Werkgelegenheid in de energiesector 2008-2020

De Nationale Energie Verkenning 2017 (NEV 2017) is een dik boekwerk met heel erg veel figuren en tabellen. Als je wil weten hoe de dingen echt zijn, moet je daar gaan kijken. Allemaal lekker cijferwerk.

Het is een veel te dik werk voor een artikel dat beperkt van omvang moet blijven. Nu alleen enkele plaatjes over de werkgelegenheid, die verbonden is aan de energiesector.

Werkgelegenheid uit de exploitatie van bestaande inrichtingen (NEV2017)
Werkgelegenheid uit investeringen en onderhoudsuitgaven (NEV2017)
Totale energiegerelateerde werkgelegenheid (NEV 2017)

Let even op de verschillende looptijd van de horizontale assen!

De resultaten wijzen zichzelf en zijn wat je zou verwachten. Fossiel is over zijn hoogtepunt heen en daalt langzaam, besparing en hernieuwbaar stijgt en compenseert tot 2020 ongeveer het fossiele verlies.

 

Klimaat, koolstof, bos en veen, en energie uit hout

Koolstofopname door ecotypes
Het CBS en Wageningen hebben onderzocht hoeveel koolstof C (uitgedrukt als element) vastgelegd wordt in verschillende ecotypes, en hoeveel koolstof (C) er ontwijkt uit veen. Daarover is een populariserend artikel uitgebracht en dat is te vinden op www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2017/45/bossen-en-bodems-stoten-meer-co2-uit-dan-ze-vastleggen . Vandaar kan doorgelinkt worden naar het achterliggende wetenschappe-
lijke werk.
Dit wetenschappelijke werk is nog experimenteel en de resultaten zijn vers van de pers.

Koolstofvastlegging per ecosysteemtype, afgezet tegen het areaal van dit ecosysteemtype, en de koolstofvastlegging per hectare (2013). De grootte van de bollen is recht evenredig met het aandeel in de totale vastlegging in Nederland.

Dit resultaat is het vertrekpunt voor geografische verdelingen.
Men moet deze figuur als volgt lezen:
In bos wordt jaarlijks ongeveer 1,9 ton elementaire koolstof (C) vastgelegd per hectare (de vertikale as). Bos beslaat ca 9% (horizontale as) van de Nederlandse landoppervlakte (in totaal is er 356000 hectare bos). De combinatie leidt tot een uitkomst van 0,68Mton (M = miljoen en een ton = 1000kg) koolstofopslag in het verzamelde Nederlandse bos en dat getal is goed voor 60% van alle in bodems en gewassen vastliggende koolstof. Die 60% wordt weergegeven door de grootte van de cirkel. De 100% bij de 60% is dus 1,13Mton.
De cijfers zijn wat jaarlijks, min of meer blijvend, wordt vastgelegd (deze getallen zijn uit 2013) (dus een ‘flow’ in het vakjargon).
De landbouw haalt veel meer koolstof uit de lucht, maar het grootste deel daarvan keert binnen korte termijn ook weer terug in de atmosfeer. Dit kortlevende deel telt niet mee. Het langlevende deel zit vooral onder oud grasland.

De details kan men vinden in www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2017/45/the-seea-eea-carbon-account-for-the-netherlands en dan de download aan-
klikken.
Om van het element C naar de verbinding CO2 te komen, moet je * 44/12 doen (dus *3,67). Dus de weergegeven Nederlandse ecosystemen haalden in 2013 4,1Mton CO2 uit de lucht.
Na correctie voor houtkap en overige biomassa-onttrekking blijft de 3,6Mton CO2 over, die hierna genoemd wordt.

De koolstofopnamekaart van Nederland volgt dus grofweg de bosverdeling over Nederland.

Koolstofvastlegging in planten waaronder bos_per jaar_over 2013

Men zou hier een beetje blij van worden, ware het niet dat er een ander proces is dat dubbel zo sterk precies het omgekeerde doet, namelijk de oxidatie van veen. ‘Veen’ is afgestorven plantenmateriaal dat onder water niet wegrot. Als het maar lang genoeg samengeperst wordt en uitdroogt, wordt het turf en dat kan branden.
Als de bodem ontwaterd wordt (bijvoorbeeld omdat boeren met machines hun land op willen), komt het veen boven de grondwaterspiegel te liggen. Het oxideert (meestal niet onder vuurverschijnselen, maar het resultaat is hetzelfde): de koolstof vliegt als CO2 de atmosfeer in.
Overigens vliegt zonder ontwatering ook een deel de lucht in als methaan (CH4, moerasgas).

Het koolstofverlies uit veen blijkt ongeveer het dubbele te zijn (ongeveer 7Mton CO2). Per saldo is het Nederlandse plantenwezen dus een bron van CO2.

Koolstofemissie uit veen per jaar (2013)

Bosstrategieën
Nu vast staat dat de Nederlandse bossen jaarlijks ergens rond de 0,7Mton koolstof op elementbasis vastleggen in de vorm van pakweg 1,5 a 2Mton jaarlijks gevormd nieuw hout, doet zich de vraag voor in hoe-
verre dit oogstbaar is voor diverse doeleinden onder inachtname van klimaatoverwegingen.

Een goed werkstuk hierover is het Actieplan Bos en Hout van Staatsbosbeheer (okt. 2016). Dat is te downloaden op www.staatsbosbeheer.nl/Over-Staatsbosbeheer/Nieuws/2016/10/plan-bos-en-houtsector-levert-bijdrage-aan-klimaatdoelen . In dit werk probeert Staatsbosbeheer (SBB) in kaart te brengen wat de organisatie zou kunnen bijdragen aan de energie- en klimaatdoelen, terwijl de uitkomst daarvan ook anderszins nuttig is. Het is een interessant werkstuk.
Staatsbosbeheer (SBB) neemt de bossen van andere terreinbeherende instanties mee in de beschouwingen.
Het werkstuk kwam vooral in de krant omdat SBB er voor pleitte om 100.000 hectare extra bos aan te leggen – dit plan geheel inhoudelijk en financieel onderbouwd. Plan zag er leuk uit, maar is bij mijn weten nog niet in beleid omgezet.

