalniettemin zijn genoemde natuurorganisaties belangenbehartigers in een complex krachtenveld waarin hun opinies, in mijn optiek, zwaar maar niet oneindig zwaar wegen. De som van alle inspanningen moet er wel toe leiden dat Nederland over 50 jaar niet voor een groot deel onder water staat, want dat is ook niet best voor de natuur (althans, voor de boven water-natuur).
En uiteraard zijn er ook economische en politieke en maatschappelijke belangen.

In elk geval moet, naar mijn mening, de lopende RES-operatie in 2030 geheel afgerond zijn met op zijn minst (pakweg) een zeven voor de BMF-beoordeling.

De infographics

Bijbehorende link is www.brabantsemilieufederatie.nl/nieuws/infographic-res-1-0-west-brabant-krijgt-rapportcijfer-7-met-kanttekening/

De kanttekening is: “Door in de RES 1.0 sterk in te zetten op zon-op-dak en vooral bestaande windparken te vernieuwen en uit te breiden blijft de impact op natuur en landschap beperkt. Onze kanttekening betreft met name de ontwikkeling van windlocaties in de zuidelijke gebieden ná 2030. Wat ons betreft zijn andere locaties voor windturbines in West-Brabant logischer en meer geschikt.”

www.bjmgerard.nl/?p=12919

Bijbehorende link is www.brabantsemilieufederatie.nl/nieuws/reks-1-0-hart-van-brabant-krijgt-ruim-voldoende/

www.bjmgerard.nl/?p=12285

Bijbehorende link is www.brabantsemilieufederatie.nl/nieuws/infographic-res-noordoost-brabant-haalt-doelen-niet/

(Deze regio is er niet in geslaagd om regionale bindende afspraken te maken voor de energietransitie)

www.bjmgerard.nl/?p=12493

Bijbehorende link is www.brabantsemilieufederatie.nl/nieuws/huiswerk-voor-res-1-0-van-metropoolregio-eindhoven/

Commentaar: Voor een deel wordt de onvoldoende bepaald doordat er nog veel onduidelijk is en nader uitgewerkt moet worden. Zo is de verdeling van de totale opgave van 2 TWh naar zon-op-dak, zon-op-land, en wind-op-land nog niet gemaakt. Ook is de verdeling naar gemeenten nog onbekend. De reden ligt deels in het volgen van een plan milieueffectrapportage (plan m.e.r.) procedure, waarvan de uitkomsten de komende maanden worden meegenomen in de definitieve RES 1.0.

www.bjmgerard.nl/?p=13055

Circulair appartementencomplex in Monnickendam volledig opgetrokken uit hout

CLT-plaat

VolkerWessels is vandaag met de bouw gestart van een uniek appartementencomplex in Monnickendam (gemeente Waterland). Het gebouw bestaat grotendeels uit CLT (Cross Laminated Timber – naaldhout waarvan lagen kruiselings op elkaar gelijmd zijn), ondersteund met traditioneel metselwerk en aluminium gevelelementen.
Het bouwen is koolstofnegatief (netto wordt er koolstof langdurig vastgelegd). De bouw is prefab en remontabel en daardoor volledig circulair. Door deze opzet blijft de bouwtijd beperkt tot vijf maand.
Het wonen in de bouw is all electric. Door de zeer goede isolatie zijn de energielasten laag.

Ik druk hieronder het persbericht van VolkerWessels af omdat ik het een mooi plan vind, en omdat ik het wil gebruiken als argument tegen niet goed ingelichte milieuactivisten die er heilig van overtuigd zijn dat houtige biomassa bestreden moet worden, terwijl ze in feite de reguliere bosexploitatie willen beëindigen. Zie onder andere Slecht Investico-onderzoek over Estlandse bomen en NEN-norm benadeelt bouwen in hout en Waugh Thistleton architects beroemd om houtbouw en Houtbouw voor het klimaat – terug naar de toekomst .

Het komt van www.volkerwessels.com/nl/nieuws/starthandeling-uniek-houten-woongebouw-in-monnickendam .


