Fijn Stof afvangen op het Eindhovense Stadhuisplein

Het “Glazen huis”

Inleiding
De gemeente Eindhoven, de TU/e, en de firma’s Air Liquide en ENS Technology gaan gedurende het voorjaar van 2018 een proef doen met het verwijderen van fijn stof uit de lucht, die uit de parkeergarage onder het Eindhovense Stadhuisplein. Voor dit alles is het “Glazen Huis” opgericht.
Uit die afgassen wordt zoveel fijn stof weggehaald, dat de bewerkte lucht schoner wordt dan de overige stadslucht (de achtergrond). Die schonere lucht wordt uitgeblazen en verdunt de vervuiling in een gebied buiten de parkeergarage.
Tenminste, dat laatste is de bedoeling want het is een experiment dat zeker vier maand gaat lopen.
Naast genoemde vier instellingen is er een sturingscommissie met externe deskundigen van het IRAS van de Universiteit van Utrecht, en Grimm Aerosol Technology, die meetapparatuur maakt.

De voorgeschiedenis
Dit verhaal is op deze site eerder aan de orde geweest.
Dat was toen er in oktober 2016 een voorstudie gepubliceerd werd van bouwkunde-professor Blocken, universitair docent Twan van Hooff en student Rob Vervoort.

De voorstudie beperkte zich tot een computersimulatie en een maquette voor in de windtunnel. Voor de simulatie werd gekozen voor apparatuur van de firma ENS uit Cuijk (een Aufero-unit), die daar dus nog fictief werd ingezet.
Er werden drie scenario’s tegenover elkaar gezet: 0 units (de nulmeting), 99 units op 65 parkeergarages, en 594 units op diezelfde 65 parkeergarages.
De voorstudie creëerde mooie gekleurde plaatjes, waarin soms forse concentratiedalingen beloofd werden. Hieronder een plaatje van het gebied rond de Boschdijktunnel, links zonder, rechts met 594 Aufero-units. De jaargemiddelde norm voor PM10 (zie de gekleurde schaal links) is 40 µgr/m3 .

PM10-concentraties nabij Boschdijktunnel met en zonder luchtzuivering

Omdat de provincie de voorstudie betaalde, kwam het onderwerp aan de orde in Provinciale Staten. Zodoende heb ik als fractieondersteuner het verhaal beoordeeld voor de SP-fractie. Kort samengevat mijn mening:

  • Men mag verwachten dat de afdeling Bouwkunde de techniek van de computersimulaties en windtunnelmodellen beheerst. Het behoort tot hun core business. Ik heb hierover dan ook geen twijfel uitgesproken.
  • Ik had wel kritiek op de randvoorwaarden:
  • Er is alleen gerekend aan een heel zeldzaam weertype (1m/sec op 10 m hoogte dus eigenlijk windkracht 0,5 , uit het Zuidoosten, geen neerslag).Men mag verwachten dat bij een dergelijk uitgangspunt het optimale contrast bereikt wordt en de mooiste plaatjes ontstaan.
  • Er is alleen gerekend aan PM10
  • Er was een te lage achtergrondconcentratie ingegeven
  • Er was een handvol vereenvoudigingen aangebracht waar je moeilijk onderuit kon, maar die mogelijk wel enige invloed hadden

Ik vond de uitkomsten, vanwege het gekozen niet-representatieve weertype, onbruikbaar om beleid op te baseren. Immers, een lokale overheid wordt afgerekend op jaargemiddelde concentraties en bij een huilende Noordwester zien de contrasten er ongetwijfeld heel anders uit.

De vragen (dd december 2016) echter werden afgepoeierd door GS en het geheel ging richting gemeente Eindhoven voor het vervolg –  dat dus een jaar later, in de vorm van een Glazen huis, op het Stadhuisplein verrees. De voorstudie was een pilot geworden.
Zie De parkeergarage als longen van de stad? en SP-vragen over studie naar luchtzuivering in Eindhovense parkeergarages- update .

Hoe het werkt

Binnen het Glazen Huis
De communicatie van de gemeente Eindhoven naar de bevolking toe is in de bekende Brainport-ronkende stijl, die wethouder Schreurs goed beheerst. Het is allemaal fantastisch.

Er is ook een briefingsdocument voor de gemeenteraad en dat is beter (maar dat moet je dan ook eerst zoeken). Zie GR-info_Bijlage_3_Longen_van_de_stad_Eindhoven_-_Pilot_Project_Stadhuisplein_Plan_B

De begroting van het hele project staat voor 1,29 miljoen incidenteel, waarvan 0,23 miljoen voor rekening van de gemeente Eindhoven. De rest zit bij ENS en bij Air Liquide. De TU/e werkt mee met mens- en rekenkracht.

Een garage als die op het Stadhuisplein zou voor zichzelf maar 6 Aufero-units nodig hebben, maar omdat men in de pilot ook het effect op de omgeving wil onderzoeken, worden er nu 30 neergezet.

Zo’n unit jaagt er 9000 m3 lucht doorheen. Het reinigingsrendement voor PM10 is ca 70%, voor fijner stof en voor roet ergens rond de 40%.
Aufero-units zijn een soort elektrostaatfilters en kunnen daarom toe met een relatief laag vermogen van 415W per stuk (ongeveer een lichte elektrische boor). Staat zo’n ding een heel jaar aan, dan verbruikt het zo’n 3600kWh, ongeveer het stroomverbruik van een gemiddeld Nederlands huishouden.
Men schat in dat één unit 50 tot 100 gr fijn stof per maand vangt. Als je het narekent (9000m3/h * 20 µgr/m3 * 720h/maand * 0,70), kom je op 90 gr/maand, dus dat zou ongeveer kunnen.

PM10-concentraties in de Eindhovense binnenstad (2015, Atlas Leefomgeving)

Er wordt een uitgebreid meetnetwerk ingericht. Dat gaat de concentraties meten van fijn stof (van 0,3 tot 10 µm diameter, dus van PM0.3 tot PM10), roet (Black Carbon), en zaken als de temperatuur, de windrichting en -snelheid, en de luchtvochtigheid.

Mogelijke meetstations

Er wordt eerst 4 weken gemeten als nulmeting, dan vier weken pauze, en dan drie maand een meting met de apparaten aan.  In de tweede helft van 2018 zal er een wetenschappelijke publicatie komen in een open access-artikel in een vooraanstaand wetenschappelijk tijdschrift.
Dat stelt me wel gerust: de politieke en commerciele belangen zijn groot en het zou niet voor het eerst zijn dat een publiek-privaat onderzoek tot uitkomsten leidt die niet openbaar worden gemaakt “uit concurrentieoverwegingen” of zoiets. Ik  ga het volgen.

Critici
Je hebt twee soorten critici: zij die aan het beleid twijfelen en zij die aan de techniek twijfelen (of beide).

Mijn Vereniging Milieudefensie twijfelt (bij  monde van Anne Knol die hoofdverantwoordelijke is voor het onderwerp en zelf onderzoekster bij het RIVM geweest is) dat de principiele gedachte niet deugt.
De heilige milieudrieëenheid wil dat je eerst bronmaatregelen neemt, dan overdrachtsmaatregelen en dan end of pipe-maatregelen. Je kunt er over twisten of dit een overdrachtsmaatregel is of een end of pipe-maatregel, maar het is in elk geval geen bronbeleid.
Bovendien veroorzaken auto’s meer problemen dan alleen roet en fijn stof. Ze lozen ook CO2 (van belang voor de klimaatdoelen) en NO2 (het gas dat nu juist in Eindhoven voor het soort gedoe zorgt als op de Vestdijk). Daartegen doet het elektrostaatfilter van ENS niets.
En auto’s nemen in de stad veel ruimte in en veroorzaken ongelukken.
Kortom, ongeacht of je stof kunt wegvangen of niet, je wilt toch minder auto’s in het centrum.

