Butte de Vauqois

Jean-Paul en zijn (anti-)oorlogsmuseum
Ik ging in mei 2017 met een stel collega’s van mijn oude middelbare school, nu allen gepensioneerd, drie dagen weg naar Noord-Frankrijk. Dat zat zo: een ex-leerling van mijn school, Jean-Paul de Vries, is na wat omzwervingen een oorlogsmuseum begonnen in Romagne sous Montfaucon en er was een afspraak tot stand gekomen.

Onze groep. Jean-Paul zesde van rechts, ik derde.

Eigenlijk is Jean-Paul het museum en omgekeerd, met ondersteuning van zijn partner en andere mensen van goede wil. Hij runt zijn museum als een anti-oorlogsmuseum. Elk cliché over de roem van het vaderland en zo is aan hem verspild.
De geschiedenis van deze streek, waar het front lag in de Eerste Wereldoorlog, biedt tal van kansen. Hij heeft kijk op museumstukken die uit de grond steken na een regenbui en krijgt ook het nodige aangeboden door boeren.
Hij krijgt steeds meer erkenning. Collega-directeuren komen regelmatig langs en hij heeft op vaste basis een afspraak een afspraak met de Nederlandse legerleiding om soldaten rond te leiden. De studie-inhoud, die hij inbrengt, is om mens te blijven in de verschrikkingen van een oorlog.
Jean-Paul spreekt veel met ambassadeurs, politici, (oud)militairen en hoort daarbij ook het nodige dat niet tot de officiele canon van de oorlogsgeschiedenis is doorgedrongen.

Ik kan een bezoek aanraden. Zie www.romagne14-18.com en/of mail op info@romagne14-18.com . De gemeente ligt ongeveer halverwege Sedan en Verdun.

Romagne en omgeving
Romagne zelf is in de nadagen van de oorlog aan puin geschoten door de Amerikaanse artillerie onder het onuitgesproken motto “Als wij het niet krijgen, hebben zij het ook niet, en als wij het wel krijgen, mogen wij het weer opbouwen.” Jean-Paul merkt op dat nogal wat Amerikaanse generaals uit families kwamen die belangen hadden in de oorlog en de wederopbouw, en dat de generaals daar zelf vaak ook financiele belangen in hadden.
Na de oorlog stond nog 10% van het dorp overeind.
Als excuus kreeg het dorp een nieuwe kerk, maar die wordt nauwelijks gebruikt want er wonen nog maar 200 mensen in het dorp. De autonome ontvolking van het platteland volgde de geforceerde ontvolking op.

Duits kerkhof in Romagne sous Montfaucon

Er valt van alles te zien in en rond Romagne. Er ligt een kerkhof met 1412 Duitse en 4 Franse soldaten, er ligt een grasveld met een mooi uitzicht en zonder stenen waaronder honderden Russische krijgsgevangenen die overleden aan of na de dwangarbeid, de Hindenburglinie ligt er niet ver vandaan. En die lichte plek, verderop in het weiland, daar maakten ze na de oorlog gifgasgranaten onschadelijk.

Je had pech als dorp als je op een bult lag, zoals Montfaucon-d’Argonne, al sinds mensenheugenis een strategische bult. 1914 betekende de achtste verwoesting in een reeks die minstens terug gaat tot op de Noormannen. Nu is het dorp wijselijk maar in het dal teruggebouwd.

In de buurt ligt een Amerikaans legerkerkhof met 14246 graven, waarvan 486 onbekend. Een derde van wat er ligt, is overigens aan niet aan gevechtshandelingen overleden, maar andere oorzaken, meestal de Spaanse griep.
Het is in de VS een bedevaartsoord, mede omdat beroemdheden als Patton en Pershing in het gebied gevochten hebben. Net als aan Duitse kant overigens Rommel.

Berucht is het Forêt d’Argonne, een eind verderop, waar 146000 mensen gesneuveld zijn.

Executie van de burgerbevolking om franc tireurs af te schrikken – kogelgaten in een kerk

Berucht zijn ook de opzettelijke wreedheden van de Duitsers tegen de burgerbevolking. Ze waren panisch voor franc tireurs en op een gegeven moment kreeg de bestraffing daarvan een preventief karakter. In elk veroverd dorp werd een notabele, een vrouw en een kind van de straat geplukt en tegen de muur van de kerk doodgeschoten. Dat bracht de schrik er in.
De kogelgaten hierboven komen op een dergelijke manier tot stand.

De Butte de Vauqois
Het is niet aan mij om een standaardwerk over de Eerste Wereldoorlog te schrijven. Die zijn er al genoeg. Mijn ambitie gaat niet verder dan wat persoonlijke indrukken en de meest navrante daarvan zijn die, opgedaan op de Butte de Vauqois. Ook zo’n strategische hoogte, zo groot als twee dozijn voetbalvelden aan elkaar, waarop tot 1914 een dorp lag.
Bij de omsingeling van Verdun veroverden de Duitsers de hoogte op 24 september 1914, waarna ze de bult grondig ombouwden tot fort. Franse pogingen om de heuvel terug te veroveren hadden, ten koste van enorme verliezen, als resultaat dat de Fransen nu de zuidelijke helft hadden van wat er inmiddels nog over was van het dorp, en de Duitsers de Noordelijke helft. Tussen beide loopgravensystemen zat aanvankelijk maar 10m.

Restant van een loopgraaf op de Butte de Vauqois

De impasse bleek bovengronds onoplosbaar en resulteerde in pogingen om hem ondergronds te doorbreken. Dat werd de nog steeds beruchte ‘mineer-oorlog’. Je graaft een gang (wat op zich al levensgevaarlijk was), stopt die vol met dynamiet, je zorgt dat de klap niet jouw kant op komt en boem!
Er zijn in totaal 519 van die expedities ondernomen. Bij de zwaarste plaatsten de Duitsers 60 ton dynamiet, waardoor 108 mensen stierven. De top van de heuvel ziet er nu een beetje uit als de caldera van een vulkaan en dat is geen toeval.

Informatiebord onder aan de Butte de Vauqois

Uiteindelijk bleek de impasse ondergronds even onoplosbaar als erboven. De partijen gingen door met zinloos vechten want dat moest van hogerhand, maar in de tweede helft van de oorlog nam de intensiteit af. Af en toe zelfs werd de vijand van tevoren gewaarschuwd als het weer boem ging doen.
Het schema was vier weken op, twee weken af. Als je pech had, kwam je met natte voeten aan en omdat je daar vier weken je schoenen niet uit kon doen, konden je tenen er af rotten. Als dat je grote teen was had je dan weer geluk, want dan mocht je uit dienst, en als het je kleine was had je dubbel pech.

Uiteindelijk kwamen de Amerikanen met ruim een miljoen verse krachten (op een front van 40km breed) en gaf de uitgeputte Duitsers de genadeklap. De Amerikanen schoten van afstand alles op de Butte plat en de 120 Duitsers, die na alle dood en verderf, ook aan hun kant, geen zin meer hadden om weg te gaan hebben nooit een Amerikaan gezien.