De bouw van het houten woongebouw M’DAM aan de Pierebaan in Monnickendam is van start gegaan. Wethouder Jelle Kaars van de gemeente Waterland zette vandaag symbolisch de eerste schop in de grond en gaf hiermee het startsignaal. Waterland is hierdoor straks de eerste gemeente in de regio met een compleet circulair houten woongebouw. Het plan is ontwikkeld door BMB ontwikkeling B.V. uit Limmen (onderdeel van VolkerWessels). M’DAM is een ontwerp van productontwikkelaar en architect Finch Buildings uit Amsterdam. De prefabricage en bouw van dit bijzondere houtbouwconcept wordt uitgevoerd door De Groot Vroomshoop (tevens onderdeel van VolkerWessels). M’DAM wordt in de zomer van 2021 opgeleverd.

Het project in Monnickendam is uniek. In Nederland is niet eerder een grootschalig woongebouw gebouwd, dat bijna in zijn geheel is opgetrokken uit CLT (cross laminated timber). De appartementen worden daarbij vrijwel volledig in de fabriek gebouwd. Door het gebruik van massief hout, het modulaire ontwerp en het industriële fabricageproces, heeft het gebouw per saldo een negatieve CO2-footprint: de som van de uitstoot is kleiner dan de hoeveelheid bespaarde en in het CLT gebufferde CO2. Door gebruik te maken van hout uit duurzaam beheerde productiebossen, planten de bouwpartners bovendien meer bomen terug dan er worden gebruikt.

Vijf maanden bouwtijd

Door het industriële fabricageproces worden de woningen al geproduceerd, terwijl de grondwerkzaamheden nog  plaatsvinden. Hierdoor blijft ook de bouwoverlast beperkt. Het totale bouwproces duurt slechts vijf maanden.De gevel van het in U-vorm ontworpen gebouw bestaat grotendeels uit hout, deels uit traditioneel metselwerk en deels uit aluminium gevelelementen. Het houtbouwconcept reduceert de CO2 uitstoot en is daardoor veel duurzamer en milieuvriendelijker dan traditionele bouwprojecten en zorgt voor een gezonder leefklimaat. Door het gebruik van hout en de re-montabele bouwmethode kunnen de grondstoffen in de toekomst worden hergebruikt. De koopwoningen zijn middels individuele particuliere hypotheekvormen gefinancierd en dit bevestigt het vertrouwen en erkenning van banken voor dit nieuwe hoogwaardige en uiterst duurzame product.

All-electric en duurzaam

Alle appartementen worden ‘all-electric’ opgeleverd. Dit betekent dat de volledige energievraag elektrisch wordt ingevuld. Een lucht-water warmtepomp zorgt voor het verwarmen van de appartementen en een boiler voor het verwarmen van water. Via zonnepanelen wordt zoveel mogelijk energie voor de appartementen – en waar mogelijk voor de algemene voorzieningen – opgewekt. Tevens heeft het gebouw een zeer hoge isolatiewaarde. Hierdoor kunnen bewoners rekenen op lagere energielasten. Duurzaam Waterland biedt bewoners die geen auto (willen) bezitten, in de nabijheid van M’DAM, elektrische deelauto’s aan.

Woningbehoefte en innovatie in de gemeente Waterland

Wethouder Jelle Kaars: “M’DAM sluit aan op de grote woningvraag in de gemeente Waterland. We lopen met M’DAM tevens voorop in het vernieuwend bouwen met de laagst mogelijke footprint”. Corporatie Wooncompagnie, dat 20 sociale huurwoningen uit het plan zal aanbieden, wil voldoende betaalbare huurwoningen realiseren en zorgen voor een duurzaam en divers aanbod. Directeur-bestuurder Stefan van Schaik: “Zowel de renovatie als nieuwbouwopgave vullen we waar mogelijk in met biobased materialen, zoals hout. Alle nieuwbouw telt voor ons, maar dit project ligt ons na aan het hart, omdat we hiervoor echt onze nek hebben moeten uitsteken. We hebben dit graag gedaan, omdat wij vinden dat de huidige woningnood schreeuwt om innovatieve oplossingen zoals deze”.