SBB heeft het werkstuk opgesteld in nauw overleg met een flink aantal belanghebbende, private organisaties, maar bijv. ook in samenwerking met Natuur en Milieu.

De praktijkorganisatie SBB zit met zijn cijfers meestal wat hoger dan de theorietechneuten uit Wageningen. Wageningen laat de Nederlandse bossen ongeveer 2,4Mton CO2 uit de lucht halen en SBB ongeveer 2,9Mton. Waar die verschillen vandaan komen, heb ik niet met zekerheid kunnen achterhalen. Waarschijnlijk verspringen de definities af en toe en  SBB is een beetje rommelig met zijn cijfers.
Voor de basale lijn van de redenering maakt het nauwelijks verschil.

Er is dus ruimte om te oogsten. Ik deel de mening van de fanatieke biologische dynamici niet dat alle koolstof perse terug de grond in moet. Tot op zekere hoogte is bos gewoon een gewas. Je oogst bloemkool en stukken dennenboom.

Hout

“Wij” (dus alle boseigenaren) oogsten nu landsbreed, zegt SBB, 2,25 miljoen m3 hout, goed voor ongeveer 1,8Mton hout. 1,2 miljoen m3 komt uit het bos, de rest uit het landschap en de gebouwde omgeving.
Van die 2,25 miljoen m3 wordt ongeveer 1,3 miljoen m3 (afvalhout) direct weer afgebroken door compostering of in haarden en kachels ( dus 1,1 Mton afvalhout). Ongeveer 1,0 miljoen m3 hout krijgt dus een langer durende bestemming.
Omdat het Nederlandse bos, naar de maatstaven van de houtopbrengst, niet optimaal beheerd wordt zou de opbrengst hoger kunnen zijn, zegt SBB. Bij bossen wordt nu ongeveer de helft van de jaarlijkse bijgroei gebruikt (er staat niet bij hoe het met hout uit het landschap en de gebouwde omgeving zit).
SBB schat in dat de opbrengst uit alleen bos van 1,2 op 1,8 miljoen m3 gebracht kan worden (dus van zowat 1 op zowat 1,5Mton hout). Er wordt geen schatting gemaakt van wat de post landschap en gebouwde omgeving eventueel meer zou kunnen opbrengen, want daar gaat SBB cum suis niet over.
Als je dat ongeveer gelijk houdt, gaat de Nederlandse houtoogst van ongeveer 2,25 miljoen naar 2,85 miljoen m3 (dus van 1,8 naar 2,3Mton hout).
Als SBB zijn zin zou krijgen, stond er op het einde van het traject een kwart meer bos in Nederland. Het houtmanagement zou dus een netto positieve klimaatscore hebben.

SBB houdt zich op de vlakte over hoe de oogst getalsmatig verdeeld moet worden over de bestemmingen. SBB hanteert het cascaderingsbeginsel, dat inhoudt dat hoogwaardige bestemmingen (timmerhout en groene chemie en zo) vóór laagwaardige gaan als verbranden, en het langdurigheidsbeginsel, inhoudend dat zolang het hout hout blijft, de koolstof erin niet in de atmosfeer terugkeert. SBB pleit dus bijvoorbeeld voor houtskeletbouw.
Zie ook Nogmaals over wolkenkrabbers van hout – update

Een van de concrete actiepunten is dat hierover een ‘dialoogvoering bio-energie’ moet komen, een ander actiepunt om 10 regionale biomassa hubs op te richten die samen 0,31 miljoen m3 hout (0,25Mton hout) mogen opmaken.

Wat betekent dit voor Brabant?
De nieuwe Wageningse onderzoekstechniek kan voor Brabant grote betekenis hebben.

De situatie in Brabant schreeuwt om een betrouwbare koolstofbalans. Vanwege de mest, vanwege de biobased economy, wegens mogelijk scheuren van grasland of juist niet, vanwege de bodemkwaliteit waarover steeds meer boeren zich (eindelijk) zorgen maken, vanwege het klimaat.
Ik heb een degelijk academisch onderzoek laten opnemen in het provinciale verkiezingsprogram van de SP. Nu blijkt dus dat een dergelijk onderzoek mogelijk is. De belangrijkste kengetallen zijn al gepubliceerd.
Gedeputeerde Staten zouden Wageningen moeten vragen om Brabant op te delen in logische percelen en daar een dergelijk koolstofonderzoek te doen. Zal ongetwijfeld leiden tot nuttige inzichten en prestigieuze wetenschappelijke publicaties.
Als de Chinezen zoiets in heel China kunnen, moet Wageningen het ook in heel Brabant kunnen (zie Chinese geleerden berekenen koolstofbalans in en op de bodem )

De klimaatafspraken in Brabant zijn geformuleerd in termen van energie (dus Tera- en PetaJoules) en niet in termen van CO2. Men kan daar van alles van vinden, maar dat doe ik nu niet. Ik ga de MTon-nen hout of CO2 in Joules omzetten zodat de uitkomst in de Brabantse Energie alliantie of in de POSAD-studie kan worden ingepast.
Volgens de RVO-lijst levert hout een energieopbrengst van 15,1MJ/kg (=15.1PJ/Mton), en hoort bij 1GJ 109,6 kg CO2.

SBB geeft expliciet of impliciet extremen aan in een continuum.