Per slot van rekening heeft de heuvel het sinistere record van de meeste lijken per vierkante meter. Volgens Jean-Paul zijn er 15000 mensen gesneuveld, waarvan er 8000 nooit meer teruggevonden zijn. Nu nog, zegt hij, vind je soms, als het geregend heeft, witte stukjes en dat kan mensenbot zijn.

Rascisme en discriminatie
De oorlog was sowieso ellende en al helemaal, als je er als zwarte aan deelnam. De Fransen stuurden hun troepen uit West-Afrika als eerste de wei in, vijf man met één geweer, en tegen de tijd, dat aan de overkant de machinegeweren te heet waren geworden om mee te schieten, kwamen de witte Fransen om het af te maken.

Enkelen viel de eer te beurt om uitverkoren te worden om als onbekende soldaat in een Nationaal Monument te liggen in Frankrijk of op Arlington. Nadat er even naar de huid was gekeken of die niet zwart was, want dan niet.

Grafsteen van een Joodse soldaat op de Amerikaanse begraafplaats

Joodse soldaten kregen hun eigen grafsteen (deze op het Amerikaanse kerkhof) en daar is niets mis mee. Maar hoe wist je nou of het een joodse soldaat was? Soms had hij een naamplaatje, maar als niet, wat dan? Dan keek je of hij besneden was. Maar islamieten worden ook besneden en er waren ook islamitische soldaten. Tsja.

Nie wieder Krieg!

Vergeet-mij-nietjes tussen het prikkeldraad op de Butte de Vauqois

De Fransen hebben alles zo laten liggen als het lag en dat leidt tot onbedoelde symboliek als vergeet-mij-nietjes tussen het prikkeldraad en de Spaanse ruiters.

Jean-Paul  vindt dat 2017 op 1914 lijkt. Dat is een mening die velen niet met hem delen, maar ik ben er niet helemaal gerust op.

Ik ga op 24 mei in Brussel demonstreren tegen het bezoek van Trump aan de NATO. Onder andere, omdat ik geen oorlog tegen Iran wil.

Drukbezochte Knegsel-bijeenkomst keurt nieuwe vliegveldmanifest goed

Voorgeschiedenis
Het (vroeger) Platform de 10 Geboden voor Eindhoven Airport en (nu) Beraad Vlieghinder Moet Minder (BVM2) bereidt zich voor op de ont-
wikkelingen rond Eindhoven Airport na 2020. Tot 2020 geldt wat Hans Alders als eindproduct van zijn Alderstafel gepresenteerd heeft. De Belangenvereniging Omwonenden Welschap (BOW), de Brabantse Milieu Federatie (BMF), en de randgemeenten rond het vliegveld waren het hier niet of slechts ten dele mee eens. Maar omdat de Alderstafel een orgaan was zonder wettelijke status, kon Alders daarvoor in meerderheid par-
tijen kiezen die het al bij voorbaat eens zijn met ongebreidelde groei van het vliegveld, zodat hij vervolgens kon wijzen op een (door hemzelf bij-
eengebrachte) meerderheid.
Het kabinet en de Tweede Kamer hebben vervolgens rechtskracht gegeven aan de meningen van Alders. Die rechtskracht (ook wel “afspraken” genoemd, hoewel ze dat slechts ten dele zijn) geldt t/m 2019.

Vliegtuigbewegingen op de kaart. Let erop dat Eindhoven grotendeels buiten schot blijft.

Het (vroegere) Platform heeft zich binnen en buiten de Alderstafel en de parlementaire circuits krachtig verzet tegen de groei van het vliegveld. Dat heeft een eind geholpen: het aantal vliegbewegingen wordt geen 53000, maar 43000 in 2020, het militaire gebruik is  teruggebracht, de sluitingstijd voor planmatige landingen is geen 24.00 maar 23.30 uur, er is een extra rem op de groei bij overtreding van de regels, er mogen geen klasse D-vliegtuigen meer langskomen en de boeteregeling blijft bestaan.
Het verzet heeft succes gehad, maar niet genoeg. De luchtvaartlobby is een sterke tegenstander.

De (door de gemeente Eindhoven) geschatte ultrafijnstof verdeling door het vliegveld en de snelwegen (in 2020, excl het militaire verkeer)

Vanaf 2020
Vanaf 2020 geldt er geen enkele  afspraak. Brainport en directeur Meijs van het vliegveld hebben al aangegeven dat ze fors willen groeien.
Het Platform/BVM2 bereiden zich in deze beleidsluwe periode voor op wat er gaat komen. Het oude Manifest onder het Platform uit 2009 moet geupdated worden, er komen thema’s bij zoals luchtkwaliteit en klimaat (waarover in 2009 nog weinig te zeggen viel), het contact met de achterban moet beter.
Het oude Platform  dankte zijn naam aan de tien stellingen uit het toenmalige manifest. Inmiddels zijn er dat twaalf en alleen daarom al moet de naam worden gewijzigd. Dat wordt Beraad Vlieghinder Moet Minder (BVM2),
Zie voor het nieuwe Manifest –>Beraad Vlieghinder Moet Minder-manifest. Het bestaat uit een inleidend deel en 12 eisen:

  • Eindhoven Airport moet zich gedragen als een nutsbedrijf ten dienste van de ontwikkeling van de regio in brede zin. Groei en economisch resultaat zijn daarbij geen doel in zichzelf, maar dienen altijd in balans te worden gebracht met de leefomgeving waarin de luchthaven opereert.
  • De hinder bij het in 2020 te bereiken aantal van 43.000 civiele vliegbewegingen en de daarbij te gebruiken geluidsruimte van 11 km2 is het maximaal aanvaardbare.
  • Indien echter de totale milieubelasting afneemt door stillere en schonere vliegtuigen of door een minder overlastgevende verdeling van vliegbewegingen over de week zal 50% van deze milieuwinst als minder vliegbewegingen aan de omwonenden ten goede komen en mag 50% voor extra vliegbewegingen worden benut.
  • Vanaf 2020 vinden er geen geplande landingen meer plaats na 23.00 uur.
    Evenzo vertrekken er dan in het weekend geen vliegtuigen voor 08.00 uur, en door de week niet voor 07.00 uur.
  • Er moet blijvend worden gestreefd naar routeoptimalisatie, die de overlast voor omwonenden minimaliseert
  • De beschikbare vliegcapaciteit moet selectiever worden benut. Er moet worden gestuurd op voorrang voor zakelijke en sociaal-maatschappelijke vluchten.
  • Er wordt naar gestreefd om de internationale vervoersvraag zoveel mogelijk per trein af te wikkelen. Daartoe moeten de kwaliteit van het railnet en de internationale verbindingen verbeterd worden.
  • Het verkeer naar en van de luchthaven vindt zoveel mogelijk per bus of taxi plaats. De omringende wijken en omwonenden worden beschermd tegen verkeers- en parkeeroverlast zonder extra lasten in welk opzicht dan ook.
  • Civiele en militaire geluids- en milieugegevens worden voor het publiek op transparante wijze toegankelijk.
  • Economisch nadeel dat door omwonenden wordt geleden als gevolg van de groei van Eindhoven Airport na 2009 moet worden gecompenseerd door de overheid of door Eindhoven Airport zelf.
  • Eindhoven Airport zet zich binnen de nationale en internationale verhoudingen zo sterk mogelijk in om luchtvervuiling en klimaateffecten door vliegtuigmotoren terug te dringen. Zuivering en fiscalisering van vliegtuigbrandstoffen zijn daarbij belangrijke aandachtspunten.
  • Defensie streeft naar stillere vliegtuigen en programmeert zijn vluchten zo vriendelijk mogelijk voor de omgeving. De ongebruikte militaire gebruiksruimte zal niet worden omgezet in ruimte voor extra civiele vliegbewegingen.