Studentenplan voor renovatie van alle portiekflats in Nederland

Vijftig studenten van de TU Delft (het SUM-team = Symbiotic Urban Movement) hebben na een jaar uitgepuzzeld dat het mogelijk moet zijn alle 847.000 portiekflats in Nederland te verduurzamen (dat is 11% van de totale woningvoorraad). Dat schrijft Cobouw op 14/15 december 2020.
De studenten gaan met het plan meedoen aan de Solar Decathlon 2022 in Duitsland.

Dit soort flats zijn na de oorlog massaal gebouwd. Nu worden ze vaak gesloopt omdat het onderhoud vaak erbarmelijk is en niemand echt weet hoe ze handig energieneutraal te krijgen zijn. De studenten vinden het zonde.

Ze gaan de woningen zo verbouwen dat ze groter, moderner en duurzamer worden. De gevel en trappenhuis worden aangepakt.  Zo komt de trap niet binnen, maar buiten, waardoor er meer ruimte gecreëerd wordt. Bovenop de woningen worden nieuwe energiepositieve modules geplaatst, die ervoor gaan zorgen dat het gebouw energieneutraal wordt.
Daarnaast krijgt het gebouw een buurtfunctie: op de begaande grond komen winkels, werkplaatsen en een gezamenlijke ruimte. Er komt meer groen en meer ontmoetingsplaatsen (zoals urban farmingplekken), waardoor de bewoners meer gaan samenleven, wat nu vaak niet het geval is.
Aldus een van de studenten in Cobouw.

De renovatie van dit soort woningen is vaak erg duur. De studenten komen met hun ontwerp boven de gemiddelde prijs uit op basis van renovatie alleen, maar dat moet nog goedkoper kunnen. Overigens is het bijna altijd zo dat renoveren plus verduurzamen duurder is dan alleen renoveren (en niet of beperkt verduurzamen).

Het is nog een hoofdontwerp op papier. Nu wordt het prototype ontwikkeld en dat moet voor het concours in Duitsland af zijn.

Of dit stoutmoedige studentenplan ook werkelijk uitvoerbaar is, moet blijken. Er is in elk geval nu al interesse uit de sector.
Een andere vraag is in hoeverre er behoefte is aan vergrote appartementen. Dat kost veel geld en driekwart van de doelgroep bestaat uit een- en tweepersoonshuishoudens, die eerder behoefte hebben aan een betaalbare flat van 40-70m2 .

Voor het Cobouwartikel zie www.cobouw.nl/duurzaamheid/nieuws/2020/12/een-oude-portiekflat-verduurzamen-appeltje-eitje-volgens-studenten-van-tu-delft-101291341?utm_source=Vakmedianet_red&utm_medium=email&utm_campaign=20201215-cobouw-std&tid=TIDP4454453X0E06F82CAC3F444698D50B7343D5400FYI4&utm_content= .


Het studententeam staat in een Delftse traditie. Het voorafgaande MOR-team (Modular Office Renovation) had zich toegelegd op het creatief omvormen van leegstaande kantoren. Het ontstane apprtement produceerde meer energie dan het zelf verbruikte.

Tot appartement omgebouwde voormalige kantoorunit. Het appartement produceert meer energie dan het zelf gebruikt. Het ontwerp is van het Delftse MOR-studententeam.

Zie ook www.duurzaamgebouwd.nl/artikel/20200204-opvolgers-mor-team-verleggen-focus-naar-portiekflats .

Batterij om piekbelasting inductief koken op te vangen in Overvecht-noord

Stedin (in Utrecht wat in Brabant Enexis is) ondersteunt de activiteiten om de Utrechtse wijk Overvecht-Noord van het gas te halen. Dat heeft de wijk nu alleen om op te koken (rest stadsverwarming).

Men wil nu de bewoners aanmoedigen om inductief te gaan koken. Dat geeft rond etenstijd forse piekbelastingen op het stroomnet. Een inductiekookplaat kan 11kW zijn.
Stedin experimenteert nu met een ondersteunende accu die deze piekbelasting kan helpen op vangen.

Op zijn website plaats Stedin hierover twee persberichten. Ik neem die beide over.

Zie ook www.milieucentraal.nl/energie-besparen/apparaten-en-verlichting/huishoudelijke-apparaten/inductie-kookplaat/ .