Een criticus als Michiel van der Molen, universitair docent luchtkwaliteit in Wageningen, bespreekt vooral de getallen. Hij gelooft niet dat de effecten zo groot zijn als verwacht. “Op één km weg langs het Stadhuisplein wordt per dag 600 tot 700 gr fijn stof uitgestoten” zegt hij in de NRC van 22 dec 2017. “Dat haal je bij lange na niet meer uit de lucht”. ( www.nrc.nl/nieuws/2017/12/22/scepsis-over-proef-om-stadslucht-te-zuiveren-a1585932 ). (Dat getal lijkt me overigens aan de hoge kant bg: bij een parkemissiefactor over 2016 van 0,023gr/km (CBS), en bij 16000 auto’s op de Wal per etmaal, kom ik op ongeveer 370gr per km Wal per etmaal, dus op 11000 gr per km Wal per maand).
Maar of men nu mijn 11000 gr per km Wal per maand neemt, of het bijna twee keer zo hoge getal van Van der Molen, in beide gevallen lijkt het erg veel ten opzichte van de 50 a 100gr per maand die de Aufero per stuk per maand uit de lucht haalt.

In diezelfde NRC doet ook het RIVM erg sceptisch. “In het algemeen is het niet efficient om emissies in een stad te faciliteren en die na verspreiding weer uit de lucht te filteren. Vermindering en/of voorkomen van emissies is veel efficienter” aldus een woordvoerder.

Deelnemende instellingen

Mijn conclusie
Vooralsnog stel ik me ten aanzien van het onderzoek an sich neutraal op. Het is een interessant wetenschappelijk experiment dat vooralsnog vooral het karakter van fundamenteel onderzoek heeft op een belangrijk beleidsterrein. Daar kun je niet tegen zijn.
Welk beleid er straks op moet volgen, dat is een ander verhaal.

Als de conclusies bekend zijn gemaakt, kijk ik wel waar het uiteindelijk om draait: een serieuze techniek om een belangrijk probleem flink te verminderen, of vooral verkoopstrategie van de firma ENS.
Ik heb niets tegen industriepolitiek, als daar het belang van de bevolking bij voorop staat.

In tussentijd blijf ik steun verlenen aan de Milieudefensieacties voor minder en schonere auto’s in de stad.

Wethouder Schreurs: 10% luchtvervuiling door vliegtuigen

In het Eindhovens Dagblad van 12 december 2017 stelde de Eindhovense wethouder Schreurs (D66) in een artikel “Stadslucht kost mensenlevens“, dat “De invloed van de luchthaven op de stad betrekkelijk gering is: zo’n 10% van de vervuiling komt van de vliegtuigen. En de gemeente heeft er geen directe invloed op.”.

Wethouder Schreurs

Zoals wel vaker bij wethouder Schreurs, blijft het een beetje schimmig wat ze precies bedoelt.

Zoals het er staat, spreekt wethouder Schreurs over de vervuilingsconcentraties. Dan is 10% erg veel. Het is niet gepast hierover badinerend te spreken.
Voor fijn stof is dat ongeveer het verschil tussen het Henri Dunantpark en het fietspad pal langs de Kennedylaan.
Of: het is ongeveer het effect van een paar jaar luchtkwaliteitsbeleid.
Of: het is 10% van gemiddeld twee jaar korter leven.

Mogelijk echter doelt wethouder Schreurs op 10% van de emissies binnen de gemeentegrenzen. Dan is het nog steeds veel.
Als er één onderneming in Eindhoven met slechts één activiteit verantwoordelijk zou zijn voor 10% van de lokale luchtvervuiling, zou Eindhoven te klein zijn vanwege alle ophef.
Blijkbaar worden vliegvelden anders behandeld dan andere ondernemingen.

Overigens heeft de gemeente Eindhoven, anders dan wethouder Schreurs stelt, wel degelijk veel invloed op het vliegveld.
De gemeente is aandeelhouder en heeft invloed op en via Brainport (de SP denkt hier even terug aan het opstellen van de Brainport Nationale Actieagenda en de passage over de groei van de geluidsruimte daarbinnen).
Bovendien is de gemeente Eindhoven in de Werkgroep Monitoring van de Uitvoeringstafel verantwoordelijk voor de onderwerpen Leefbaarheid en Hinderbeperking en voor Onderzoek en monitoring Luchtkwaliteit.
Hier is toch minstens sprake van uitgebreide mogelijkheden tot beleidsbeïnvloeding.
En toen de gemeente Eindhoven ten tijde van Alders een hartstochtelijk voorstander was van de verdere groei van het vliegveld, werd het argument van een slechts indirecte zeggenschap ook niet gebruikt.

BVM2 wil eigenlijk wel graag weten waar het getal “10% van de vervuiling” vandaan komt en wat er precies mee bedoeld wordt. Daarom is BVM2 met de Eindhovense SP overeengekomen dat deze gebruik maakt van het instrument van de ‘technische vraag’.

Namens de SP heeft Lydia van Oostenbrugge onderstaande technische vragen aan B&W ingediend.

In het Eindhovens Dagblad van 12 december 2017 stelde wethouder Schreurs in (een artikel), dat “De invloed van de luchthaven op de stad betrekkelijk gering is: zo’n 10% van de vervuiling komt van de vliegtuigen. En de gemeente heeft er geen directe invloed op.”. 

De SP zou graag de achtergronden willen weten van het door wethouder Schreurs genoemde getal. Waarop is dat getal eigenlijk gebaseerd?

1) Betreft het hier een jaargemiddelde cijfer, zoals gebruikelijk bij luchtkwaliteitsberekeningen?

2) Voor welk jaar geldt dit cijfer?

3) Betreft het “10% van de concentraties” of “10% van de emissies” binnen de gemeentegrenzen?

4) Aangenomen dat het om concentraties gaat: betreft het een gemiddelde over de hele gemeente Eindhoven, of betreft het een slechts de nabije omgeving van het vliegveld? 
Zo het een gemiddelde over de hele gemeente betreft, hoe is dat bepaald? 
Zo het om de nabije omgeving gaat, welke nabije omgeving?

5) Is dit cijfer gebaseerd op metingen of op modelberekeningen, of op een combinatie?

6) Voor welke categorieën luchtvervuiling geldt het cijfer 10%? PM10? PM2.5? Ultrafijn stof? Roet? NO2 ? Is het mogelijk de percentages per stof te geven?
Of betreft het een gewogen gemiddelde van meerdere vervuilende stoffen en zo ja, hoe is dat gemiddelde bepaald?

7) Mocht het aantal  vliegbewegingen ten opzichte van nu gaan verdubbelen, zoals de directeur van het vliegveld wil, verdubbelt dan ook het door wethouder Schreurs genoemde percentage?

Tropomi-satelliet geeft sensationele eerste foto’s door over luchtverontreiniging

Het was al op het NOS-journaal, maar daar ging het snel en bewegend en klein: de eerste foto’s van de pas gelanceerde Tropomi-satelliet. Ik heb daarover al geschreven op TROPOMI meet de atmosfeer met niet eerder vertoonde kwaliteit .

De eerste resultaten zijn nu binnen gekomen en die overtreffen alles, wat er op dit gebied tot nu toe te bewonderen was.
De publicatie gaat via het KNMI op www.knmi.nl/over-het-knmi/nieuws/tropomi-ziet-luchtkwaliteit-scherper-dan-ooit . Klik daarin ‘eerste beelden’ aan.
Hier staat ook het animatiefilmpje dat op het journaal te zien was.

