Een informatieavond over de stadsverwarming in Meerhoven

De voorgeschiedenis
Er bestaat al heel lang groot ongenoegen over de bedragen, die door Ennatuurlijk in rekening gebracht worden voor warmtelevering aan de bewoners van Grasrijk en Zandrijk. Dit zijn de oudste deel-wijken van het grote Eindhovense Vinex-uitbreidingsgebied Meerhoven.
De stadsverwarming is daar nog aangelegd ten tijde van Essent. Na de verkoop en demontage van Essent is de stadsverwarmingstak ergens eind 2013 terecht gekomen bij de onderneming Ennatuurlijk, waarvan pensioenuitvoerder PGGM (80%) en netwerkbeheerder Dalkia de aandeelhouders zijn. Ennatuurlijk treedt dus in de verplichtingen, die Essent ooit aangegaan is. Zie www.ennatuurlijk.nl/meerhoven ).
(In de jongere deel-wijken van Meerhoven Waterrijk en Meerrijk, die rechtstreeks aangelegd zijn door de gemeente Eindhoven tegelijk met de biomassacentrale, bestaat het financiele probleem niet of niet in die mate. Daarover gaat het verdere verhaal niet.)

Schema van de stadsverwarming in Meerhoven

De mening en de organisatie van de bewoners
De bewoners van Grasrijk en Zandrijk vinden dat ze teveel betalen. De belangrijkste grief is dat zij menen ten onrechte €144 per jaar te betalen (30 jaar lang).
Daarnaast vinden ze dat er bij de bouw bezuinigd is op de isolatie-
kwaliteit van hun woningen (het “EPC-probleem”) , vinden ze dat hun ten onrechte een korting op de gasprijs onthouden is en vinden ze het onterecht €85 voor de warmtewisselaar betalen (het apparaat waarlangs de warmte het huis binnenkomt).

Om voor rechtvaardige aansluitcondities te strijden, is eerst (binnen Meerhoven) de Werkgroep Stadsverwarming opgericht. Later heeft die zich omgevormd tot een zelfstandige Stichting, die ook met andere Eindhovense stadsverwarmingswijken contact heeft (bijv. Strijp S). Zie www.stadsverwarming-eindhoven.nl .
De Stichting heeft nu drie proefprocessen lopen. Bij de kantonrechter heeft de Stichting in hoofdzaak verloren en in bijzaken gewonnen. In januari staat het pleidooi van hun advocaat van de Stichting in hoger beroep ingepland. Intussen heeft Ennatuurlijk een schikkingsvoorstel gedaan (waarover hierna meer). De bewoners moeten voor 1 januari 2017 zeggen wat ze daarvan vinden. Daarom heeft de Stichting vier informatieavonden belegd (waarvan één voor expats). Daarop zijn zo’n 1100 mensen geweest. Dat maakt deze actie tot veruit de grootste nu lopende buurtactie van Eindhoven.

Ik heb de laatste avond (die op 12 december) bijgewoond. Het gaat mij niet direct aan, want ik woon niet in Meerhoven, maar wel indirect, omdat ik interesse heb in energiepolitiek in het algemeen en stadsverwarming in het bijzonder. De algemene reputatie van de stadsverwarming
lijdt onder dit soort conflicten en dat schaadt de kansen om via deze techniek zuiniger met energie om te gaan.

Er zaten zo’n 200 mensen in de zaal. De stichting doet zijn werk goed.  De avond was professioneel georganiseerd. Ik kreeg heimwee naar de tijd dat ik zelf nog buurtacties hielp organiseren.
De Warmtewet is een moeilijke wet. Er is onlangs een evaluatie door Ecorys van verschenen, waarover ik op deze site een verhaal geschreven heb (zie https://www.bjmgerard.nl/?p=2562 ). Ook Ecorys ziet misstanden bij stadsverwarmingen. Waaronder misstanden die als twee druppels water lijken op die in Meerhoven.
Er moet dus een behoorlijk ingewikkeld verhaal worden uitgelegd, en dat lukte redelijk. De leiding van de Stichting bestaat uit techneuten waarvan er minstens één onderwijservaring heeft (de voorzitter nodigde mij uit om naar zijn nieuwe warmtepomp te komen op zonne-energie, want hij heeft zich laten afkoppelen. Dat ga ik zeker doen).

Zoals ik het snap
Voordat ik een opinie geef, probeer ik, waar mogelijk, eerst het probleem te snappen. Als ik alle puzzelstukjes op zijn plaats leg, en gebruik maak van de cijfers die in het vonnis van de kantonrechter staan, kom ik voor de (quasi)eenmalige startkosten op het volgende plaatje.

Men moet weten dat de theorie van de Warmtewet berust op het uitgangspunt dat een huishouden op de stadsverwarming geacht wordt evenveel aan warmte kwijt te zijn als een vergelijkbaar huishouden dat in een vergelijkbare woning op gas aangesloten is. Dat heet het NMDA-beginsel (Niet Meer Dan Anders).