Utrecht, 25 juni 2018

Stedin en woningcorporatie Mitros gaan het komende jaar het kookgas van corporatiewoningen in de Utrechtse wijk Overvecht vervangen door een inductiesysteem (elektrisch koken). De betreffende 362 woningen werden al niet met aardgas verwarmd, waardoor ze na deze ingreep volledig ‘van het aardgas af’ zijn. Dankzij een doordachte financieringsconstructie gaan de bewoners er met het nieuwe kooksysteem financieel op vooruit. Het project vangt na de zomer aan.

Om de CO2-uitstoot te beperken wil de overheid dat woningen in 2050 geen aardgasaansluiting meer hebben om te verwarmen of koken. De Utrechtse wijk Overvecht wordt een van de voorlopers in deze ontwikkeling. In deze wijk zijn zo’n 4.000 woningen enkel voor het koken aangesloten op het aardgasnetwerk. Huurders van Mitros worden daarom actief gestimuleerd om over te stappen op inductiekoken. Henk Peter Kip, directievoorzitter van Mitros: “Als we bij een groot project koken op gas in één keer vervangen door koken op inductie, dan vervallen de kosten voor de gasaansluiting. Met die besparing financieren we de inductieplaten. Zo dragen we samen met onze huurders bij aan de Nederlandse ambities op het gebied van duurzaamheid.”

Ook Stedin ondersteunt het plan. De netbeheerder heeft een grote opgave om de komende dertig jaar al haar 2,2 miljoen klanten van het aardgas te krijgen en is hiervoor constant op zoek naar partners. Daarom lanceerde Stedin eerder deze maand een starthubchallenge, waarin startups worden uitgedaagd om met een businessmodel te komen voor een grootschalige overstap naar inductie. David Peters, Chief Transition Officer van Stedin: “De energietransitie levert veel uitdagingen op. Maar ook kansen om te innoveren. Je ziet, ook met dit project met Mitros, dat als we samenwerken we tot goede en betaalbare oplossingen kunnen komen.” Met een andere challenge onderzoekt Stedin wat de mogelijkheden zijn om de afsluitkosten fors te reduceren waardoor de businesscase voor een overstap nog aantrekkelijker wordt. Na de zomer vangt het project in Overvecht aan en worden de eerste 362 appartementen aangepakt. 

Overvecht
Door Ruben Alexander, CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=1929716

Utrecht, 8 oktober 2020

Inpandige batterij vangt piekbelasting op bij koken op inductie 

 Rotterdam, 8 oktober 2020 – Stedin onderzoekt in een flat in de Utrechtse wijk Overvecht-Noord hoe een inpandige batterijopstelling de piekbelasting bij koken op inductie kan opvangen. In deze wijk gaan de komende jaren naar verwachting ruim 4000 woningen over van koken op gas naar koken op inductie. Wanneer de proef slaagt, wordt mogelijk een investering in het elektriciteitsnet voorkomen of uitgesteld naar een moment waarop meer werkzaamheden in de ondergrond moeten plaatsvinden.  

Het proefproject in Overvecht-Noord startte pasgeleden met het plaatsen van een batterij in een flat van woningcorporatie Mitros. Stedin werkt voor deze proef samen met Iwell, een bedrijf dat batterijen levert en zich richt op het versnellen van de energietransitie. Stedin onderzoekt hoe de batterij de pieken kan opvangen die ontstaan wanneer de bewoners van deze flat elektrisch koken. De batterij kan mogelijk ook gebruikt worden voor het verlagen van piekstroom van bijvoorbeeld de lift. Het afvlakken van de pieken in energieverbruik kan daardoor ook resulteren in lagere vastrechtkosten voor Mitros. 

Wanneer de proef slaagt, worden de mogelijkheden voor opschaling naar andere flats verkend. Individuele batterijen opereren in de wijk als één groot slim decentraal batterijsysteem. Leiden de kosten en baten van deze batterij tot een positieve businesscase, dan zijn extra investeringen in het elektriciteitsnet mogelijk niet nodig. Zo ontstaat een geaggregeerde wijkbatterij die kostenbesparend kan uitpakken voor de woningbouwcorporaties en leidt tot lagere netinvesteringen door Stedin. 