De nieuwe website is te vinden op www.bvm2.nl . Hij is nog lang niet af, maar de basale informatie staat er al op en je kunt je al als individuele ondersteuner aanmelden.
Je kunt contact zoeken met BVM2 op beraad@bvm2.nl , bijvoorbeeld om vrijwilliger te worden.
Ondersteuning als groep of op individuele basis is gratis, maar voor wie het ècht niet laten kan: financiele steun kan worden gegeven op NL18INGB0003619057. Die zal goed gebruikt worden.

De oude site www.de10gebodenvoorea.nl blijft nog wel even in de lucht. Vooralsnog is dat een soort uitwendig archief.

Knegsel-7. Op de voorgrond Klaas Kopinga.

Knegsel-7
Het oude Platform, opgevolgd door het nieuwe Beraad, organiseert traditioneel openbare bijeenkomsten in De Leenhoef in Knegsel. Die van 20 mei 2017 was de zevende.

Alle GR- en PS-leden, alsmede alle B&W’s en het college van GS, waren tweemaal aangeschreven. Datzelfde geldt voor ruim 80 bewonersorganisaties (in bonte verscheidenheid) in de regio rond het vliegveld.

Dat loonde, want het was druk (ca 125 mensen). De wethouders die dit op hun bordje hebben waren er, er was een handvol gemeenteraadsleden en de overgrote meerderheid was dus omwonende. Vooral dat laatste was een groot succes.

BOW-voorzitter Kopinga hield een verhaal waarin de (soms helaas complexe) problematiek werd uitgelegd. Zijn presentatie is hier –> BVM2 Knegsel-20170520-KlaasKopinga te vinden.
GVNE-voorzitter (Geen Vluchten Na Elven) Scheffers besprak het nieuwe Manifest en gaf toelichting op de toekomstplannen. Zijn presentatie is –>  BVM2 Knegsel 20170520-WimScheffers te vinden.
Het Manifest ontmoette geen  bezwaren en is daarmee definitief.

Inmiddels heeft het Beraad 12 ondersteunende organisaties, maar dat worden er ongetwijfeld meer. Het eigenlijke werk om individuen en organisaties als ondersteuner te werven, moet nog beginnen. Dat wordt nog een hele klus.
U kunt onze klus kleiner maken door zelf het initiatief te nemen en uzelf of uw club aan te melden.

 

ALV en energiebijeenkomst Milieudefensie Eindhoven

Milieudefensie Eindhoven belegde voor maandagavond 15 mei 2017 een korte Algemene Leden Vergadering (ALV), waarna drie flinke lezingen over energie. Helaas was het niet erg druk.

ALV en energieavond 15 mei 2017, Bellefort

Het korte ALV-blok bracht niets spectaculairs. De achterban was er weer mee bijgepraat. Financieel draait de afdeling gezond, het bestuur gaat door, en het verslag over 2016 liet een bonte en interessante lijst van activiteiten zien. Dat verslag heb ik onlangs al op deze site gezet, zie Jaarverslag Milieudefensie Eindhoven 2016 .

Daarna sprak Donald Pols, landelijk directeur van Milieudefensie, over de inkomenseffecten van de energietransitie, die verhoudingsgewijze sterk bij de lagere inkomens terecht komen. Ook daarover heb ik al eerder geschreven, zie Laagste inkomens de zak door kostentoedeling klimaatbeleid? . In aanvulling op het daar geschetste verhaal had Donald nu ook een verhaal over de inkomensafhankelijkheid van de baten van de transitie, die ook scheef verdeeld waren ten gunste van de hogere inkomens.

Donald Pols, landelijk directeur Milieudefensie

Per saldo komt het erop neer dat, zoals een wat wild uitziende ingenieur van Tennet bij een van de Energy Days ooit zei, “de energietransitie een overdracht van geld van arm naar rijk is”. In essentie klopt dat. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de transitie niet door moet gaan, maar wel dat hij anders betaald moet worden. In mijn eerdere verhaal staan enkele aanbevelingen van CE Delft genoemd.
Milieudefensie telt in Den Haag als een invloedrijke organisatie en hij had er al over aan de bel getrokken. De transitie schreeuwt om ontwikkeling van draagvlak, en daarvoor moet er meer gebeuren dan tot nu toe.
De presentatie van Donald Pols is te zien –> Eerlijke Transitie in Cijfers

Na Pols kwam ik zelf aan het woord. Ik heb mijn menig hier al vaker verwoord, zie Zuidoost Brabant als trage supertanker richting energietransitie en de terreinbeheerders in spagaat . Eigenlijk is het ook een draagvlakverhaal, maar dan over ruimtelijke ordening.
Binnen niet al te lange tijd moet het MRE-gebied zijn nieuwe omgevingsvisie vaststellen. De ruimtelijke impact van de duurzame energie zal daarbij heel belangrijk zijn.
Het uitgangspunt dat Brabant geheel op eigen grondgebied energieneutraal moet zijn, legt zware claims op de ruimtelijke ordening (2270 windturbines van 130m ashoogte en ca 160km2 zonnepaneel, wat geothermie plus alles vergisten wat los en vast zit. Dat gaat ongetwijfeld problemen geven.
Dat alles vloeit voor uit de feitelijk geheel overbodige stelling dat Brabant (net als de andere provincies) op eigen grondgebied autarkisch en geheel energieneutraal moet zijn. Dat miskent o.a. de windmogelijkheden op de Noordzee en duurzame import-kansen. Bovendien zitten er ook rekenfouten in het verhaal en andere bediscussieerbare zaken. In praktijk kun je met heel wat minder toe dan het duurzame autarkie-beginsel eist, en dat geeft je speelruimte.
Mijn presentatie is te vinden –> ALV MilDef_energie Brabant_Bellefort_15april 2017 .