Ik geef er nu drie van de NO2 – concentraties in Nederland.

NO2-concentraties, 07 november 2017, Zuidenwind
NO2-concentraties, 17 november 2017, NW-wind
NO2-concentratie, 22 nov 2017, windrichting niet vermeld (zo op het ook ongeveer windstil)

Bruin-grauw betekent bewolkt en dus geen resultaten.
De beelden zijn nog niet getalsmatig geijkt.
De kleinste afmeting is aan de grond een hok van 13*7 km.

Ik kom er op terug als er meer nieuws is.

Inbreng Milieudefensie Eindhoven over houtrook in GR-programma’s

Ik heb voor Milieudefensie Eindhoven aan de politieke partijen in Eindhoven een bericht gestuurd, waarin het verzoek uitgesproken wordt dat ze in het programma voor de komende gemeenteraadsverkiezingen een passage opnemen over kleinschalige houtstook door particulieren. De rook daarvan verziekt soms de omgeving en schaadt met name longpatienten en andere mensen met een zwakke gezondheid.
Iets afdwingen is moeilijk, omdat de landelijke wetgeving zich daar als regel niet voor leent. Het zal voorlopig vooral een voorlichting- en beïnvloedingstraject worden.

Hieronder de brief.
In de brief is een eerder verzoek van het Longfonds en de Stichting Houtrookvrij als bijlage bijgevoegd.

Voor eerdere berichten op deze site zie ook Longfonds tegen houtrook

Houtpellets

Aan de leden van de gemeenteraad en B&W van Eindhoven
Aan de programmacommissies van Eindhovense politieke partijen

 

Betreft: opstellen programma voor de gemeenteraadsverkiezing 2018

in concreto de toevoeging van een passage ter regulering of ontmoediging van het stoken van hout door particulieren

 

Geachte mevrouw, meneer

            De Vereniging Milieudefensie spant zich al jaren in voor een schonere atmosfeer. Dit agendapunt is hierdoor hoger op de politieke agenda gekomen.

In de stad Eindhoven geldt hetzelfde. In Eindhoven gelden dezelfde wettelijke verplichtingen, en worden er initiatieven genomen om de feitelijke situatie te meten en de gewenste situatie steeds dichter te benaderen. Dit is een goede zaak.

De initiatieven tot nu toe richten zich vooral op het verkeer als oorzaak. Dat is uitstekend, want in het rijtje van binnen de gemeente Eindhoven gelegen oorzaken speelt het verkeer een belangrijke rol.

Het verkeer is echter niet de enige, binnen de gemeente Eindhoven gelegen, oorzaak. Ook het stoken van hout door particulieren in open haarden, allesbranders en dergelijke veroorzaakt nogal wat luchtvervuiling waardoor vooral de omgeving geschaad wordt. De orde van grootte van de luchtvervuiling door al deze kleinschalige houtstook samen is zelfs te vergelijken met die van het verkeer.

Aandeel roet (=EC) door houtstook in Eindhoven

Een en ander kan tot schrijnende situaties aanleiding geven bij bijvoorbeeld longpatienten. Niet voor niets voert dit Longfonds op dit punt actie, en niet voor niets heeft ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten zich met dit probleem bezig gehouden. En er ligt ook een GGD-onderzoek uit de drie noordelijke provincies.

Aandeel PM10 dat van houtstook afkomstig is

De landelijke regelgeving (met name het Bouwbesluit 2012) biedt in praktijk op dit moment als regel onvoldoende juridische aanknopingspunten (uitzonderingen daargelaten). Dat komt omdat de uitspraken in het Bouwbesluit vaak onvoldoende kwantificeerbaar zijn , en omdat het Bouwbesluit vooral de eigen woning beschermt en niet die van de buren.
De Algemene Plaatselijke Verordening (APV) kan geen regels opleggen die het Bouwbesluit overtreffen.
Om andere redenen lenen de luchtkwaliteitseisen, zoals vastgelegd in de milieuwetgeving, zich in deze situatie ook niet voor handhaving.

Hoe betreurenswaardig ook, in praktijk zijn gemeenten momenteel vooral aangewezen op communicatie en beïnvloeding. Hiertoe bestaan instrumenten, zoals de onlangs in Nijmegen ontwikkelde app www.stookwijzer.nu en de in opdracht van het Ministerie van I&M ontwikkelde Toolkit “ Houtstook door particulieren, hoe voorkom je overlast?” uit 2014 (zie De 10 stooktips uit de Toolkit 2014 in opdracht van Ministerie van I&M ).

Dit alles overwegende, verzoekt Milieudefensie Eindhoven uw partij om in uw programma voor de gemeenteraadsverkiezing 2018 een passage op te nemen over kleinschalige houtstook door particulieren. Wij verzoeken u om daarin (uiteraard in uw eigen woorden) op te nemen:

  • De gemeente Eindhoven steunt pogingen om de landelijke regelgeving inzake het stoken van hout door particulieren aan te scherpen
  • De gemeente ontwikkelt een actief voorlichtingsbeleid, gericht op het grote publiek, waarin primair het kleinschalig stoken van hout door particulieren afgeraden wordt. Secundair, daar waar er toch gestookt wordt, richt het voorlichtingsbeleid zich op verstandig stoken op verstandige momenten.
  • De gemeente treedt in overleg met de vakhandel opdat deze, waar dat nog niet gebeurt, meewerkt aan deze communicatie
  • Daar waar het mogelijk is om regelgevend en handhavend op te treden, krijgt dit prioriteit
  • De gemeente neemt de kleinschalige houtstook door particulieren niet op in haar beleid om op termijn energieneutraal te worden.

Als bijlage sluit Milieudefensie een eerder beroep bij, dat het Longfonds en de Stichting Houtrookvrij op de opstellers van lokale verkiezingsprogramma’s gedaan hebben.

Met vriendelijke groeten, en tot nadere informatie bereid,

Namens Milieudefensie Eindhoven

 

Bernard Gerard, secretaris
040-2454879
bjmgerard@gmail.com
www.bjmgerard.nl

(Bijlage)

 

 Input Longfonds en Stichting Houtrookvrij voor lokale verkiezingsprogramma’s

Pak houtstook door particulieren aan

Amersfoort, 19 juni 2017

Nederland telt een miljoen mensen met een longziekte. Houtrook verergert vaak hun gezondheidsklachten. De rook van houtkachels, open haarden, barbecues en vuurkorven is echter voor niemand gezond. Lokaal kunnen de risico’s hoog oplopen. Het Longfonds en de Stichting Houtrookvrij adviseren mensen om geen hout te stoken. Neemt u in uw verkiezingsprogramma maatregelen op die nodig zijn voor gezonde lucht?

In veel gemeenten leidt het stoken van hout door particulieren tot problemen. Het is een bron van luchtvervuiling, lokaal tot wel 40 procent van de totale luchtvervuiling, overlast, ziekte en burenruzies. In 2016 vroeg de Vereniging Nederlandse Gemeenten in een enquête aan haar leden of er lokaal overlast werd ervaren. Ongeveer een derde (124) van de Nederlandse gemeenten hebben de enquête ingevuld. Meer dan de helft van hen geeft aan dat zij inwoners hebben die houtrook van particulieren als overlast ervaren.

Nederland telde in 2011 bijna een miljoen kachels en open haarden (i) en dit aantal neemt toe vanwege het onterecht duurzame en goedkope imago van houtstook. Het CBS berekende in 2009 dat in Nederland 10 procent van de bevolking hinder ondervindt door houtrook (ii). Sommige gemeenten noteren inmiddels hogere overlastcijfers, zoals Amersfoort waar 28 procent van de mensen regelmatig last heeft van houtrook (iii). Hoe is dat in uw gemeente?