Toename van de piekstroom 

Stedin werkt op meerdere plekken in Nederland aan de overgang van koken op gas naar koken op inductie. Op een aantal plekken moesten de netten worden verzwaard om elektrisch koken te kunnen faciliteren. Ook voor deze 4000 woningen in Overvecht-Noord is een investering nodig. Warmold ten Zijthoff, Innovatiemanager Energietransitie bij Stedin: “Veel mensen realiseren zich nog niet dat de overgang naar inductiekoken al impact kan hebben op het elektriciteitsnet. Het vermogen van een inbouw inductie kookplaat kan oplopen tot 11000 watt. Dat is vergelijkbaar met circa 4 wasmachines die tegelijkertijd centrifugeren. Wanneer een paar huishoudens overstappen is dat vaak nog geen probleem. Het wordt anders wanneer een hele flat of straat over gaat zoals in Overvecht.” 

Challenge voor jonge ondernemers

Eerder dit jaar zette Stedin al een startup challenge in de markt gericht op het opvangen van piekstroom, waar jonge ondernemers of bedrijven een goed idee kunnen pitchen. In dit geval gaat het om oplossingen om de noodzaak van zwaardere infrastructuur te voorkomen of uit te stellen. In Overvecht-Noord is de batterij mogelijk de oplossing voor het ontlasten van het elektriciteitsnet. Centraal in de challenge staat het borgen van betaalbare infrastructuur en een vereenvoudiging van de afhankelijkheden in investeringsplannen van infrabeheerders en gebouweigenaren. Een tweede doel is te onderzoeken hoe Stedin met de juiste prikkels samenwerking in en met de markt tot stand kan brengen, wat leidt tot een efficiënter gebruik van het bestaande elektriciteitsnet.

Zie ook https://www.echtovervecht.nl/2017/11/overvecht-noord-aardgasvrij-als-eerste-bestaande-utrechtse-wijk/ en www.utrecht.nl/wonen-en-leven/duurzame-stad/energie/utrecht-aardgasvrij/overvecht-noord-aardgasvrij/ .

Van www.energievergelijk.nl/onderwerpen/elektrisch-koken .

Rare Amsterdamse gemeentehuisactie met terechte kritiek op Arjen Lubach

Het loopt soms raar.

Lubach
Ik erger me vaak kapot aan (vriendelijk uitgedrukt) de oppervlakkigheid en slordigheid van Arjen Lubach op energiegebied. Lubach heeft zijn persoonlijke voorkeuren (tegen biomassa en voor kernenergie) en daar moet komisch naar toegeredeneerd worden. Het is uiterst schadelijk.

Zo ook op zondag 08 november. Het was een mengsel van waarheden, halve waarheden en onwaarheden over de ‘van het gas af-operatie’ die, omdat Lubach zo’n goede komiek is, schade aanricht bij mensen die de boodschap, dankzij de goede verpakking, geloven.

Dat is des te makkelijker omdat de ‘van het gas af-operatie’ een ingewikkeld verhaal is. De problemen zijn niet alleen technisch, maar ook politiek en sociaal-economisch. De operatie is zeker niet populair onder de bevolking, maar er zit externe dwang op de broeikasgasreductie vanwege het klimaat en vanwege het voortbestaan van Nederland.

Het handboek lastige vragen
Toen ging het raar lopen.

Ook de gemeente Amsterdam baalde van Lubach en besloot tot een tegencampagne.

Het Regionaal Energieloket schreef op verzoek een contra-tekst.  Het Regionaal Energieloket is een door de gemeenten gefinancierde organisatie met de verduurzaming van de woningvoorraad als gespecialiseerd doel. Daartoe loopt er een hoop deskundigheid rond. Zie https://regionaalenergieloket.nl/ en https://regionaalenergieloket.nl/over-ons . Je kunt er bijvoorbeeld een energiescan van je huis laten doen door op de computer vragen in te vullen. Heb ik zelf ook gedaan om het te testen, hoewel wij pas in Eindhoven zo’n gesprek gehad hebben (met gratis Energiebox).