De ondergrens is de 0,25Mton hout voor de 10 kleinschalige biomassahubs. Dat is landsbreed goed voor 3,8PJ.
De tussenpositie (de 1,1Mton afvalhout die nu ook verstookt wordt) zou leveren 16PJ.
De bovengrens is alles (2,3Mton hout) in warmte omzetten (waarvan eventueel een deel in stroom). Dat zou leveren 34PJ.
Zeg het maar.

Dit was landelijk. Hoe vertaal je dit naar Brabant?

De gemeente Boxtel (weet ik uit een vroeger werkbezoek) zou erg graag zo’n kleinschalige biomassahub zijn. Bij evenredige afdeling dus goed voor 0,38PJ.
Stel dat Boxtel een van de tien zou zijn.
De totale duurzame energie in Boxtel was in 2014 0,13PJ en de totale energie in dat jaar 3,3PJ (zegt de Klimaatmonitor), dus 0,38PJ zou een niet te verwaarlozen bedrag zijn. Dit allemaal op papier!
Zie Boxtel, BMF, biomassa of Energieneutraal Boxtel: goede intenties, onzekere plannen

Vanwege de hoeveelheid bos kan Brabant hier het beste op 1/6 deel van Nederland geschat worden. De tussenpositie zou dan bijvoorbeeld 2,5PJ warmte zijn. Dat is meer dan de opbrengst van het 100MW-windproject langs de A16 of de gasopbrengst van 4 ton mest vergisten, afhankelijk van hoe je telt. In elk geval zou het niet verwaarloosbaar zijn.

Dus toch maar de bosbouw als een serieuze economische tak van sport gaan bekijken en niet ideologisch alle hout de grond in wensen.

Energy Day TU/e bespreekt Ecovat-systeem

De Energy Day van 26 oktober op de TU/e ging over de gebouwde omgeving.
De hoofdsprekers waren de TU/e-professoren Elphi Nelissen, Jan Hensen en Wiet Mazairac, met David Smeulders als dagvoorzitter.
De presentaties zijn te groot voor mijn website. Men kan ze zelf downloaden op www.tue.nl/onderzoek/strategic-area-energy/over-energy/energy-events/energydays/series-5-2017-2019/day-1-brainport-smart-district/ .

vlnr Elphi Nelissen-David Smeulders_Wiet Mazairac_Jan Hensen

De noodzaak van opslag
David Smeulders stelde dat het grootste probleem met duurzame energie de opslag is. Periodes waar zon en wind goed hun best doen worden afgewisseld met periodes waarin dat niet zo is, en daartoe moeten er forse opslagtechnieken komen om het tekort met het overschot te vullen.

De van oorsprong Udense onderneming Ecovat (kantoor nu in Veghel) biedt een van de mogelijke oplossingen.

Een van de sprekers tijdens genoemde Energy Day, Wiet Mazairac, is zowel onderzoeker aan de TUE als ingenieur bij Ecovat. Uiteraard sprak hij met het belang van het bedrijf in het achterhoofd, maar daar is in dit geval niets mis mee.

Ecovat
Als je het zo eenvoudig mogelijk uitlegt, is een Ecovat een grote thermosfles die in de grond wordt ingegraven, en die door een slimme aan- en afvoer van warmte met weinig verlies opgeslagen warmte over de winter heen kan tillen.
Dit doet echter het systeem tekort. Het is een hele geavanceerde thermosfles en die geavanceerdheid wordt met patenten beschermd. Ecovat geeft op zijn website www.ecovat.eu een goede uitleg.

Wat daar ontbreekt is informatie over omvang van de thermosflessen (die kan in beginsel allerlei groottes hebben) en de prijs van het systeem. Het meest logisch lijkt om het systeem op wijkniveau uit te voeren (dus met een collectief verwarmingssysteem). Zo legde Mazairac het uit.
Over de prijs zei hij, dat die zodanig van de concrete omstandigheden afhing, dat men niet met standaardprijzen naar buiten kwam.

Temperatuurverdeling in een Ecovat

De truc van het vat zelf is vooral dat men de natuurlijke gelaagdheid van warm en koud water in stand houdt. Er gaat geen water in en uit het vat, maar alleen (door de binnenwand heen) warmte. Dat gaat een stuk efficienter.

De volgende truc is dat dergelijke vaten in een groter systeem ingebouwd kunnen worden, dat uit aan elkaar gekoppelde warmte- en stroomnetwerken bestaat. De vaten zorgen voor de opslag, warmtepompen gebruiken stroom om warmte uit het vat naar de woningen te brengen of andersom, en elektrische elementen kunnen het water verhitten als er teveel stroom is (dat heet Power to Heat). Ook restwarmte van bedrijven kan toegevoegd worden.

Men bedenke zich dat bijna de helft van de Nederlandse energievraag uit warmte bestaat.

Schema van een kleine wijk rond een Ecovat

Meer schematisch weergegeven ziet het er zo uit:

En

Waarbij in roze punten stroom in warmte kan worden omgezet (dus Power to Heat), in blauwe punten stroom opgeslagen wordt en in rode punten warmte.

De systeemintegratie, bediend met gespecialiseerde software, is gunstig voor het beheer van het elektriciteitsnet en dat kan gunstige effecten hebben voor de consument (maar bij gebrek aan overige gegevens valt geen financieel totaalplaatje te tekenen).

Als er veel wind en zon op het net zit, kan het aanbod zo groot worden dat de netbeheerder niet meer weet waar hij met de stroom naar toe moet. Dat gebeurt nu al af en toe. Het uit- en weer aanzetten van een centrale kost ook geld, en het kan goedkoper zijn om de stroom voor niets weg te geven of zelfs geld toe. Dit was bijvoorbeeld het verloop van de stroomprijs op 8 mei 2016 in Duitsland:

Capaciteiten en stroomprijs in Duitsland op 08 mei 2016

(Merk op dat de rechtse as in €/MWh is. Dus 25€/Mwh = 2,5 cent per kWh. De groothandelsprijs voor stroom is waanzinnig laag, zelfs zonder wind en zon).