Iedereen loopt een gezondheidsrisico

Luchtvervuiling kan mensen ziek maken. De stoffen die vrijkomen bij het stoken van hout dragen bij aan luchtvervuiling. In de directe omgeving veroorzaakt houtrook gezondheidsklachten door fijn stof. Het RIVMiv neemt aan dat fijnstof uit houtrook en verkeer even schadelijk zijn voor de gezondheid. Ook kankerverwekkende (PAK’s)-en giftige stoffen als VOS en koolmonoxide komen vrij bij de verbranding van hout.

Mensen met een longziekte zijn gevoeliger voor houtrook dan mensen met gezonde longen. Ook ouderen, mensen met een hart- en vaatziekte en gezonde kinderen krijgen eerder gezondheids-klachten door houtrook. Deze ‘gevoelige groepen’ kunnen benauwd worden, moeten veel hoesten of hun longfunctie wordt slechter. Bij hoge blootstellingen kunnen de klachten lang aanhouden, ook als het vuur al uit is. Dit belemmert mensen in hun dagelijkse leven. De gevolgen zijn snel merkbaar. Iedereen loopt een gezondheidsrisico, ook de stoker zelf.

Niemand meer zieke longen door houtrook

Longpatiënten die in de buurt wonen van bijvoorbeeld een houtkachel kunnen zich niet beschermen tegen houtrook. Het is onmogelijk om de eigen woning zo af te sluiten dat de rook niet meer binnendringt. Bovendien is het juist nodig om steeds te ventileren om de luchtkwaliteit binnenshuis gezond te houden.

Het Longfonds wil dat niemand meer zieke longen krijgt door het inademen van lucht. Het Longfonds en de Stichting Houtrookvrij willen de gezondheidsschade van houtrook voorkómen, met name bij gevoelige groepen zoals mensen met een longziekte, kinderen en ouderen. Daarom pleiten wij er voor om niet op hout te stoken. Wij roepen mensen op om te kiezen voor gezondheid en voor (sfeer)verwarming zonder uitstoot van schadelijke stoffen.

Wat kunt u doen

Een eerste stap in de goede richting is een stookverbod bij mist en windstil weer. Vlaanderen geeft het goede voorbeeld: www.vmm.be/lucht/luchtkwaliteit/stookadvies/wanneer-geven-we-stookadvies . U kunt dit ook lokaal toepassen.

Daarnaast is goede voorlichting over de gezondheidsrisico’s van houtstook nodig. Veel mensen zien een houtvuur als gezellig en zijn zich niet bewust van de schadelijkheid voor de gezondheid van henzelf en hun omgeving. Start bijvoorbeeld een lokale voorlichtingscampagne zoals de gemeente Den Haag heeft gedaan of geef informatie bij het gemeentenieuws in lokale media.

Neem mensen die aangeven ziek te worden van de houtrook van hun buren serieus. Onderzoek de klacht, handhaaf waar nodig en stel bemiddeling tussen gehinderde en stoker beschikbaar.

Pak houtstook door particulieren aan. Wij rekenen op u.

 

Voor vragen aan het Longfonds kunt u contact opnemen met Christine Strous, christinestrous@longfonds.nl  of 06 51 49 21 74. Voor vragen aan de Stichting Houtrookvrij kunt u contact opnemen met Vincent van der Heiden, info@houtrookvrij.nl .

 

M.R. Rutgers MSc                 Directeur Longfonds (voorheen Astma Fonds)

Vincent van der Heiden         Bestuurslid Stichting Houtrookvrij

 

i TNO-rapport ‘Emissiemodel Houtkachels’ van 16 februari 2011

ii www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/natuur-milieu/publicaties/artikelen/archief/2009/2009-2714-wm.htm

iii www.amersfoort.nl/nieuws/28-ervaart-overlast-door-gebruik-open-haard.htm  

iv Gezondheidseffecten van houtrook, een literatuurstudie, RIVM, 2011

TROPOMI meet de atmosfeer met niet eerder vertoonde kwaliteit

De satelliet en het meetinstrument
TROPOMI (Tropospheric Monitoring Instrument) is een meetinstrument dat met eerder vertoonde kwalificaties de samenstelling van de atmosfeer gaat meten. Het instrument is met toebehoren gemonteerd op het platform Sentinel 5-precursor. Het geheel is wat men in de volksmond een ‘kunstmaan’ noemt.

Die kunstmaan is gelanceerd op vrijdag 13 oktober 2017 en nog wel van-
uit Rusland, maar alles ging goed. De satelliet draait in een polaire baan op 824km boven de oppervlakte. Daardoor kan hij in één dag de hele aarde zien.

De ontwikkeling duurde zes jaar en kostte 80 miljoen (valt mee).

Tropomi heeft zijn eigen website www.tropomi.nl/ .

Het Sentinel 5-P platform (links) en het TROPOMI-instrument (rechts)

Tropomi staat in een traditie van eerdere instrumenten (Nederland is sterk in deze tak van sport). De diepblauwe afbeelding in de intro is gemaakt door een voorganger, de OMI (Ozone Monitoring Instrument). Het is het aantal NO2-molekulen in een atmosferische kolom van onder naar boven, links gemiddeld over oktober 2005 en rechts over oktober 2016. Wie daar lol in heeft, kan kaarten voor allerlei stoffen op allerlei
tijden vinden op www.temis.nl/airpollution/no2col/no2regioomimonth_v2.php .

Er vinden nu allerlei voorbereidende bewerkingen plaats. Daarna ziet het instrument elke dag de hele aarde en levert daarbij 20 miljoen waarnemingen per dag  – dat zijn er tien keer zoveel als de voorgangers bij elkaar. Die datavloed moet binnen drie uur verwerkt zijn, bijv. om van invloed te zijn op weerberichten en smogwaarschuwingen.

De pixelgrootte van Tropomi op de grond is 7*7km (ter vergelijking, dat was bij OMI 13*24km). 7*7km op een kaart van Eindhoven ziet er zo uit:

7km bij 7 km – pixel op Eindhoven gelegd

Tropomi kan dus Veldhoven, Eindhoven en Nuenen uit elkaar houden.
De gedachte is dat het bij dit oplossend vermogen mogelijk wordt sommige individuele bronnen te zien.

Het instrument meet en vergelijkt straling, die rechtstreeks van de zon binnen komt, met straling die van de zon, heen en terug door de atmosfeer binnen komt. Die laatste geeft absorptiekenmerken, die het gevolg zijn van de aanwezigheid van geringe concentraties aan allerlei gassen. Die absorbtiekenmerken worden zichtbaar als je een spectrum van het binnenvallende licht maakt en dat gebeurt 300 maal per seconde.
Die absorptie kan op allerlei plaatsen in het spectrum plaatsvinden. Vandaar dat TROPOMI in verschillende gebieden kijkt (OMI, GOME en Sciamachy zijn voorgangers).

Het golflengtebereik van TROPOMI en zijn voorgangers

Sommige gassen zijn vooral van belang omdat ze toxisch zijn (bijv. NO2 en HCOH = formaldehyde en O3 laag in de atmosfeer), sommige omdat ze voor het klimaat van belang zijn (bijv. CO2 en CH4 = methaan), en sommige voor de ozonlaag hoog in de atmosfeer (bijv. sommige chloorverbindingen).
Ze kunnen ook meervoudig van belang zijn (bijv. hoge ozon).
“Fijn stof” zit in het plaatje als “Aerosols”.

Het KNMI heeft een goed verhaal over TROPOMI op www.knmi.nl/kennis-en-datacentrum/achtergrond/tropomi-sensing-the-troposphere-from-space .