De laatste lezing was van directeur Marnix Vlot van de energiecoöperatie 040Energie, met een verhaal over hoe zijn coöperatie werkte en wat de sterke en zwakke kanten waren. Er was inmiddels ook al het nodige op duurzaam gebied tot stand gebracht. Zie 040energie.nl/ .
Verder sprak Vlot over het recente Klimaatplan van de gemeente Eindhoven, waar hij niet onverdeeld blij mee was.
De presentatie van Vlot is te zien –> Presentatie Marnix Vlot ALV MilDef 15mei2017

040Energie heeft bijv. een werkgroep die met een warmtecamera warmtelekken opspoort

Daarna nog een discussie, met oa een bijdrage van Michiel Visser hoe de verhalen van de avond om te bouwen waren tot concrete aanbevelingen voor de aanstaande gemeenteraadsprogramma’s. Dat is een verstandige vraag.

Ondertussen haalde de actiegroep Eindhoven Fossielvrij handtekeningen op voor een burgerinitiatief richting gemeente Eindhoven.

Jaarverslag Milieudefensie Eindhoven 2016

Onze Eindhovense Milieudefensie-afdeling (waarvan ik secretaris ben) heeft een heel aardig jaar 2016 achter de rug. Er waren veel activiteiten, soms succesvol, en gespreid over verschillende gebieden.

Het inhoudelijke jaarverslag 2016 van Milieudefensie Eindhoven is te vinden —>   Jaarverslag MilDef Ehv 2016  .

Wie ook zo leuk bezig wil zijn met het milieu en met klimaat- en energiezaken, is van harte welkom. Zie voor een sfeerimpressie de foto’s hieronder. Het is een kleine steekproef.

Anti-sojaaffiches ophangen in het GebrHornemanplantsoen op 22 feb 2017
Openbare avond TTIP Geldrop 17 okt 2016
TTIP-manifestatie Catharinaplein 28 mei 2016
Medewerkers van Verdaat leggen de bediening uit (Helikon 31 maart en 01 april 2016)

 

Luchtvervuiling in de Global Burden of Disease, en outsourcingseffecten op de luchtvervuiling

De Global Burden of Disease

In de Lancet van 10 april 2017 heeft een team van geleerden de data in de Global Burden of Disease 1990-2015 (waarin 79 risicofactoren meegenomen zijn) gecombineerd met satellietdata, transportmodellen van chemische stoffen en metingen aan de grond. In hun resulterende artikel worden de resultaten “ingekookt”  tot cijfers over PM2.5 en ozon (aan de grond). Het is een mondiale studie
Het is een Open Acces-publicatie, die toegankelijk is op Lancet_10april2017_GBD-artikel . Bij twijfel of diepere nieuwsgierigheid, ga daar kijken.

Het artikel leidt tot een aantal veelzeggende plaatjes en statistieken (de getinte band is de onzekerheidsmarge en die is soms ruim).

Dosis-effectrelaties tussen PM2.5-concentraties en het relatieve risico (RR). Lees 1.5 als dat de kans dat je doodgaat met PM2.5 1,5* zo groot is als wanneer de vervuiling er niet geweest was)
  • PM2.5 in de buitenlucht leidt mondiaal tot 4,2 miljoen doden en 103 miljoen verloren DALY’s (dat is een telwijze waarin ook ziektes, waar je niet of niet meteen aan doodgaat, via een soort gewichtsfactorensysteem meegeteld worden).
  • PM2.5 binnenshuis leidt mondiaal tot ca 2,8 miljoen doden en ca 86 miljoen verloren DALY’s.
  • Beide samen leiden mondiaal tot ca 6,4 miljoen doden
  • Fijn stof in de buitenlucht was in 2015 mondiaal de vijfde doodsoorzaak
  • Ozon leidt mondiaal tot een kwart miljoen (extra) doden en ca 4,1 miljoen verloren DALY’s en was mondiaal de 34ste doodsoorzaak
  • De ‘geen effect-drempel’ ligt voor PM2.5 op 2,4-5,9μgr/m³ en voor ozon op 33-42ppb (ca 70 tot 90μgr/m³ )
Doden door PM2.5 als % van alle doden
Doden door ozon als % van alle doden
De ontwikkeling van de PM2.5 – concentraties door de jaren heen in een aantal landen

De PM2.5- concentraties in verschillende landen lopen sterk uiteen en gedragen zich in de tijd anders. Nederland daalt, mede als gevolg van geïmplementeerd EU-beleid dat echter nog niet ver genoeg gaat.
Het WHO-advies (geen wet) is 10μgr/m³, de EU-norm (wel wet) is 25μgr/m³ , en de Oost-Brabantse werkelijkheid zag er in 2014 als volgt uit (in 2015 waren de concentraties overigens lager):

PM2.5-concentraties in Oost-Brabant in 2014 (Atlas voor de Leefomgeving)

In stedelijk gebied in Oost-Brabant zaten de concentraties in 2014 in de orde van grootte van 15μgr/m³ , in 2015 wat lager. Dat getal kun je dus op de horizontale as van de dosis-effectrelaties leggen en dat geeft overal een RR > 1 (bij COPD, rechtsonder, bijvoorbeeld een RR = 1,2, dus de kans dat je COPD krijgt met deze luchtvervuiling is ongeveer 20% groter dan als wanneer die luchtvervuiling er niet geweest was). Dit met een ruime onzekerheidsmarge, maar wel significant.
Het RIVM meent (Luchtkwaliteit en Gezondheidswinst, 2015) dat de WHO-advieswaarden in Nederland rond 2030 gehaald kunnen worden.

Voor Brabant is nog van belang dat de auteurs van het Lancet-artikel stellen dat het niet mogelijk is de gezondheidseffecten te differentieren naar de samenstelling of de herkomst van het PM2.5 , en dus dat PM2.5 uit de veeteelt geacht wordt even gevaarlijk te zijn als alle andere PM2.5 . Dat leidt tot onzekerheid in de gevolgschattingen, want men weet niet of dat echt waar is en er wordt nog steeds op gestudeerd. Vooralsnog echter telt gewoon simpelweg hoeveel PM2.5 er in de lucht zit (zie ook Volksgezondheid en veehouderij: alles op een rij ).

Outsourcing, internationale handel en luchtvervuiling

Een internationaal team, geleid door Qiang Zhang van de Tsinghua Universiteit in Beijing, heeft onderzocht wat de effecten zijn van het outsourcen van de productie van goederen, en in welke mate luchtvervuiling door PM2.5 grensoverschrijdende gezondheidseffecten heeft.

Dit staat in Nature van 29 maart 2017 ( Transboundary health impacts of transported global air pollution and international trade), maar behalve de abstract zit dat achter de betaalmuur. Een goede samenvatting op het betaalvrije Internet door Dennis Normile staat onder International trade shifts the burden of pollution-related deaths .