In zo’n geïntegreerd warmte-elektriciteitssysteem gaan alle verwarmingselementen als een gek werken bij de piek omlaag, en dan krijgt de exploitant dus geld toe. In bovenstaand plaatje schuift de rode lijn (die de vraag weergeeft) in no time omhoog, waardoor de bestaansoorzaak voor de negatieve piek verzwakt of opgeheven wordt.
Met andere woorden, het systeem stabiliseert het elektriciteitsnet.

En dat alles onder de grond – je ziet er niets van.
Natuur- en milieumensen in Brabant zouden zich veel meer met energieopslag bezig moeten houden.

Zie verder ook Warmte in Brabant en het Mijnwaterproject .

 

 

Met Sim City naar Smart City (en of je dat zo moet willen)

De Energy Day van 26 oktober op de TU/e ging over de gebouwde omgeving.
De hoofdsprekers waren de TU/e-professoren Elphi Nelissen, Jan Hensen en Wiet Mazairac, met David Smeulders als dagvoorzitter.
De presentaties zijn te groot voor mijn website. Men kan ze zelf downloaden op www.tue.nl/onderzoek/strategic-area-energy/over-energy/energy-events/energydays/series-5-2017-2019/day-1-brainport-smart-district/ .

vlnr Elphi Nelissen-David Smeulders_Wiet Mazairac_Jan Hensen

De Smart City in Brainport Smart District

In dit artikel het werk van professor Elphi Nelissen, die een Smart City (een wijk met zo’n duizend huizen) wil bouwen bij de Helmondse wijk Brandevoort, aan de andere kant van het spoor. GroenLinks wethouder Paul Smeulders heeft er een stuk bedrijventerrein voor herbestemd.
De realisatie is gepland van 2019 – 2023.

De beoogde wijk ten Noorden van Brandevoort, langs de spoorlijn Eindhoven-Venlo

Mevrouw Nelissen stopt een heleboel goede bedoelingen in het ontwerp. Eigenlijk zitten alle goede bedoelingen erin, die in progressieve kring opgang doen. Er hangt een Groen Links-achtig wereldbeeld  omheen.

Als je alle goede bedoelingen uit alle sheets verzamelt en onder elkaar zet krijg je dit:

Alle goede bedoelingen van het Smart Cityproject samen (Nelissen)

Al die bedoelingen gaan in een Sim City-achtige blender en daar rolt een ontwerp voor een droomwijk uit. De website E52 heeft het vastgelegd in twee verhalen, die men kan vinden op

https://e52.nl/eindhoven-is-het-living-lab-voor-de-rest-van-de-wereld/
https://e52.nl/brainport-smart-district-zo-zou-het-kunnen-worden/

En toch …

De lezer merkt misschien aan mijn afstandelijke toon dat ik flinke reserves heb. Waarbij ik niet aan de goede bedoelingen van mevrouw Nelissen twijfel.

Nog het minste is dat ik sommige idealen niet deel, of ongeloofwaardig vind.
In het mobility-verhaal gaat Nelissen ervan uit dat het openbaar vervoer ophoudt te bestaan, en dat je daar nu al de eerste tekenen van ziet (zie het E52-verhaal), en dat auto’s probleemloos geheel automatisch rijden zonder dat jijzelf ook maar iets hoeft te doen. Ik zie dat allemaal nog niet meteen.
Verder zie ik ook niet waarom een verstandig mens van het elektriciteitsnet af zou willen gaan. Dat heeft alleen maar nadelen en geen voordelen. Dat extra comfort en die lagere kosten lijken mij een wensdroom.
Lokaal geteeld voedsel kan nooit genoeg zijn voor een hele wijk, en de luchtvervuiling komt in een dergelijk klein gebied bijna geheel van buiten de wijk.

Het probleem is (dat heb ik wel in mijn 20 jaar gemeenteraadswerk geleerd) dat je niet straffeloos een heleboel wensen kunt uitspreken, zonder dat vroeg of laat de vraag rijst hoe die wensen zich onderling verhouden, en wat het kost. Het geheel klinkt te mooi om waar te zijn.
Om het eens te testen had ik de kritische vraag gesteld of het de bedoeling was dat er ook flink wat huizen onder de huursubsidiegrens gingen vallen. Gezien alle ambities is dat bepaald niet vanzelfsprekend. “Maar uiteraard” en vervolgens verdween deze nieuwe wens even zo vrolijk ook in de blender.

De ‘bright new world’, zoals E52 het noemt, lijkt mij teveel op ‘brave new world’. Mevrouw Nelissen is er een voorstander van om het databeheer niet bij een commercieel bedrijf neer te leggen, maar bij de overheid, want dan is er democratische controle. Nu heeft dit argument in onze maatschappij op dit moment een zekere waarde, maar het argument geldt niet onbeperkt in strekking en tijd. Ik vertrouw beide met big data niet verder dan ik ze zie. Je blijft het beste af als er niet meer persoon-
lijke data rondzwerven dan strikt nodig is.
Ik  heb het verzoek op het sleepnet-referendum ondersteund. Ik ga niet in een sleepnet wonen.