Het KNAW-symposium
De Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW) had op 25 september 2017 een symposium belegd over Tropomi. Daar spraken bouwers en gebruikers. Ik ben er naar toe geweest.

  • Als belangrijkste bouwer sprak Nick van der Valk van TNO. De man was apetrots op zijn machientje en daar had hij groot gelijk in want er zitten uiterst innovatieve hoogstandjes aan hightech in. Maar dat  gaat te ver voor een algemeen publiek. Ik doe hem onrecht, maar laat het achterwege.
  • Maarten Krol, hoogleraar in Wageningen en met nog een stel andere wetenschappelijke functies, begon met het statement dat zij in Nederland gemiddeld een jaar korter leven vanwege de luchtvervuiling en de gemiddelde Beijing-Chinees drie jaar korter, en gaf daarna puntsgewijs aan waar het wetenschappelijke nut zit:
    –  Wetenschappelijk onderzoek.
    Met verschillende satellieten samen kon men van augustus t/m december 2015 kwantitatief redelijk de bosbranden in Indonesie in kaart brengen door CO (koolmonoxide) te meten.
    –  trends volgen.
    Men kon bijna in real  time de ontwikkeling van het ozongat volgen (dat zich traag herstelt na de aanslag door de CFK’s – het Verdrag van Montreal is een succes, zij het geen snel succes).

    Dit geeft de omvang van het ozongat bij de Zuidpool, per maand en over een aantal jaren.
    (Hoog op de verticale as = een groot gat = slecht).

    Ook een trend is dat het luchtkwaliteitsbeleid van de overheid, althans bij NO2 , een succes blijkt. De concentraties dalen: het introplaatje uit 2005 is een stuk feller gekleurd dan het vergelijkbare plaatje uit 2016.
    (Het probleem is alleen, dat de concentraties op sommige plaatsen en tijden niet genoeg dalen om onder de wettelijke limiet te komen, zie het Milieudefensievonnis. Het dieselgesjoemel speelt hier ook een rol bg).
    – 
    Voorspellen:
    Bijv. ozonconcentraties in Amsterdam bij een zomersmogsituatie.

  • De bijdrage van Pepijn Veefkind overlapte gedeeltelijk die van Krol en zijn bijdrage heb ik al elders in dit verhaal verwerkt. Ik beperk me tot een website, waarop een goed interview met hem staat waarin ook meer in extenso een beeld gegeven wordt waar het in dit veld om draait: www.esa.int/Our_Activities/Observing_the_Earth/Copernicus/Sentinel-5P/Pepijn_Veefkind_KNMI_Senior_Scientist . Het lezen waard.
  • Ilse Aben is bijzonder hoogleraar aan de VU inzake de fysica en de chemie van de aardatmosfeer, met speciale interesse voor de koolstofkringloop. Ze hield zich vooral bezig met methaan.
    Methaan is een zeldzamer, maar veel krachtiger broeikasgas dan CO2 en haalt daarom toch nog 60% van het broeikaseffect van CO2 . Sinds het begin van de industriele revolutie is de methaanconcentratie met 150% gestegen.

Satellietmetingen wijzen bijvoorbeeld uit dat (opgeteld over het hele productieproces) uit de conventionele gaswinning veel meer methaan naar de atmosfeer weglekt dan eerder gedacht.

In Nederland ziet de satelliet niets spannends – “Nederland is saai”. (Overigens was Nederland in 2012 met 0,024% van het mondiale land-
oppervlak goed voor 0,24% van de mondiale, door mensen veroorzaakte, methaanproductie bgerard
)

Onderstaande kaart van de mondiale methaanconcentraties in de atmosfeer is uit andere bron. Bedenk dat methaan een jaar of negen in de atmosfeer blijft en goed mengt. De meeste methaan waait dus weg. Als je dus op de kaart een fors signaal ziet, betekent dat dat er daar nog veel meer in de lucht komt dan er wegwaait.

Mondiale methaanconcentraties in de atmosfeer

Tenslotte
Voor alle meetsystemen geldt dat het goed is dat ze er zijn, maar dat ze op zichzelf niets oplossen. Ze zijn er om een olossing te ondersteunen, niet om die te vervangen. Daarvoor moet er gehandeld worden: minder dieren, betere auto’s, minder fossiele brandstoffen (bgerard)

Milieudefensie, Longfonds en houtstook

Mijn organisatie Milieudefensie besteedt veel aandacht aan het schoon krijgen van de Nederlandse lucht.

Luchtvervuiling heeft meerdere oorzaken, die ten dele in het buitenland liggen. Wat betreft de binnenlandse oorzaken focusseert Milieudefensie zich tot nu toe vooral op het verkeer als bron. In praktijk betekent dat een focus op de grote steden en op de nabijheid van snelwegen.
Milieudefensie krijgt echter regelmatig mails over houtstook door particulieren als bron van luchtvervuiling. Dat valt te begrijpen, omdat onoor-
deelkundige houtstook door particulieren grofweg evenveel luchtvervuiling veroorzaakt als het verkeer (zij het met een andere samenstelling). De schrijvers van die mails vinden de focus van Milieu-
defensie te eng.

Aandeel roet (=EC) door houtstook in Eindhoven

Een probleem is dat beide bronnen onder een geheel ander juridisch regime vallen.
De luchtvervuiling door auto’s wordt aan de bron aangepakt door Europese richtlijnen (hoewel daarop veel kritiek bestaat, men denke aan het Volkswagenschandaal). De nationale en lokale overheden hebben mogelijkheden om iets aan de overdracht te doen, bijv. door een nieuwe weg niet of anders of juist wel aan te leggen, of door milieuzones. Een wet als het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit is van kracht.

Voor de luchtvervuiling door kleine, decentrale stookinrichtingen in een woning bestaat eigenlijk nauwelijks regelgeving. Ze zijn bijvoorbeeld niet vergunningplichtig. Eenieder die dat wenst kan een open haard aanleggen en daarin bij een relatief lage verbrandingstemperatuur geverfd hout en oude schoenen gaan opstoken, ook al zet hij daarmee zijn buren in de stank. Die kunnen dan bijvoorbeeld gaan procederen dat het een onrechtmatige daad is die hun gezondheid schaadt (wat niet eenvoudig te bewijzen is). Een mogelijk alternatief is de bouwregelgeving, zoals het Bouwbesluit (wat vooral gericht is op de eigen woning) of de Algemene Plaatselijke Verordening (die echter weer ondergeschikt is aan landelijke wetgeving).
Aan alle drie de routes blijken in praktijk veel haken en ogen te zitten.
Zie Longfonds tegen houtrook .

Milieudefensie heeft een rechtszaak aangespannen tegen de Staat, omdat deze niet voldoende doet om overal de wettelijk verplichte lucht-
kwaliteitsnormen te halen. Deze procedure loopt nog.
Overigens zijn deze normen slechts beperkt bruikbaar om overlast door houtstook tegen te gaan, bijvoorbeeld omdat ze jaar- of etmaalgemiddeld zijn en niet altijd de stoffen afdekken die vrij komen bij onoordeel-
kundige houtstook.

Houtpellets

In reactie op de mails over houtstook, en ook in reactie uit eigen kring, heeft Milieudefensie in augustus 2017 onderstaand persbericht uitgebracht:


Milieudefensie en houtstook

Op de Algemene Leden Vergadering van Milieudefensie van juni 2017 is er een motie ingediend over het onderwerp houtstook. Het bestuur zal zich op de motie beraden en hier op terugkomen in de ALV van december 2017.