De gemeente Amsterdam besloot om die contra-tekst als intern document aan zijn ambtenaren te geven met de aansporing “Stuur dit handboek niet naar bewoners”.
Een van de ambtenaren luisterde goed en stuurde het niet naar de bewoners, maar naar De Telegraaf, dat er op 13 november over schreef, met een downloadlink.

Onduidelijk is waar de bij voorbaat hopeloze geheimhoudingsplicht eigenlijk goed voor was.
Het is een fatsoenlijke analyse van wat er allemaal wel, half en niet klopt aan het verhaal van Lubach. Eigenlijk zelfs te fatsoenlijk voor De Telegraaf, maar goed, de primeur…

  • Het is niet zo dat er maar 86 huizen van het gas gehaald zijn, zoals Lubach zegt, er zijn in Purmerend 86 huizen van het gas gehaald – en elders ook een heleboel.
  • Het is niet zo dat warmtenetten alleen op gas of biomassa of restwarmte draaien, maar ze kunnen ook een start maken met bijvoorbeeld aquathermie of warmte-kracht koppeling (zoals de Amercentrale).
  • En het is niet zo dat een warmtepomp geen broeikasgas bespaart als hij op stroom uit aardgas loopt – zelfs dan bespaart hij nog flink omdat je voor 4J output aan warmte maat 1 J input aan stroom nodig hebt (het ding produceert geen warmte, maar verplaatst warmte, net als een koelkast).

    Dat soort kennis is aan Lubach en zijn team niet besteed.
    Eigenlijk zegt de populaire lolbroek Lubach dat er maar twee mogelijkheden zijn:
  • Kernenergie, maar zelfs als er een bedrijf is dat dat aandurft, staat het product er pas over 15 a 20 jaar – wijzen de ervaringen uit. In elk geval ver na het doeljaar 2030.
  • Meer gas van Poetin.

Met alle andere oplossingen is iets, uiterst humoristisch verwoord, mis.
Lubach en zijn team moeten hun huiswerk beter gaan doen.

Wie het verhaal wil lezen kan het hieronder vinden.

Nieuwe NOM-woningen in Waalre

In restaurant De Meiboom in Waalre

Het werkbezoek
Woningbouwvereniging ‘Thuis realiseert 25 nieuwe Nul Op de Meter (NOM)-woningen aan de Michiel de Ruyterstraat in Waalre. Ik heb er een werkbezoek georganiseerd op vrijdag 18 september, bestaande uit een inleiding in het Coronaproof ingerichte, nabijgelegen Restaurant De Meijboom en een excursie op de bouwplek.
‘Thuis heeft 10500 woningen in en rond Eindhoven. De corporatie richt zich uitsluitend op ‘DAEB-woningen’, zijnde sociale huurwoningen met bijpassend ander maatschappelijk vastgoed ( zie www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/woningcorporaties/activiteiten-woningcorporaties ). Het woningbezit van ‘Thuis was al in 2018 gemiddeld Label B . ‘Thuis hoort bij de duurzaamste corporaties van Nederland.

Aanwezig waren van de kant van ‘Thuis  

  • Hans van Houtum, architect en eigenaar BNArchitecten Best
  • Rene Beks, Directeur Ontwikkeling & Innovatie, Hendriks Coppelmans Bouwgroep B.V. (als aannemer geselecteerd)
  • Geert Van der Heijden, projectmanager Laride (een technisch adviesbureau);
  • David Tournoy, projectleider
  • Rob Wijers als contactpersoon van ‘Thuis.

Het publiek bestond uit de Waalrese wethouder Uijlenhoet, Judith Lammers en Dorry Elshout voor Milieudefensie Eindhoven, Nico Heijmans, Bas Tromp en Antonio Vaccaro namens de Provinciale of Eindhovense SP, en ikzelf namens beide.

Uijlenhoet meldde dat het woningbouwproject in het grotere geheel paste van de herinrichting van het centrum van Waalre na de aanstaande verlegging van de N69.