Ik vind het belangrijkste strategische bezwaar dat de Smart City stilzwijgend als nieuwbouwproject geformuleerd is. Stilzwijgend, maar wel door merg en been. Het is volstrekt onduidelijk hoe dit paradijs aan de overkant van het spoor Eindhoven-Venlo te realiseren valt.
Vandaar mijn vraag of het nou de bedoeling was om alle bestaande wij-
ken neer te halen. Immers, 80% van de huizen in Nederland is momenteel label C of slechter. Dat zag ik uiteraard helemaal verkeerd. “We hebben voorbeelden nodig” zei Hensen ter verdediging van zijn collega. Dat snap ik ook wel, maar a) zie ik niet meteen hoe Smart City-nieuwbouw voorbeelden kan opleveren voor een rij label D-woningen, zoals in mijn straat en b) worden in Nederland voorbeelden slechts zelden omgezet in breed uitgerolde programma’s. Als regel houdt het projectje op als de subsidie ophoudt.
Waarna Hensen en ik het eens werden over de stelling dat de “brede onderkant” van de woningmarkt omhoog getild zou moeten worden. (Hensen had overigens zelf een goed verhaal, maar dat ging zo technisch en in zo’n hoog tempo en met zoveel info op elke sheet, dat ik het niet betrouwbaar navertellen kan).

Het was een goede politieke discussie.

Evgeny Morozow (foto Daniel Seiffert via Wikipedia)

Evgeny Morozow

De Wit-Russische geleerde Morozow is een zeer bekende, linkse technologiecriticus, die tot in de hoogste onderwijsregionen les gegeven heeft en onderzoek gedaan. Hij kreeg op 31 oktober 2017 in de NRC bijna een hele pagina om commentaar te geven op Smart Cities.
Zie www.nrc.nl/nieuws/2017/10/30/googles-droomstad-kan-een-nachtmerrie-worden-13756647-a1579249 .

De directe aanleiding was de aankondiging dat Sidewalk Labs, zusterbedrijf van Google onder de Alphabet-holding, in Toronto een geheel nieuwe wijk Quayside ging bouwen, geheel op zijn Google’s. En de beknopte beschrijving leek verdacht veel op Brandevoort-Noord. Ook Facebook, Cisco, IBM en Microsoft hebben dat soort plannen en “werken – ook in Nederlandse steden als Amsterdam, Rotterdam en Eindhoven – steeds nauwer samen met overheden.” Dit “om de stedenbouw te disrupten”.
Quayside wordt een Disneyland-achtige etalage voor Googles zelfrijdende auto’s” aldus Morozow “De plannen zien er heel aantrekkelijk uit, maar dan wel voor de rijke, creatieve klassen die het zich kunnen veroorloven om in zo’n utopie te wonen. Voor de rest van de bevolking lost het niets op en erger: dit soort projecten maakt het wonen in de stad alleen maar nòg duurder en onbereikbaarder voor grote groepen mensen.
De Indiase regering wil honderd Smart Cities bouwen”, zegt Morozow, “en nu al worden dat ‘gated communities’ voor de rijken.” .

Duurzame nieuwbouw-eilanden in een onduurzame oudbouw-zee – dat is eigenlijk al best wel een beetje een beschrijving van de feitelijke situatie in Brabant.

Uit wat ik mevrouw Nelissen heb horen zeggen maak ik niet op dat deze situatie haar ideaalbeeld is. Maar soms gaan dingen anders dan de initiatiefnemers zich in hun goede bedoelingen voorgesteld hadden.

Het Brainportdiagram uit de presentatie van mevr. Nelissen

Brainport

De presentatie van mevrouw Nelissen bevatte een schematisch beeld dat onbedoeld gezien kan worden als een bijna iconisch beeld van Brainport. Dat gaat over u en zonder u en bedient bedrijven en instellingen.
Het plaatje toont machtige schillen met bedrijven en instellingen, die geadresseerd worden door projectleiders. Achter het pijltjes-spinnenweb schemert een klein ellipsje bewoners, en alleen één geel energiepijltje eindigt in dat gebied. De rest van de relaties gaat letterlijk over hen heen.
Brainport is industriepolitiek in een gebied waar toevallig ook nog mensen wonen. Maar die staan daar verder buiten.

Ook hier moet aan mevrouw Nelissen credits gegeven worden dat zij een overleg heeft opgestart met mensen die in de nieuwe wijk denken te gaan wonen. De gedachte dat dat een tamelijk select gezelschap is steekt de kop op, maar omdat ik verder die mensen niet ken, is dat vooralsnog lichtelijk een vooroordeel.

Econoom Douben noemt veeteelt en Eindhoven Airport als oorzaken voor overbelasting ZO Brabant

Nic Douben is econoom en emeritus-hoogleraar aan de Universiteiten vna Tilburg en Eindhoven. Hij heeft in het verleden regelmatig advies gegeven over de economische ontwikkeling van Zuidoost-Brabant.

In het Eindhovens Dagblad van 11 oktober 2017 analyseert Douben dat “bij alle jubelverhalen de nadelen van de economische successen van Zuidoost-Brabant onderbelicht blijven” en “economie veel meer is dan een financieel resultaat”.
Douben: “Ik vraag mij dan ook al enige tijd af of de regio niet overbelast wordt door haar expansie”.

Douben noemt de veeteelt als oorzaak en daarnaast Eindhoven Airport. Hij hekelt de onmogelijk lage vliegprijzen en de daaruit voortkomende groei van de low-budget vakantiereizen. De problematiek van Schiphol wordt afgewenteld op onze regio, met “vliegbewegingen die de lucht in de regio steeds meer met uitgestoten gassen vervuilen, en een toenemende geluidshinder in de Kempen en De Peel.”

De economische groei moet meer gerelativeerd worden. “Nu worden vooral de enge (bedrijfs)economische voordelen van de groei breed uitgemeten en komen de nadelen veel minder pregnant in beeld.

Econoom en emeritus-hoogleraar Nic Douben

Het wordt tijd”, vindt Douben, “dat de verantwoordelijken daar eens terdege rekening mee gaan houden.

Bij welk oordeel ik mij graag aansluit.