Houtrook is op sommige plekken een substantiële bron van luchtvervuiling en kan de gezondheid schaden. De rechtszaak die Milieudefensie voert op het gebied van luchtvervuiling kan – bij een positieve uitkomst – aanknopingspunten bieden (voor andere partijen of burgers) om meer maatregelen te eisen om houtrook aan te pakken. Zowel vanuit klimaat als vanuit gezondheidsperspectief moet het stoken van hout schoner en minder gebeuren.

In onze campagne voor een gebouwde omgeving met schone lucht geven wij de voorkeur aan duurzame verwarming op basis van elektriciteit, aardwarmte of restwarmte. Houtstook door particulieren, of het grootschalig stimuleren van pelletkachels in huishoudens, als methode om van het gas af te komen wijzen wij af. Zeker in stedelijke gebieden waar mensen dicht op elkaar wonen, is houtstook ook via pelletkachels niet aan te raden.

In december komt het bestuur specifiek terug op de motie over houtstook.

Nu ik toch over dit onderwerp bezig ben: het Longfonds en de Stichting Houtrookvrij hebben in juni 2017 een advies uitgebracht, bedoeld voor de op te stellen verkiezingsprogramma’s voor de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen. Ik citeer hier het feitelijke voorstel uit dit advies


Wat kunt u doen

Een eerste stap in de goede richting is een stookverbod bij mist en windstil weer. Vlaanderen geeft het goede voorbeeld: https://www.vmm.be/lucht/luchtkwaliteit/stookadvies/wanneer-geven-we-stookadvies. U kunt dit ook lokaal toepassen.

Daarnaast is goede voorlichting over de gezondheidsrisico’s van houtstook nodig. Veel mensen zien een houtvuur als gezellig en zijn zich niet bewust van de schadelijkheid voor de gezondheid van henzelf en hun omgeving. Start bijvoorbeeld een lokale voorlichtingscampagne zoals de gemeente Den Haag heeft gedaan of geef informatie bij het gemeentenieuws in lokale media.

Neem mensen die aangeven ziek te worden van de houtrook van hun buren serieus. Onderzoek de klacht, handhaaf waar nodig en stel bemiddeling tussen gehinderde en stoker beschikbaar. 

Het advies zelf is te lang om hier af te drukken. Met kan het hier lezen.

Tot slot nog een afbeelding van een analyse door de denktank IIASA, waarvan voor Nederland NWO lid is.

Productie van roet in Nederland uit diverse bronnen in verleden en toekomst

Toevoeging;
naar aanleiding van dit stuk heeft Hans Roosendaal gereageerd. Zie voor de dialoog hieronder bij de reacties.
Hij wijst op het bestaan van een Nijmeegse stookwijzer. Die is te vinden op www.stookwijzer.nu . Als je als houtstoker van goede wil wilt zijn, heb je er wat aan.

 

Eerste reactie op veeteelt-besluit Provinciale Staten 07 juli 2017

Op vrijdag 7 juli 2017 hebben PS, na een marathonvergadering, besloten om een aantal maatregelen te nemen die beperkingen opleggen aan de veehouderij. Ik ben zeer blij met dit besluit, al moet er nog veel meer gebeuren.

Publieke tribune op 23 juni 2017, landbouwdebat

Ik heb voorafgaand aan 7 juli al een korte samenvatting van het voorstel op deze site gezet. Die kan men nalezen op Behandeling nieuwe maat-
regelen tegen door landbouw veroorzaakte problemen
.

Deze voorstellen zijn als integraal pakket aangenomen. Ik zal daarop binnenkort uitgebreider reageren.
Nu wil ik alvast aandacht vragen voor een reactie van Werkgroep Behoud de Peel. Die zetten in hun recente Nieuwsbrief een aantal verstandige kanttekeningen.

  • Het besluit is niet historisch, want er is in 1995 in midden- en oost Brabant en midden- en noord Limburg een soort standstill-beginsel geweest. Maar dat heeft het maar twee jaar uitgehouden.
  • Dit is een eerste stap richting natuurherstel
  • Met extra staltechnieken schiet je niet veel op als tegelijk het aantal dieren omhoog mag
  • De kosten van het stalderen moeten niet onevenredig bij de uitbreidende boeren gelegd te worden. In het flankerend beleid moet hiernaar gekeken worden.
  • Er is geen reden voor ophef vanwege de mogelijkheden uit te breiden tot een bouwblok van meer dan 1,5 hectare. Er bestonden al uitzonderingsmogelijkheden. Er komt één uitzondering bij, maar twee andere worden strenger. En ook dan moet 100% nieuwe ruimte opgebracht worden met 110% minder ruimte elders (dat heet stalderen).
  • De schaalvergroting wordt met dit besluit niet gestimuleerd, maar juist afgeremd.
  • Stalderen heeft wel degelijk effect voor de burger. Het aantal dieren groeit niet verder en waarschijnlijk komt er een lichte krimp. Meer is binnen de provincie niet te realiseren.
  • Boeren kunnen inderdaad andere boerderijen uitkopen om zo uit te breiden. Daar is niets aan te doen. Maar ook dan doen de nieuwe techniekeisen en de staldering hun werk.
  • Er komt in praktijk weinig of geen nieuwe mestbewerking, want tussen de bestaande en de nieuwe afspraken bestaat in praktijk weinig verschil.

De tekst van de Nieuwsbrief van Werkgroep Behoud de Peel is hier te vinden.

Peel zonder stikstofoverschot
Peel met stikstofoverschot

Luchtvervuiling in de Global Burden of Disease, en outsourcingseffecten op de luchtvervuiling

De Global Burden of Disease

In de Lancet van 10 april 2017 heeft een team van geleerden de data in de Global Burden of Disease 1990-2015 (waarin 79 risicofactoren meegenomen zijn) gecombineerd met satellietdata, transportmodellen van chemische stoffen en metingen aan de grond. In hun resulterende artikel worden de resultaten “ingekookt”  tot cijfers over PM2.5 en ozon (aan de grond). Het is een mondiale studie
Het is een Open Acces-publicatie, die toegankelijk is op Lancet_10april2017_GBD-artikel . Bij twijfel of diepere nieuwsgierigheid, ga daar kijken.

Het artikel leidt tot een aantal veelzeggende plaatjes en statistieken (de getinte band is de onzekerheidsmarge en die is soms ruim).

Dosis-effectrelaties tussen PM2.5-concentraties en het relatieve risico (RR). Lees 1.5 als dat de kans dat je doodgaat met PM2.5 1,5* zo groot is als wanneer de vervuiling er niet geweest was)
  • PM2.5 in de buitenlucht leidt mondiaal tot 4,2 miljoen doden en 103 miljoen verloren DALY’s (dat is een telwijze waarin ook ziektes, waar je niet of niet meteen aan doodgaat, via een soort gewichtsfactorensysteem meegeteld worden).
  • PM2.5 binnenshuis leidt mondiaal tot ca 2,8 miljoen doden en ca 86 miljoen verloren DALY’s.
  • Beide samen leiden mondiaal tot ca 6,4 miljoen doden
  • Fijn stof in de buitenlucht was in 2015 mondiaal de vijfde doodsoorzaak
  • Ozon leidt mondiaal tot een kwart miljoen (extra) doden en ca 4,1 miljoen verloren DALY’s en was mondiaal de 34ste doodsoorzaak
  • De ‘geen effect-drempel’ ligt voor PM2.5 op 2,4-5,9μgr/m³ en voor ozon op 33-42ppb (ca 70 tot 90μgr/m³ )
Doden door PM2.5 als % van alle doden
Doden door ozon als % van alle doden
De ontwikkeling van de PM2.5 – concentraties door de jaren heen in een aantal landen