Het artikel is gebaseerd op 2007, het laatste jaar waarvoor genoeg cijfers bekend waren. Het team komt voor dat jaar mondiaal op 3,45 miljoen doden door PM2.5 buitenshuis, waarvan 2,52 miljoen ten gevolge van de landbouw en productie en transport van goederen (de rest aan bijvoorbeeld opgewaaid stof, bosbranden, door planten afgescheiden chemicalien en lozingen door de internationale scheep- en luchtvaart).

De effecten zijn bepaald niet alleen maar lokaal.
12% van die 3,45 miljoen (ruim 411.000) is doodgegaan aan grensoverschrijdende luchtverontreiniging.
22% van die 3,45 miljoen (762.000) is doodgegaan door lozingen ten gevolge van productieprocessen in regio’s, waarvan de producten geexporteerd worden naar een andere regio.
De productie van in China gemaakte producten voor West-Europa en de VS veroorzaakt waarschijnlijk ongeveer 108600 vervroegd overleden Chinezen.
Anderzijds is het windafwaarts van China ook niet gezond voor de buren: in de landen ten Oosten van China geen 30900 mensen vervroegd dood door over de grens waaiend Chinees fijn stof (waarvan zelfs nog 3100 in de VS en West-Europa).

Containerschip in Hamburg

Zhang ziet ook niet meteen wat hieraan concreet te doen is. Er ruzie over maken heeft weinig zin. Luchtvervuiling blijkt een internationaal probleem dat vraagt om meer duurzame consumptie en milieu-hulp aan arme landen door het Westen.
Het wordt een ingewikkeld verhaal.

 

Bruikbaar hybride-elektrisch vliegen komt dichterbij

Extra 330LE vestigt klimrecord
Siemens heeft de bestaande Walter Extra 300L voorzien van een 260kW – elektromotor en accu’s. De zo ontstane Extra 330LE dient als tweezits testvliegtuig.
Het blijkt tevens een prima stuntvliegtuig.  Op 25 november 2016 klom het in 262 seconden naar 3000 m hoogte, een record voor elektrische vliegtuigen. En dat in bijna volledige stilte.
Wie wil genieten van peptalk tot eigen glorie van Siemens, moet maar eens op www.siemens.com/press/en/feature/2015/corporate/2015-03-electromotor.php?content[]=Corp  gaan kijken.

Extra 330LE

Nu moet men alles, wat met elektrisch vliegen te maken heeft, nog relativeren. De extra 330LE houdt het op vol vermogen een dik kwartier vol. In die tijd kun je aardig wat stunts doen, maar het lost geen reëel bestaande transportbehoefte op. Dat komt omdat dit ding alleen op zijn accu’s vliegt.

Vliegende taxi’s
Siemens werkt samen met Airbus aan een vloot van volledig elektrische luchttaxi’s. Daarvan zou eind 2017 het eerste prototype beschikbaar zijn.

Duitsland heeft zo’n 500 grotere of kleinere vliegvelden. Een luchttaxi-onderneming op (hybride)elektrische basis voor vluchten tussen Duitse vliegvelden is voorstelbaar.

Duitse vliegvelden

Daarnaast zijn er plannen, die wat mij betreft in de categorie “wild” vallen, voor zelf-vliegende elektrische luchttaxi’s die voor lokale trajecten bedoeld zijn. Uber wil hier zijn vleugels uitslaan en Airbus heeft intern een bedrijfstak ‘Urban Air Mobility’ opgericht. Dit is de Uberfantasie. Het zijn eigenlijk vliegende elektrische auto’s.

Uber-fantasie over vliegende elektrische taxi’s

Spottend commentaar ligt voor de hand, maar ik schort mijn oordeel op. Bovenstaande fantasie zal sowieso nog wel even op zich laten wachten, dus er is geen haast bij het commentaar. Maar toch alvast of dit in plaats van of als toevoeging aan het autoverkeer zal gaan werken. Bespaart het energie of roept het een nieuwe energievraag op?
De mogelijkheden om op een aanvaardbare manier elektrische energie op te wekken zijn niet oneindig.

Hybride-elektrische vliegtuigen
De praktische kansen voor echte vliegtuigen die echte grote groepen mensen vervoeren over echte afstanden liggen bij hybride-elektrische propellervliegtuigen. De propeller wordt aangedreven door een elektromotor, die wordt gevoed door een accu (die je desgewenst bij de start naar binnen kunt schuiven), de accu wordt onder het vliegen bijgeladen door een benzinemotor of een brandstofcel, en die brandstofcel kan op van alles lopen, bijv. waterstof. Een waterstofvliegtuig op deze basis heeft al gevlogen (zie www.dlr.de/dlr/en/desktopdefault.aspx/tabid-10081/151_read-19469/year-all/#/gallery/24473 ) en zie Eerste vlucht met praktisch bruikbaar waterstofvliegtuig . Als je daar doorschakelt, kon je in Duitse researchprogramma’s terecht die ook voor de automotive werken. Die gedachte is niet absurd.

Nicola One – truck (dec2016)

En voor het eens van een ander wil horen, kijk eens bij https://nikolamotor.com/ . Die beweren (het is allemaal erg nieuw, dus bij gebrek aan praktijkkennis sta ik niet voor de waarheid in) dat ze een hybride-elektrische truck gebouwd hebben die rijdt op waterstof. Die waterstof maken ze zelf met zonnevelden. Hele grote zonnevelden, dat wel (100MW per stuk).

Zonneveld tbv de Nicola truck

De truck heeft zes elektromotoren, die samen 750kW leveren. Hij kan op één volle tank zo’n 1000 mijl rijden.

Je zou zo zeggen, gooi die zes elektromotoren op de propellers, zet vleugels onder het ding, stop er wat aanvullende research in, en  het ding vliegt.
Ter vergelijking ( zie www.bjmgerard.nl/?p=751 ): een ouwe F27 (die Fokker hoogdekker) had een vermogen van 1500kW, en een Cessna Citation rond de 1000 a 1500kW. Je bent al een heel eind op weg met een Nicola-vermogen.
Dit is uiteraard lichtelijk simplistisch, maar in de kern lijkt mij hybride-elektrisch vliegen, eventueel met een brandstofcel die op (bio)methanol of -ethanol of gas loopt, zou moeten kunnen.

Fundamenteel bezwaar vanuit de consument zal zijn, dat dit schema alleen voor propellervliegtuigen werkt en die vliegen niet zo hard als straalverkeersvliegtuigen. Maar misschien moet die consument dat dan toch maar gaan pikken, vooralsnog voor bestemmingen (vanuit Nederland) als Ijsland, Dublin, Oslo en zo.

Siemens en Airbus denken dat ze in 2030 een hybride-elektrisch vliegtuig hebben dat 100 mensen over 1000 km kan vervoeren.