Michiel de Ruyterstraat vroeger

De gemaakte keuzes in het project
‘Thuis omschrijft zijn keuzes als volgt.
De woningen zijn uit 1948 en volgens de Delftse School. In die tijd waren de materialen matig of slecht. De plattegrond was die in die tijd gebruikelijk was (o.a. een badkamer op de grond en schuine kanten in de slaapkamers). Leuk om te zien, maar niet praktisch.
Bij de woningen zat een diepe tuin, waaraan de zittende bewoners niet meer de nodige tijd en/of geld wilden of konden besteden.
Renovatie tot op huidig duurzaamheidsniveau zou ruim een ton per woning gekost hebben en nog steeds een woning hebben opgeleverd met een oude plattegrond en een oud karkas.
Uiteindelijk is er in 2015 voor gekozen om de 16 woningen te slopen en in plaats daarvan 25 sociale huurwoningen te realiseren voor kleine huishoudens en starters. Vanaf dat moment zijn de zittende bewoners meegenomen in het verdere proces (iets waarop ‘Thuis nu zelfkritiek levert), met sociaal plan.
De nieuwe woningen moesten NOM zijn en zoveel mogelijk circulair gebouwd –  twee aandachtspunten bij huidige bouwprojecten.

Woningplattegronden (begane grond) uit www.planviewer.nl/imro/files/NL.IMRO.0866.BP00192-0101/t_NL.IMRO.0866.BP00192-0101.html

De uitvoering van het project en de gerealiseerde resultaten
Wat betreft de woonkenmerken en de energiehuishouding:
Vijf woningen hebben drie slaapkamers en de rest twee.
De woningen zijn zo goed geïsoleerd dat de zonnepanelen op het dak, bij een normaal leefpatrooon, voor woningverwarming, tapwater en apparaten kunnen zorgen. Omdat de vraag naar en de levering van zonne-energie niet in de tijd samenvallen, blijven de woningen op het elektriciteitsnet aangesloten.
Bewoners van NOM-woningen betalen een vervangende energierekening (de Energie Prestatie Vergoeding EPV), die maximaal €1,44/m2 gebruiksoppervlak mag zijn. Hier is gekozen voor de maximale EPV. De Gebruiksoppervlakte is door ‘Thuis niet vermeld, maar zal op basis van de bestemmingsplantekening wel iets van 80 a 90 m2 zijn (niet alle woningen zijn hetzelfde).
Drie of vier huishoudens uit de oude woningen keren terug in de nieuwe.

( Uit de presentatie van de architect. Een PVT paneel is een gecombineerd zonnepaneel met PV (elektra) en Zon Thermisch (water/glycol) ).

Wat betreft de circulariteit:
‘Thuis volgt de ‘Natural Step’. Dit project was voor ‘Thuis een pilot om circulair te bouwen. Slopen heet tegenwoordig ‘oogsten’ en een goed Nederlandse woord ervoor is ‘Urban Mining’.
De overheid wil ni 2030 de helft minder primaire materialen gebruikt zien.
Hendriks Coppelmans pioniert op dit gebied (zie www.hendrikscoppelmans.nl/innovaties/circulair-bouwen/  en vandaar af www.hendrikscoppelmans.nl/actueel/bestaande-woningen-als-donor-in-circulair-nieuwbouwproject-waalre/ en https://newhorizon.nl/ , allemaal interessante sites) en werkt, behalve met genoemde NBArchitecten, ook samen met New Horizon Urban Mining die de feitelijke sloop deed (niet aanwezig bij het werkbezoek). “NOM bouwen is voor ons niet meer zo spannend” aldus de (wel aanwezige) René Beks op de site van Hendriks Coppelmans “maar dit circulaire bouwproject is een mooie pilot voor ons allemaal”.
Het gaat bijvoorbeeld om het terugsplitsen van beton tot grind, zand en cement, nieuwe bakstenen produceren met puin van oude (met wat glas toegevoegd), FSC-hout en dakpannen hergebruiken.
De verslaglegging door ‘Thuis en aanhang beperkt zich vooralsnog tot het schetsen van intenties en processen – die inmiddels achter de rug zijn.
Het zou aardig zijn om achteraf te horen wat hoe de pilot uitgepakt heeft.

Oud en nieuw
De bouwplaats
Nog eens de bouwplaats