De PM2.5- concentraties in verschillende landen lopen sterk uiteen en gedragen zich in de tijd anders. Nederland daalt, mede als gevolg van geïmplementeerd EU-beleid dat echter nog niet ver genoeg gaat.
Het WHO-advies (geen wet) is 10μgr/m³, de EU-norm (wel wet) is 25μgr/m³ , en de Oost-Brabantse werkelijkheid zag er in 2014 als volgt uit (in 2015 waren de concentraties overigens lager):

PM2.5-concentraties in Oost-Brabant in 2014 (Atlas voor de Leefomgeving)

In stedelijk gebied in Oost-Brabant zaten de concentraties in 2014 in de orde van grootte van 15μgr/m³ , in 2015 wat lager. Dat getal kun je dus op de horizontale as van de dosis-effectrelaties leggen en dat geeft overal een RR > 1 (bij COPD, rechtsonder, bijvoorbeeld een RR = 1,2, dus de kans dat je COPD krijgt met deze luchtvervuiling is ongeveer 20% groter dan als wanneer die luchtvervuiling er niet geweest was). Dit met een ruime onzekerheidsmarge, maar wel significant.
Het RIVM meent (Luchtkwaliteit en Gezondheidswinst, 2015) dat de WHO-advieswaarden in Nederland rond 2030 gehaald kunnen worden.

Voor Brabant is nog van belang dat de auteurs van het Lancet-artikel stellen dat het niet mogelijk is de gezondheidseffecten te differentieren naar de samenstelling of de herkomst van het PM2.5 , en dus dat PM2.5 uit de veeteelt geacht wordt even gevaarlijk te zijn als alle andere PM2.5 . Dat leidt tot onzekerheid in de gevolgschattingen, want men weet niet of dat echt waar is en er wordt nog steeds op gestudeerd. Vooralsnog echter telt gewoon simpelweg hoeveel PM2.5 er in de lucht zit (zie ook Volksgezondheid en veehouderij: alles op een rij ).

Outsourcing, internationale handel en luchtvervuiling

Een internationaal team, geleid door Qiang Zhang van de Tsinghua Universiteit in Beijing, heeft onderzocht wat de effecten zijn van het outsourcen van de productie van goederen, en in welke mate luchtvervuiling door PM2.5 grensoverschrijdende gezondheidseffecten heeft.

Dit staat in Nature van 29 maart 2017 ( Transboundary health impacts of transported global air pollution and international trade), maar behalve de abstract zit dat achter de betaalmuur. Een goede samenvatting op het betaalvrije Internet door Dennis Normile staat onder International trade shifts the burden of pollution-related deaths .

Het artikel is gebaseerd op 2007, het laatste jaar waarvoor genoeg cijfers bekend waren. Het team komt voor dat jaar mondiaal op 3,45 miljoen doden door PM2.5 buitenshuis, waarvan 2,52 miljoen ten gevolge van de landbouw en productie en transport van goederen (de rest aan bijvoorbeeld opgewaaid stof, bosbranden, door planten afgescheiden chemicalien en lozingen door de internationale scheep- en luchtvaart).

De effecten zijn bepaald niet alleen maar lokaal.
12% van die 3,45 miljoen (ruim 411.000) is doodgegaan aan grensoverschrijdende luchtverontreiniging.
22% van die 3,45 miljoen (762.000) is doodgegaan door lozingen ten gevolge van productieprocessen in regio’s, waarvan de producten geexporteerd worden naar een andere regio.
De productie van in China gemaakte producten voor West-Europa en de VS veroorzaakt waarschijnlijk ongeveer 108600 vervroegd overleden Chinezen.
Anderzijds is het windafwaarts van China ook niet gezond voor de buren: in de landen ten Oosten van China geen 30900 mensen vervroegd dood door over de grens waaiend Chinees fijn stof (waarvan zelfs nog 3100 in de VS en West-Europa).

Containerschip in Hamburg

Zhang ziet ook niet meteen wat hieraan concreet te doen is. Er ruzie over maken heeft weinig zin. Luchtvervuiling blijkt een internationaal probleem dat vraagt om meer duurzame consumptie en milieu-hulp aan arme landen door het Westen.
Het wordt een ingewikkeld verhaal.

 

Rechter verbiedt Engelse regering luchtkwaliteitsaanpak onder de pet te houden

De regering van het United Kingdom heeft een ontwerp-plan om iets te doen aan de te hoge NO2 – concentraties in de lucht, die daar vooral komen door dieselmotoren. 37 van de 43 regio’s in het UK overtreden de regels van de EU voor deze stof (te weten een jaargemiddelde van 40μgr/m³ en-of hogere piekgemiddeldes). Daardoor gaan ongeveer 23500 mensen in het UK voortijdig dood.

De regering heeft een ontwerp-plan en moet dat uiterlijk 9 mei 2017 publiceren (het definitieve plan moet 31 juli klaar zijn). Maar er komen verkiezingen en daarom wil de regering de publicatie van het ontwerp-plan uitstellen. Er bestaat immers een soort gentlemans agreement dat in de aanloop naar verkiezingen er geen politiek gevoelig beleid naar buiten gebracht wordt.
Maar de hoogste rechter was het daar niet mee eens. Op de eerste plaats, vond hij, was dat gentlemans agreement geen wet en bovendien dat het sowieso niet gold voor kwesties die met de Volksgezondheid te maken hadden.
De rechtszaak was aangespannen door Client Earth.
Aldus The Lancet Respiratory Medicine van 05 mei 2017. Als men het zelf wil nalezen, zie thelancet.com/UK Government must publish air pollution strategy .

Een week later (op 13 mei) maakte The Lancet opnieuw gehakt van het Engelse regeringsbeleid. Zie Lancet_UK air pollution and public health_13mei2017 .

De Britse Long Stichting wil zaken die ons al vertrouwd voorkomen, zoals milieuzones, monitoren van de luchtkwaliteit en publicatie van de bevindingen, en geleidelijk uitfaseren van oude diesels.
Nederland heeft eerder naar de EU geluisterd dan het UK. Op enkele plaatsen en tijden is het nog steeds niet best, maar Engelse toestanden bestaan niet in ons land.

 

De Telegraph over fijn stof in Engeland

A jogger makes her way through the fog at Grantchester meadows in Cambridgeshire

De Telegraph schreef op 25 jan 2017 dat de luchtvervuiling in Londen, met 197μgr/m³ fijn stof, erger was dan die in Beijing, en dat dat onder andere kwam omdat ruim een miljoen Engelsen hout stoken – een snel groeiend aantal (zie www.telegraph.co.uk/science/2017/01/24/air-pollution-london-passes-levels-beijingand-wood-burners-making/ ) . Bovenstaande foto komt uit dat artikel.
Een klassieke wintersmog.

 

Zielige eiken langs de Fransebaan en archaische stadsdistributie in Eindhoven

Milieudefensie kreeg een klacht van een huishouden in de Eindhovense wijk Achtse Barrier, waarvan de achtertuin aan de Fransebaan ligt. Ze hebben pech, want hun woning ligt precies op een plek waar de vrachtauto’s, die de naburige Jumbovestiging bevoorraden, allerlei kerende manoeuvres maken.
Ik heb de situatie voor Milieudefensie geïnspecteerd en geconcludeerd dat er een concreet verkeerskundig probleem is (dat eenvoudig oplosbaar is) en een algemeen politiek probleem dat ook oplosbaar is, maar wat wel meer vraagt.
Ik heb namens Milieudefensie een brief gecomponeerd aan de Jumbo en een brief aan het College van B&W. Die aan B&W druk ik hieronder af. Die aan de Jumbo is grofweg dezelfde, maar heeft een wat beperktere algemene vraagstelling (zie Bevoorrading Jumbo Fransebaan-klachten Rousillonhof-brief Jumbo)

Jumbovestiging Fransebaan met vrachtauto

Aan het College van B&W van
Eindhoven                                                          08 mei 2017

Geacht College

De Vereniging Milieudefensie vraagt uw aandacht voor de verkeersproblemen, die optreden bij de bevoorrading van het Jumbo-filiaal aan de Fransebaan in de Achtse Barrier (onderaan onderstaande linkse plattegrond, de rechtse is een vergroting)

Kaartje van het gebied

Dit filiaal wordt bevoorraad met grote vrachtauto’s met een dieselmotor.