NASA
En, voor wie mij niet gelooft, de NASA zegt het ook. Die hebben voor hetzelfde doel het NASA Electric Aircraft Testbed (NEAT) opgezet (www.nasa.gov/feature/it-s-electric-nasa-glenn-engineers-test-next-revolution-aircraft ). Zoek maar eens op X 57 .

Dit is hun X-57:

NASA X-57 elektrisch testvliegtuig

Benieuwd trouwens of deze duurzame nieuwlichterij van Trump doorgezet mag worden.

Eindhoven Airport (en Schiphol)
Eindhoven en Brainport blaten er lustig op los over hun uitzonderlijke innovatieve vermogens, waar je in de eigen regio op duurzaamheidsgebied maar weinig van terugziet. Misschien moeten ze zich eens gaan revancheren door tegen Eindhoven Airport – directeur Joost Meijs (en zijn Schipholbazen) te zeggen dat het vliegveld alleen nog maar mag groeien met brandstofcel-vliegtuigen.
Zou Eindhoven voor de verandering eens iets positiefs voor de omwonenden doen.

Nieuwe rendementsrecords in zonnepanelen

Het Fraunhofer ISE Instituut is apetrots dat ze het wereldrecord wat betreft het rendement van multikristallijne zonnepanelen weer in hun bezit hebben. In een persbericht dd 20 februari 2017 (zie www.ise.fraunhofer.de/press-releases/2017/multicrystalline-silicon-solar-cell-with-21,9% world-record.html ) lieten ze weten dat ze een rendement bereikt hebben van 21,9% . Lees dit als volgt: als de zon 1000W/m² aanbiedt, maakt het paneel daar 219W/m² elektrische energie van.
Om dat te plaatsen: goede nieuwe multikristallijne PV-panelen, die de industrie nu aflevert, zitten rond de 19% rendement en de panelen, die ik een paar jaar geleden op mijn dak gegooid heb, waren 16%.
Tweederde van de PV-panelen, die nu op daken liggen, zijn van dit multikristallijne type.

Multikristallijne PV-panelen met 21,9% record-rendement (Fraunhofer ISE 20 feb 2017)

Andere typen PV-panelen kunnen hogere opbrengsten halen. Bij de betere, maar duurdere monokristallijne PV-panelen hebben Yoshikawa e.a. van het Kaneka Corporation R&D team een rendement bereikt van 26,6% (de theoretische limiet van deze silicon single junction cells is 29,4%). SunPower heeft aangekondigd commerciele panelen van dit type te gaan maken met een standaardrendement van 25%.

Het PV-paneel van Kunta Yoshikawa/Kaneka

Het kan nog beter (38,8% is gehaald), maar dat is nog te moeilijk voor massaproductie.
Een overzichtsartikel is te vinden op www.nature.com/articles/nenergy201782#ref-link-section-2 .

Wie wat meer toekomstverwachting wil zien, kan gaan kijken op http://spectrum.ieee.org/static/interactive-record-breaking-pv-cells van de brancheorganisatie IEEE/Spectrum. Daar staan de recentste gegevens, maar het plaatje is interactief en hier niet af te drukken.
Een wat ouder plaatje uit een presentatie die iemand van ECN een keer hield op de Energiebeurs in Den Bosch beoogt ongeveer hetzelfde, maar is beter afdrukbaar.

Ontwikkeling rendement diverse types PV-panelen_NREL 2014

Zonnepanelen zijn nog lang niet uitontwikkeld.

 

 

 

Rechter verbiedt Engelse regering luchtkwaliteitsaanpak onder de pet te houden

De regering van het United Kingdom heeft een ontwerp-plan om iets te doen aan de te hoge NO2 – concentraties in de lucht, die daar vooral komen door dieselmotoren. 37 van de 43 regio’s in het UK overtreden de regels van de EU voor deze stof (te weten een jaargemiddelde van 40μgr/m³ en-of hogere piekgemiddeldes). Daardoor gaan ongeveer 23500 mensen in het UK voortijdig dood.

De regering heeft een ontwerp-plan en moet dat uiterlijk 9 mei 2017 publiceren (het definitieve plan moet 31 juli klaar zijn). Maar er komen verkiezingen en daarom wil de regering de publicatie van het ontwerp-plan uitstellen. Er bestaat immers een soort gentlemans agreement dat in de aanloop naar verkiezingen er geen politiek gevoelig beleid naar buiten gebracht wordt.
Maar de hoogste rechter was het daar niet mee eens. Op de eerste plaats, vond hij, was dat gentlemans agreement geen wet en bovendien dat het sowieso niet gold voor kwesties die met de Volksgezondheid te maken hadden.
De rechtszaak was aangespannen door Client Earth.
Aldus The Lancet Respiratory Medicine van 05 mei 2017. Als men het zelf wil nalezen, zie thelancet.com/UK Government must publish air pollution strategy .

Een week later (op 13 mei) maakte The Lancet opnieuw gehakt van het Engelse regeringsbeleid. Zie Lancet_UK air pollution and public health_13mei2017 .

De Britse Long Stichting wil zaken die ons al vertrouwd voorkomen, zoals milieuzones, monitoren van de luchtkwaliteit en publicatie van de bevindingen, en geleidelijk uitfaseren van oude diesels.
Nederland heeft eerder naar de EU geluisterd dan het UK. Op enkele plaatsen en tijden is het nog steeds niet best, maar Engelse toestanden bestaan niet in ons land.

 

De Telegraph over fijn stof in Engeland

A jogger makes her way through the fog at Grantchester meadows in Cambridgeshire

De Telegraph schreef op 25 jan 2017 dat de luchtvervuiling in Londen, met 197μgr/m³ fijn stof, erger was dan die in Beijing, en dat dat onder andere kwam omdat ruim een miljoen Engelsen hout stoken – een snel groeiend aantal (zie www.telegraph.co.uk/science/2017/01/24/air-pollution-london-passes-levels-beijingand-wood-burners-making/ ) . Bovenstaande foto komt uit dat artikel.
Een klassieke wintersmog.

 

Zielige eiken langs de Fransebaan en archaische stadsdistributie in Eindhoven

Milieudefensie kreeg een klacht van een huishouden in de Eindhovense wijk Achtse Barrier, waarvan de achtertuin aan de Fransebaan ligt. Ze hebben pech, want hun woning ligt precies op een plek waar de vrachtauto’s, die de naburige Jumbovestiging bevoorraden, allerlei kerende manoeuvres maken.
Ik heb de situatie voor Milieudefensie geïnspecteerd en geconcludeerd dat er een concreet verkeerskundig probleem is (dat eenvoudig oplosbaar is) en een algemeen politiek probleem dat ook oplosbaar is, maar wat wel meer vraagt.
Ik heb namens Milieudefensie een brief gecomponeerd aan de Jumbo en een brief aan het College van B&W. Die aan B&W druk ik hieronder af. Die aan de Jumbo is grofweg dezelfde, maar heeft een wat beperktere algemene vraagstelling (zie Bevoorrading Jumbo Fransebaan-klachten Rousillonhof-brief Jumbo)

Jumbovestiging Fransebaan met vrachtauto

Aan het College van B&W van
Eindhoven                                                          08 mei 2017

Geacht College

De Vereniging Milieudefensie vraagt uw aandacht voor de verkeersproblemen, die optreden bij de bevoorrading van het Jumbo-filiaal aan de Fransebaan in de Achtse Barrier (onderaan onderstaande linkse plattegrond, de rechtse is een vergroting)

Kaartje van het gebied

Dit filiaal wordt bevoorraad met grote vrachtauto’s met een dieselmotor.