Voor de volledige tekst van de brief zie Peel en Kempen raken overbelast door groei_NicDouben_EhvD_11okt2017

Voor een eerder artikel op deze site over wat wel en geen economische motoren zijn zie Wat voegt groei Airport nog toe aan Brainport? Meer vluchten kunnen vestigingsklimaat ook schaden .

Met Milieudefensie op bezoek bij de Jumbo

Milieudefensie voert al lang actie voor een duurzame veeteelt als hoofddoel en een melkprijs als middel. Milieudefensie wil meer weidegang, geen soja-import meer waarvoor het tropisch regenwoud platgebrand wordt, meer weidevogels en niet meer dieren als op cyclische basis mogelijk is.
De sleutel ligt bij de supermarkten. Een duurzamer veeteelt leidt tot een hogere melkprijs door de supermarkten aan de boeren (gemiddeld 43 in plaats van 37 cent de liter, heeft Milieudefensie landelijk berekend). Die hogere melkprijs moeten de supermarkten gaan betalen.

Het melkpak in platgeslagen toestand

De actie heeft allerlei vormen gekend.
De meest recente actie bestond uit een landelijke toer langs de hoofdkantoren van de supermarkten. Onze Eindhovense Milieudefensiegroep deed ook mee en zo stonden Hannie, Leonhard en ik op 3 november, ’s morgens vroeg, bij het hoofdkantoor van de Jumbo in Veghel, samen met campagneleider Sjoerd de Koning en campagneleider Bart van Opzeeland . Hun auto volgeladen met namaak-meldpakken met bovenstaande stichtelijke boodschap, hier in platgeslagen vorm weergegeven. Maar ergens in den lande had men heel lang pakken zitten vouwen.

Bij de ingang van het hoofdkantoor van de Jumbo. Links het Hoofd MVO van de Jumbo.

De komst was aangekondigd en de staf stond klaar voor de ontvangst. Met koffie indien gewenst. Toch nog een stel pakken uitgedeeld.
Op de foto geheel links het Hoofd Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen van de Jumbo.

We troffen Bart van Opzeeland bij aankomst aan op de parkeerplaats, bellend met de directie binnen. De boodschap was dat de Jumbo een eind toegaf, maar daarover moest nog nader onderhandeld worden. De uitkomst daarvan was bij het schrijven van deze tekst nog niet bekend. De eerste berichten waren dat er stappen gezet zijn, maar dat de weg nog niet geheel is afgelegd.

 

Bart, Sjoerd, Hannie

Men hoeft overigens geen medelijden te hebben met Jumbobaas Karel van Eerd. Die stond in 2017 als rijkste Brabander in de Quote (7de van Nederland), met een vermogen van 1,9 miljard Euro. Zie oa www.omroepbrabant.nl/?news/271109772/Jumbo-oprichter+is+met+vermogen+van+1,9+miljard+euro+de+rijkste+Brabander+in+Quote+500.aspx

Marcogas krijgt twee keer legalisatie van illegale bedrijfstijden

Er is hier al vaker over Marcogas geschreven. Het bedrijf doet in distributie, op- en overslag van vloeibare gassen onder druk in dergelijke hoeveelheden, dat het inmiddels een BRZO-onderneming is. Die zit ruimtelijk op een idiote locatie, gewoon in een weiland naast een dennenbos, niet ver van huizen en dicht bij maatschappelijke voorzieningen. Zo heeft de gemeente Gemert-Bakel het in haar oneindige wijsheid indertijd beschikt.
Sinds 1 jan 2016 vallen alle BRZO-ondernemingen, dus ook Marcogas, onder de provincie.

Een blik op de achterkant van de opslag

De Raad van State vond in een tussenvonnis dat het groepsrisico niet goed uitgerekend was en geeist dat dat opnieuw gedaan werd, heeft beperkingen aangebracht in bedrijfsvoering en toen de milieuvergunning goedgekeurd. Waarmee de situatie als zodanig niet verder beïnvloedbaar leek. Zie Bewoners verliezen bij Raad van State inzake Marcogas

Leek.
Want Marcogas begon doodleuk de bedrijfstijden te overschrijden.
Marcogas mocht regulier werken van 07.00 – 19.00 uur, met tussen 06.00 en 07.00 uur toestemming voor vijf vrachtauto’s en bij een calamiteit bij een klant incidenteel ééntje daarbuiten.
Maar in het voorjaar van 2016 liet Marcogas “met enige regelmaat tussen 04.30 en 06.00 uur vrachtauto’s vertrekken in situaties die niet als incidenteel te beschouwen waren” aldus de officiele handhavingsrapporten. Marcogas reageerde daarop niet door het gedrag aan de vergunning aan te passen, maar door een verzoek in te dienen om de vergunning aan het gedrag aan te passen. Wat de provincie doodleuk deed: de nieuwe bedrijfstijden werden van 04.30 tot 19.00 uur.

Verkeerssituatie op en langs de weg bij Marco Gas tijdens een evenement. Hier moet de brandweer langs kunnen.

De omwonenden hadden deze eerste legalisatieprocedure gemist maar gingen opletten en inderdaad, Marcogas ging vrolijk door. Ook de nieuwe bedrijfstijden werden “met enige regelmaat overschreden”. Vervolgens werd er een tweede legalisatieprocedure opgestart en even zo vrolijk werd die ook weer gehonoreerd, nu ondanks fel verzet van de omwonenden. De nieuwe bedrijfstijden zijn nu op maandag t/m zaterdag van 03.00 – 23.00 uur. 12 maal per jaar maar ook daar weer van worden afgeweken bij “calamiteiten”.