Veel Jumbo-chauffeurs (een enkele slimmerik uitgezonderd) adresseren het filiaal via de Artoisstraat en komen dan tot de ontdekking dat het niet mogelijk is met een grote vrachtauto op deze wijze bij het filiaal voor anker te gaan. Mogelijk aangevuurd door hun TomTom rijden zij het onheil tegemoet.

Er rest hen dan niets anders dan rechtsaf te gaan, in Noordelijke richting, op zoek naar een plek waar zij kunnen keren om diezelfde Fransebaan af te rijden in Zuidelijke richting, om alsnog bij het filiaal te komen. Die gelegenheid menen de chauffeurs te zien bij de volgende doorsteek door de middenberm ter hoogte van de Besanconlaan (zie detailtekening).
Nu is de Fransebaan een wijkontsluitingsweg, maar niet overdreven breed, met een middenberm die nog veel minder breed is. De Jumbo-chauffeurs voeren daar met hun lange vrachtauto’s ingewikkelde meervoudige balletbewegingen uit om op deze plaats, die zich daar niet voor leent, toch te keren.

Precies naast deze balletlocatie ligt de achtertuin van meneer Van Klinken en mevrouw Snelleman, met als adres Rousillonhof 31. De Jumbo-diesels blazen bij hun inspanningen wolken uitlaatgassen in Oostelijke richting, via enkele zomereiken die daar staan, de tuin van de familie Van Klinken-Snelleman in. Dit heeft zichtbare gevolgen.

De rij zomereiken langs de Fransebaan doet het prima, behalve twee eiken op de balletlocatie. Deze kampen met een ernstige ontwikkelingsachterstand. Het zielige eikje iets rechts van het midden heeft men als vervanging moeten aanplanten (links de doorsteek naar de Besanconlaan, rechts het adres Rousillonhof 31).

De zomereiken ter hoogte van Rousillonhof 31

Ook de raamkozijnen aan de achterkant van de familie Van Klinken-Snelleman ogen enige shades of grey donkerder dan die van de buren, maar dit valt op een foto moeilijk weer te geven.
Het moge duidelijk zijn dat het verblijf van genoemde families in hun achtertuin niet aangenaam is als de Jumbo-vrachtauto’s met hun balletmanoeuvres bezig zijn.

Mevrouw Snelleman heeft al eens contact gezocht met de beheerder van het filiaal, maar dat resulteerde in de reactie “ik zal het doorgeven” waarna er niets veranderde.
Dit terwijl zij aangaf dat het probleem volledig overbodig was, omdat de chauffeurs hun doel veel makkelijker zouden kunnen bereiken door via de Roubaix- of de Rijsellaan de Fransebaan te adresseren. Dat maakt allerlei ingewikkelde keer-balletten overbodig en resulteert totaliter in minder en in beter verdeelde dieselemissies in deze woonwijk.

De situatie leidt onze Vereniging Milieudefensie tot een concrete en een meer algemene vraag.

De concrete vraag is of u uw College een verkeersbesluit wil nemen, waardoor het Jumbo-filiaal aan de Fransebaan niet meer bevoorraad kan worden via de Artoislaan, maar (liefst) via de Roubaixlaan of anders de Rijssellaan. Een dergelijk verkeersbesluit zou misschien de sirenenzang van de TomTom richting de Artoislaan kunnen doen verstommen.

Dit concrete probleem in de Achtse Barrier geeft Milieudefensie een kapstok om twee meer algemene vragen te stellen, die betrekking hebben op hoe er in stedelijk Eindhovens gebied duurzame vormen van goederendistributie gerealiseerd kunnen worden. Met dit onderwerp houdt Milieudefensie zich al langer bezig.

Er zijn in Nederland legio initiatieven om op een vernieuwende wijze tegen stedelijke distributie aan te kijken.

  • De hogescholen van Amsterdam en Rotterdam zijn een onderzoek begonnen naar de inzet van lichte elektrische vrachtvoertuigen (Logistiek 15 sept 2016);
  • verschillende steden hebben een Milieuzone tegen diesel-vrachtauto’s;
  • sinds 2014 hebben we een Green Deal Zero Emission Stadslogistiek (waaraan Eindhoven, bij ons weten, nog steeds niet deelneemt);
  • er is een studie van CE Delft “De omvang van de stadslogistiek, juli 2016”;
  • de LIDL gaat elektrische bevoorraden;
  • Heineken heeft een knalrode “groene” vrachtauto rondrijden;
  • sinds vorig jaar bestaat het City hubs-netwerk.
  • Enz enz.
    de groenste vrachtauto van Heineken

    De gemeente Eindhoven heeft ooit enige interesse in deze problematiek getoond in de Raadsinformatiebrief “Beter Benutten vervolg” dd 30 maart 2015, waarin onder het kopje “Goederenvervoer” gemeld wordt dat “met stakeholders naar vernieuwende en financieel haalbare logistieke concepten gezocht zal worden” en dat “een dergelijke aanpak aansluit bij de Green Deal Zero Emission Stadslogistiek”. Daarna echter is het oorverdovend stil gebleven. De website van de gemeente Eindhoven geeft op een aantal zoektermen, die met het onderwerp te maken hebben, geen enkele treffer. Voorwaar een anti-innovatieve houding!

Onlangs is in het kader van de Topsector Logistiek de studie uitgebracht “Gebruikers en inzet van bestelauto’s in Nederland” (CE Delft, TNO, Buck ea, zie www.ce.nl/publicatie/gebruikers_en_inzet_van_bestelauto%E2%80%99s_in_nederland/1927 ). Daaruit blijkt dat bestelauto’s tot op hoogbejaarde leeftijd doorrijden en daarbij onevenredig veel fijn stof lozen (bestelauto’s zijn in en buiten de stad samen goed voor 8% van de gereden kilometers, voor 14% van de CO2-uitstoot en voor 39% van de geëmitteerde fijn stof).

Lozingscijfers binnen de stad (CE Delft TNO Buck ea april 2017)

Milieudefensie, daarin gesteund door een initiatiefvoorstel van Groen Links, heeft al vaker voorgesteld om de Eindhovense milieuzone aan te scherpen, o.a. door hem ook voor bestelauto’s te laten gelden. De ervaring in den lande wijst uit, dat dit een versnellend effect heeft op de modernisering van het wagenpark en de emissie van met name roet.

Resumerend dus twee vragen:

Waarom mogen er in stedelijk gebied voor het goederenvervoer nog fossiele brandstof-verslindende en vergif uitbrakende grote dieselbakbeesten rondrijden, en waarom wordt er niet gedistribueerd met kleinere elektrische vrachtvoertuigen?

Wil uw College opnieuw nadenken over het eerder afgewezen voorstel van Milieudefensie (en Groen Links) om de Eindhovense milieuzone uit te breiden met oude bestelauto’s?

Met vriendelijke groeten

Namens Milieudefensie Eindhoven

Bernard Gerard, secretaris
040-2454879
bjmgerard@gmail.com
www.bjmgerard.nl