Veel Jumbo-chauffeurs (een enkele slimmerik uitgezonderd) adresseren het filiaal via de Artoisstraat en komen dan tot de ontdekking dat het niet mogelijk is met een grote vrachtauto op deze wijze bij het filiaal voor anker te gaan. Mogelijk aangevuurd door hun TomTom rijden zij het onheil tegemoet.

Er rest hen dan niets anders dan rechtsaf te gaan, in Noordelijke richting, op zoek naar een plek waar zij kunnen keren om diezelfde Fransebaan af te rijden in Zuidelijke richting, om alsnog bij het filiaal te komen. Die gelegenheid menen de chauffeurs te zien bij de volgende doorsteek door de middenberm ter hoogte van de Besanconlaan (zie detailtekening).
Nu is de Fransebaan een wijkontsluitingsweg, maar niet overdreven breed, met een middenberm die nog veel minder breed is. De Jumbo-chauffeurs voeren daar met hun lange vrachtauto’s ingewikkelde meervoudige balletbewegingen uit om op deze plaats, die zich daar niet voor leent, toch te keren.

Precies naast deze balletlocatie ligt de achtertuin van meneer Van Klinken en mevrouw Snelleman, met als adres Rousillonhof 31. De Jumbo-diesels blazen bij hun inspanningen wolken uitlaatgassen in Oostelijke richting, via enkele zomereiken die daar staan, de tuin van de familie Van Klinken-Snelleman in. Dit heeft zichtbare gevolgen.

De rij zomereiken langs de Fransebaan doet het prima, behalve twee eiken op de balletlocatie. Deze kampen met een ernstige ontwikkelingsachterstand. Het zielige eikje iets rechts van het midden heeft men als vervanging moeten aanplanten (links de doorsteek naar de Besanconlaan, rechts het adres Rousillonhof 31).

De zomereiken ter hoogte van Rousillonhof 31

Ook de raamkozijnen aan de achterkant van de familie Van Klinken-Snelleman ogen enige shades of grey donkerder dan die van de buren, maar dit valt op een foto moeilijk weer te geven.
Het moge duidelijk zijn dat het verblijf van genoemde families in hun achtertuin niet aangenaam is als de Jumbo-vrachtauto’s met hun balletmanoeuvres bezig zijn.

Mevrouw Snelleman heeft al eens contact gezocht met de beheerder van het filiaal, maar dat resulteerde in de reactie “ik zal het doorgeven” waarna er niets veranderde.
Dit terwijl zij aangaf dat het probleem volledig overbodig was, omdat de chauffeurs hun doel veel makkelijker zouden kunnen bereiken door via de Roubaix- of de Rijsellaan de Fransebaan te adresseren. Dat maakt allerlei ingewikkelde keer-balletten overbodig en resulteert totaliter in minder en in beter verdeelde dieselemissies in deze woonwijk.

De situatie leidt onze Vereniging Milieudefensie tot een concrete en een meer algemene vraag.

De concrete vraag is of u uw College een verkeersbesluit wil nemen, waardoor het Jumbo-filiaal aan de Fransebaan niet meer bevoorraad kan worden via de Artoislaan, maar (liefst) via de Roubaixlaan of anders de Rijssellaan. Een dergelijk verkeersbesluit zou misschien de sirenenzang van de TomTom richting de Artoislaan kunnen doen verstommen.

Dit concrete probleem in de Achtse Barrier geeft Milieudefensie een kapstok om twee meer algemene vragen te stellen, die betrekking hebben op hoe er in stedelijk Eindhovens gebied duurzame vormen van goederendistributie gerealiseerd kunnen worden. Met dit onderwerp houdt Milieudefensie zich al langer bezig.

Er zijn in Nederland legio initiatieven om op een vernieuwende wijze tegen stedelijke distributie aan te kijken.

  • De hogescholen van Amsterdam en Rotterdam zijn een onderzoek begonnen naar de inzet van lichte elektrische vrachtvoertuigen (Logistiek 15 sept 2016);
  • verschillende steden hebben een Milieuzone tegen diesel-vrachtauto’s;
  • sinds 2014 hebben we een Green Deal Zero Emission Stadslogistiek (waaraan Eindhoven, bij ons weten, nog steeds niet deelneemt);
  • er is een studie van CE Delft “De omvang van de stadslogistiek, juli 2016”;
  • de LIDL gaat elektrische bevoorraden;
  • Heineken heeft een knalrode “groene” vrachtauto rondrijden;
  • sinds vorig jaar bestaat het City hubs-netwerk.
  • Enz enz.
    de groenste vrachtauto van Heineken

    De gemeente Eindhoven heeft ooit enige interesse in deze problematiek getoond in de Raadsinformatiebrief “Beter Benutten vervolg” dd 30 maart 2015, waarin onder het kopje “Goederenvervoer” gemeld wordt dat “met stakeholders naar vernieuwende en financieel haalbare logistieke concepten gezocht zal worden” en dat “een dergelijke aanpak aansluit bij de Green Deal Zero Emission Stadslogistiek”. Daarna echter is het oorverdovend stil gebleven. De website van de gemeente Eindhoven geeft op een aantal zoektermen, die met het onderwerp te maken hebben, geen enkele treffer. Voorwaar een anti-innovatieve houding!

Onlangs is in het kader van de Topsector Logistiek de studie uitgebracht “Gebruikers en inzet van bestelauto’s in Nederland” (CE Delft, TNO, Buck ea, zie www.ce.nl/publicatie/gebruikers_en_inzet_van_bestelauto%E2%80%99s_in_nederland/1927 ). Daaruit blijkt dat bestelauto’s tot op hoogbejaarde leeftijd doorrijden en daarbij onevenredig veel fijn stof lozen (bestelauto’s zijn in en buiten de stad samen goed voor 8% van de gereden kilometers, voor 14% van de CO2-uitstoot en voor 39% van de geëmitteerde fijn stof).

Lozingscijfers binnen de stad (CE Delft TNO Buck ea april 2017)

Milieudefensie, daarin gesteund door een initiatiefvoorstel van Groen Links, heeft al vaker voorgesteld om de Eindhovense milieuzone aan te scherpen, o.a. door hem ook voor bestelauto’s te laten gelden. De ervaring in den lande wijst uit, dat dit een versnellend effect heeft op de modernisering van het wagenpark en de emissie van met name roet.