De Partij voor de Dieren heeft er vragen over gesteld in PS. Daarop kwam hetzelfde basis-antwoord: de ruimere bedrijfstijden zijn vergunbaar – zonder dat wordt uitgelegd waarom ze vergunbaar zijn als er eerst beperkte bedrijfstijden vergund waren.
Overigens vermeldt het antwoord (19 sept 2017) op de vragen van de Partij van de Dieren dat bij Marcogas in de jaren 2014 t/m 2017 op vijf data meer dan vijf overtredingen geconstateerd zijn in de wijze, waarop Marcogas met gasflessen en tankauto’s omging.

Ik vind het allemaal volkomen waardeloos. Je vraagt een vergunning aan die je willens en wetens van plan bent te overschrijden (twee maal zelfs) en je eist dan dat die overschrijding vervolgens tot wet verklaard wordt, en dat gebeurt dan nog ook. Op een zeer kwetsbare locatie. Het tart elk rechtsgevoel.
Het schijnt dat meer bedrijven op deze manier het bestuursrecht misbruiken.

Een bord met maatschappelijke instellingen pal naast de ingang

De Nacht van de Nacht

De IVN-afdeling Veldhoven-Eindhoven-Vessem werkt elk jaar mee aan de manifestatie “Nacht van de Nacht”. Dat is een groot, landelijk initiatief (zie www.nachtvandenacht.nl/activiteiten/ ).
Dit jaar verzamelde men zich op 28 oktober bij de visvijver Vlasroot in Veldhoven. Het was de tiende manifestatie. Een Veldhovense wethouder opende de manifestatie om 19.30 uur.
Het weer was niet geweldig, maar de animo van het publiek viel niet tegen.

De manifestatie richt zich tegen lichtvervuiling.

Verlicht Europa ‘s nachts vanuit de ruimte

Nederland is een van de lichtste landen ter wereld. Vanuit de ruimte is te zien dat ons land helemaal oplicht door de hoeveelheid kunstlicht. Al dit overvloedige licht wordt lichtvervuiling genoemd. Vaak brandt het licht ook nog eens onnodig. Lichtvervuiling komt op veel plekken voor. Denk aan verlichting van bijvoorbeeld sportvelden, wegen, kantoorgebouwen, parkeerterreinen/garages, kassen, monumenten en reclameborden die de hele nacht onnodig branden.
77% van de bevolking vindt dat de reclameverlichting en verlichting van de buitenkant van kantoren na 12 uur ’s nachts uit mag’

Veel licht ‘s nachts ontregelt plant, dier en mens, en het kost nog eens een hoop geld ook. Bij vogels, insecten en amfibieën beïnvloedt buitenverlichting het gedrag door desoriëntatie, afstoting en aantrekking. Hun oriëntatie wordt verstoord, waardoor hun energiebalans wordt aangetast. Of ze worden uit hun winterslaap gehouden. Hierdoor neemt de kans op uitputting en sterfte toe.
Voor vogels is licht de belangrijkste prikkel voor het timen van hun activiteit. Nachtelijk kunstlicht verandert de natuurlijke licht-donker cyclus. Daardoor kan de betrouwbaarheid van licht als prikkel verzwakken.” aldus de landelijke website van het initiatief.

Aktiviteitentent tijdens de Veldhovense Nacht van de Nacht 2017

Milieudefensie en het IVN werken af en toe samen als het onderwerp zich ervoor leent. Leonhard Schrofer van Milieudefensie Eindhoven heeft meegeholpen met de organisatie van de Veldhovense Nacht van de Nacht. De niet-ruimtefoto’s zijn van hem.
Ik kon helaas niet zelf mee, omdat ik net op die dag mijn verjaardag vierde.

Er zijn een aantal activiteiten:

  • Een ontvangstkraam met informatie
  • Een tent met informatie en kinderactiviteiten over maan, planeten en sterren (normaliter kun je in de stad de sterren niet zien)
  • Een kleine puzzeltocht voor kinderen
  • Chocolademelk en erwtensoep
  • Een tent met informatie over muizen en uilen
  • Een tent met informatie over vleermuizen. Kinderen konden van zwart papier vleermuizen vouwen.
  • De vertelclub VerVe van kinderverhalen
    Braakballen onderzoeken. Uilen en muizen zijn niet elkaars beste vrienden.

    Het initiatief verdient verdere steun.

Bloembollenteelt en geboorteafwijkingen?

Inleiding
De SP-fractie in Provinciale Staten van Brabant heeft op 06 sept 2017 vragen gesteld over een Californisch onderzoek in het landbouwgebied San Joaquin – valley naar de relatie tussen de per perceel toegediende totale hoeveelheid pesticiden enerzijds en geboorteafwijkingen anderzijds. Boven een bepaalde drempel worden deze effecten zichtbaar. Verder
blijkt er een afstandseffect te zijn.
In het onderzoek is weloverwogen voor de totale hoeveelheid pesticiden als variabele gekozen, omdat dan ook de onderlinge interactie tussen de middelen en hun afbraakproducten onderling meegenomen wordt.

Mijl-hokken in San Joaquin Valley (Californie)

Doses, die in Californie tot extra geboorteafwijkingen leiden, komen in Nederland voor in de boomteelt, in de fruitteelt (die fors boven de drempel ligt) en in de bloembollenteelt (die daar zeer fors boven ligt).
Angst voor effecten van gif op aanwonenden bestaat al lang. Zie bijvoorbeeld

http://nicollinevanderspek.nl/hoe-giftig-is-de-bollenteelt-2/ of www.trouw.nl/home/onderzoek-naar-risico-s-pesticiden-voor-gezondheid~aa61c6f6/ .

De SP-vragen willen de situatie zelf in kaart brengen en de politieke en bestuurlijke mogelijkheden om daarop invloed uit te oefenen. Het eerdere artikel op deze site is te vinden op Provinciale SP stelt vragen over verband geboorteafwijkingen – pesticidenblootstelling

Op 25 sept hebben het College van GS geantwoord. (Zie antwoord schriftelijke vragen pesticiden_05okt2017 )

De politieke en bestuurlijke mogelijkheden
De Gezondheidsraad doet momenteel onderzoek naar het effect van bestrijdingsmiddelen op de gezondheid van omwonenden en hoopt dat in 2018 af te hebben, zeggen GS. In afwachting daarvan past een zekere terughoudendheid om nieuwe activiteiten op te starten naast de al bestaande activiteiten.
Op dit moment monitort de provincie wat er in het grondwater zit (oa vanwege de drinkwaterwinning) en faciliteert de provincie het project Schoon Water. In het Schoon Waterproject werkt de provincie op vrijwillige basis samen met relevante partijen (zoals de ZLTO en het Waterschap) om de emissies naar de bodem terug te dringen.
Schoon Water is een goed project dat, hoewel vrijwillige, resultaten boekt. Zie www.schoon-water.nl .

Pagina uit het bestrijdingsmiddelenoverzicht van CLM voor lelies

De trend is dat de provincie niet wat kan doen aan de hoofdzaken en wel aan de bijzaken. De provincie (en de gemeenten) hebben bijvoorbeeld niets te vertellen over de toelating van middelen. Daarover gaat de CTGB.
De provincie kan via de Verordening Ruimte wel vastleggen dat er in bestemmingsplannen een afstandsmaat moet komen tussen bebouwing en percelen waarop gewasbescherming wordt toegepast. Een enkele gemeente doet dat al zelf en hanteert dan meestal 50m.
Verder kunnen bestemmingsplannen vanwege landschappelijke, geomorfologische, ecologische of hydrologische redenen de teelt van bij-
voorbeeld bloembollen op bepaalde percelen verbieden. (Echter, niet alles kan. De gemeente Ommen wilde de teelt van bollen en sierbloemen in grondwaterbeschermingsgebieden verbieden en ging daarmee nat voor de Raad van State bg).
De provincie maakt nog geen gebruik van deze bevoegdheden.

Enkele gemeenten in het Oosten van Nederland hebben convenanten afgesloten met bloembollentelers over de omgang met bestrijdingsmiddelen.
(Ook dit is in Brabant nog een onbekend fenomeen bg).

De inventarisatie van de feitelijke situatie
GS stellen dat bij de boomkwekerijen en de fruitteelt er al vanuit de afnemers druk op een afnemend gifgebruik zit. Overheden willen vaak al biologisch gecertificeerde bomen en supermarkten zijn met Greenpeace of Natuur en Milieu met een eigen traject bezig (zie Jumbo en Albert Heijn willen 28 bestrijdingsmiddelen niet meer in hun winkel ).

Blijft over de bloembollenteelt, de giftigste van alle.
(De inventarisatie door GS is een beetje oppervlakkig. Een beetje meer Googlen had een beter antwoord opgeleverd. Aan de andere kant hadden de vraagstellers dat natuurlijk ook zelf kunnen doen. Maar goed. Bg)

Brabant is in de bloembollenteelt geen grote speler. Er ligt in Brabant voor ca 1000 hectare bloembollenveld, goed voor 3,8% van Nederland in 2016 (de Brabantse bomenteelt is goed voor 45,6% van Nederland en de fruitteelt voor 8,2%. Je vindt veel bomenteelt rond Haaren en Zundert.).
(De exportwaarde van de bollenteelt zit rond een miljard euro per jaar (waarbij nog de binnenlandse markt moet worden opgeteld), ergo moet Brabant goed zijn voor ca 40 miljoen euro. Bg)

De bollenteelt heeft, naast de giftigheid, enkele speciale andere kenmerken. De ligging van de percelen kan van jaar tot jaar veranderen door tijdelijke pacht. Dat maakt bijvoorbeeld deelname aan het Schoon water-project problematisch.
GS stellen niet an sich tegen de bloembollenteelt te zijn (idem bomen en fruit), maar wel tegen verhoogde gezondheidsrisico’s daardoor voor mens en dier.

Wat te doen?

  • Het zou verstandig zijn om in Brabant aanvullend beleid te gaan ontwikkelen tegen de toxische effecten van de bollenteelt
  • Het zou verstandig zijn om politiek bij te houden tot wat de lopende ontwikkelingen in de fruitteelt en boomteelt leiden.

Zeventig jaar

Ik ben op 25 augustus 70 jaar geworden, maar een feestje kwam toen slecht uit. We waren net van fietsen in Duitsland terug.

Uiteindelijk werd het 28 okt 2017 in het zaaltje van Wijkcentrum Unitas aan de Vlokhovenseweg (van de vroegere parochie). Willemieke had erg haar best gedaan en cateraar Kuijten ook.

Het buffet (28 okt 2017 – 70ste verjaardag)

Er was familie en bekenden uit de politiek en mijn actiegroepen. Hans-Martin Don hield een geïmproviseerde toespraak, onder andere over de techniek om in de pauze van een vergadering te slapen. Dat lukte mij altijd goed, in de vergadering zelf overigens ook wel eens. Ik leefde in mijn gemeenteraadstijd soms op het randje.

Aanwezigen bij mijn 70ste verjaardag – 28okt2017

En zo zie ik er nu uit. Kan er nog mee door op mijn 70ste.

Ik bij het feestje van mijn 70ste verjaardag.

De vraag was om als cadeau een gift over te maken naar het Rode Kruis of Artsen zonder Grenzen. Dat heeft ongetwijfeld die organisaties financieel goed gedaan. Daarnaast kreeg ik toch nog bloemen en een sloot Belgisch bier. Daar hou ik van en met de voorraad kan ik een hele tijd vooruit.

Hans-Martin Don en ik