Resumerend dus twee vragen:

Waarom mogen er in stedelijk gebied voor het goederenvervoer nog fossiele brandstof-verslindende en vergif uitbrakende grote dieselbakbeesten rondrijden, en waarom wordt er niet gedistribueerd met kleinere elektrische vrachtvoertuigen?

Wil uw College opnieuw nadenken over het eerder afgewezen voorstel van Milieudefensie (en Groen Links) om de Eindhovense milieuzone uit te breiden met oude bestelauto’s?

Met vriendelijke groeten

Namens Milieudefensie Eindhoven

Bernard Gerard, secretaris
040-2454879
bjmgerard@gmail.com
www.bjmgerard.nl

Verslag studiemiddag TGE over de nieuwe Wet Natuurbescherming

Molenheide in het natuurgebied Leenderbos

Het Trefpunt Groen Eindhoven (TGE) heeft op 20 april 2017 in de Eindhovense raadzaal een voorlichtingsmiddag georganiseerd over de nieuwe Wet Natuurbescherming. Dat trok de aandacht van ca 120 mensen, hoofdzakelijk natuurmensen uit Eindhoven.
Sprekers waren Sander Hunink (ecologisch adviesbureau Ecologica) en Arjan Ooms (ecologisch MUS (Met U Stadsnatuur)).

Mijn vriend en medebestuurslid van Milieudefensie Eindhoven, Leonhard Schrofer, heeft er een verslag van gemaakt. Ik vind dat interessant genoeg om hier te plaatsen.

– – – – –

Natuurreservaten in het Leenderbos

Inleiding Sander Hunink (ecologisch adviesbureau Ecologica) over de Wet Natuurbescherming

De nieuwe Wet Natuurbescherming vervangt met ingang van 1 januari 2017 de Natuurbeschermingswet, Flora- en Faunawet en Boswet. Het Rijk heeft nog wel bevoegdheden, maar de provinciale besturen hebben nu de leiding gekregen. Dit betekent dat er nu maar liefst 13 bevoegde gezagen zijn, die afhankelijk van de politieke kleur geheel verschillend ingevuld gaat worden. Bij het Rijk heet dit: ‘Samen natuur versterken’.

De nieuwe wet kent twee soorten van bescherming:

  1. Actieve soortenbescherming. In ons geval kan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant verplichtingen opleggen en is verantwoordelijk voor de uitvoering.
  • De provincie Noord-Brabant heeft de taak een ‘natuurvisie’ op te stellen. Deze is nog niet gereed, waardoor er op dit moment geen sprake is van een effectieve bescherming.
  • Binnen een natuurvisie is ruimte voor een programmatische aanpak en kunnen ontheffingen voor tijdelijke natuur verleend worden.
  • De natuurvisie moet in 2017 gereed en vastgesteld zijn.2. Passieve soortenbescherming. Bescherming door verbodsartikelen in de wetgeving. De initiatiefnemer is hier verantwoordelijk.
  • Ten opzichte van de Flora- en Faunawet zijn er soorten en groepen dieren en planten uitgevallen of minder zwaar beschermd geworden.
  • Één gehanteerde definitie voor voortplantingsplaats en rustplaats. Fourageergebieden zijn niet meer beschermd.
  • In het vogelbroedseizoen blijven alle vogels wettelijk beschermd.
  • Twee typen beleid:
    • ‘Letter’ van de wet: De fysieke aantasting van de verblijfplaats is uitgangspunt bij een overtreding.
    • ‘Geest’ van de wet: Verlies van functies in een leefgebied is uitgangspunt bij een overtreding.

Dit dient in de natuurvisie uitgewerkt te worden.

De nieuwe Wet Natuurbescherming:

  • dient juridisch ‘navolgbaar’ te zijn.
  • is een mix van juridische en ecologische interpretaties.
  • kent veel kinderziekten.
  • is lastig voor burger en ondernemer uit te leggen.

Waar moet het naar toe?

  • Vergroot het draagvlak. Dit is op dit moment te ‘smal’.
  • Verbindt geïsoleerde natuurgebieden weer met elkaar.
  • Verlicht regeldruk.
    • Tijdig rekening houden met de Wet Natuurbescherming. Doorlooptijden in verband met vereiste onderzoeken neemt veel tijd.
  • Bouw ‘natuurinclusief’. Het is beter en veel goedkoper rechtstreeks te investeren in natuur dan dure onderzoeken uit te laten voeren. Natuur-
    inclusieve soortenbescherming en actieve handhaving hand in hand laten gaan. De gemeente Den Haag is al hier heel actief mee aan de slag gegaan.
  • Generieke aanpak natuur. Regel als gemeente met ondernemers een
    ontheffing voor grotere gebieden waar de komende 10 jaar veel te veranderen staat op het gebied van nieuwbouw en renovatie.
  • Handel in de geest van de Wet Natuurbescherming.
  • Stel natuurwaardenkaarten op.

Het rapport ‘Meer natuur minder knel; Met de Wet Natuurbescherming naar actief natuurherstel’ van Kees Bastmeijer en Arnold van Kreveld in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken uitgevoerd geeft aan waar het voor het Rijk naar toe moet.

https://www.landschappen.nl/Uploaded_files/Zelf/meernatuurminderknel.dedcdf.pdf

Het Natuur Netwerk Nederland staat los van de Wet Natuurbescherming. De provincie Noord-Brabant is één van de zeer weinige provincies die voltooiing van het complete Natuur Netwerk Nederland nastreeft.

 

Conclusies:

De verwarring bij burgers en ondernemers is nu maximaal door:

  • Overdracht bevoegdheden van Rijk naar provincie.
  • Ontbreken vastgestelde natuurvisie bij de provincie Noord-Brabant.
  • Het ontbreken van voldoende draagvlak; lees motivatie.

 De politieke partijen in de Provinciale Staten van Noord-Brabant zijn nu aan zet!

Gierzwaluw

Inleiding Arjan Ooms (ecologisch MUS (Met U Stadsnatuur)) over stadsnatuur in Eindhoven

MUS combineert ‘natuur’ op professionele wijze met ‘duurzaam’, ‘samen’ en ‘creatief’. MUS realiseert natuurprojecten met bewoners in de wijk en voert deze mooi vormgegeven uit.

Doelgroepen zijn vogels en vleermuizen in de stad Eindhoven.

De sleutel tot succes ligt bij het creëren van draagvlak bij de bewoners.

MUS werkt samen met wijkbewoners, gemeente, scholen, provincie, woningbouwcorporaties, bouwers, renoveerders en veel vrijwilligersorganisaties.

Projecten zijn uitgevoerd in het Vonderkwartier, Augustijnenkwartier, Schrijversbuurt, Palingstraat, Lievendal, Genderdal, Woenselse Heide en dergelijke.