Ik ga uit van een bewoner van Zandrijk die rechtstreeks zaken gedaan heeft ten tijde van de bouw, zodat allerlei ingewikkelde tussensituaties niet bestaan, en die in 2002 begonnen is te betalen en in 2032 terugblikt op wat hij all-in over 30 jaar betaald heeft.
Volgens mij heeft die persoon aan startkosten het volgende betaald:
€    445 (de kosten die men anders had moeten betalen voor de aardgasaansluiting)
€  1756 (de ‘rentabiliteitsbijdrage’, zie hierna)
€  2007 (de kosten die men anders had moeten betalen voor het verschil CV-stadsverwarming)
€  2323 (de kosten van de hypotheekconstructie waarmee die €2007 betaald is, zie hierna)
———–
€   6531 met en €4208 zonder hypotheekconstructie.

Het primaire ongenoegen richt zich op de post €2007 + €2323 = €4330.
De post €2007 is niet rechtstreeks aan de bewoners opgelegd, maar via een annuitaire hypotheek over 30 jaar met een rente van 5% en indexering. Ik kom aan de getallen van de kantonrechter als ik de rente en de indexering bij elkaar tel tot 6,0%. Zou kunnen. Wie het controleren wil, op internet staan makkelijke rekenmodellen, bijvoorbeeld www.hypotheeklastencalculator.nl/berekenen/annuiteiten/ .
Die hypotheek is niet openlijk aan de toekomstige afnemer getoond, maar was aanvankelijk verborgen in het vastrecht. Dat werd pas duidelijk toen Essent dat in 2011 per brief vertelde, en daarna expliciet maakte. Vanaf dat moment ontstond de stennis.
De buurt denkt sindsdien dat ze “dubbel betalen”. Ik denk dat dat niet zo is.
De kantonrechter overwoog (maar zette dat niet om in een formele uitspraak) dat het beter ware geweest als mensen meteen al hadden kunnen kiezen om het bedrag van €2007 in een keer zelf te betalen. Mogelijk hadden ze dan een gunstiger financiering kunnen kiezen. Ik denk dat de kantonrechter hierin gelijk heeft en dat hij dat formeel had moeten uitspreken.

Het tweede ongenoegen richt zich op de €1756.
De ‘rentabiliteitsbijdrage’ hangt samen met het EPC-verhaal. Een nieuwbouwhuis moet een wettelijk vastgelegde Energie Prestatie Coefficient (EPC) halen. Dat is een ingewikkeld bouwkundeverhaal, maar sterk versimpeld komt het neer op een soort puntensysteem. Je kunt met verschillende bouwkundige ingrepen punten scoren en daarmee moet je boven een drempel komen. Het aangesloten zijn op een stadsverwarming levert punten op die extra zwaar tellen. Daardoor kan een projectontwikkelaar bezuinigen op andere ingrepen (bijvoorbeeld isolatie). De ontwikkelaar is daardoor per woning goedkoper uit dan wanneer die woning op gas aangesloten was geweest en het verschil heet de ‘rentabiliteitsbijdrage’. Dus de Zandrijkse woning is voor (minstens een deel van) €1756 slechter geïsoleerd als wanneer diezelfde woning aardgas had gehad.
Het bedrag €1756 mag de projectontwikkelaar in zijn zak steken om de stadsverwarming mee te betalen. De bewoners zijn de klos, want zij verspillen meer warmte, terwijl de energiebesparing buiten hun woning gerealiseerd wordt.

Dat had allemaal gemogen, als vervolgens de bewoners korting gehad hadden op hun warmtetarief perGJ (de Stichting meent te weten dat dat tot 30% kan oplopen). Dat is het derde ongenoegen.
Ennatuurlijk beweerde bij de kantonrechter een korting toegepast te hebben van 1998 t/m 2002 – waar Meerhoven dus weinig van meegekregen heeft, want de eerste huizen in Meerhoven zijn pas opgeleverd in 1999.

Het schikkingsvoorstel van Ennatuurlijk komt erop neer dat de hypotheekconstructie over de €2007 in drie jaar tijd wordt afgebouwd tot nul, mits men afziet van alle andere vorderingen. Hierbij wordt de rentabiliteitsbijdrage expliciet genoemd, en het erop gebaseerde vermeende recht op korting niet. Met name de (vermeende) korting zo wel eens een hoger bedrag kunnen zijn dan de bespaarde rest-hypotheek.
De Stichting beperkt zich tot een zo objectief mogelijke voorlichting, maar laat de keuze aan de bewoners. Het belang kan verschillen, afhankelijk van hoe lang men er woont. Wie er pas woont heeft nog geen (al dan niet vermeende) oude rechten en wel voordeel, wie er al lang woont levert misschien oude rechten in.

Het vierde ongenoegen bestaat in enkele bijkomende kosten, zoals de huur van de warmtewisselaar.

Al met al vinden de bewoners dat voor hen het WMDA-beginsel telt (Wel Meer Dan Anders).

Mijn opinie specifiek over Meerhoven
Als  ik mijn hart laat spreken, vind ik dat de bewoners van Meerhoven een punt hebben. Overal waar beleidsvrijheid was, is in hun nadeel gekozen. Het zou best wel eens waar kunnen zijn dat ze inderdaad WMDA betalen. Ik gun het ze dat ze er wat uitslepen.

Als ik mijn hoofd laat spreken, ben ik terughoudender. De Warmtewet is bedoeld om bewoners te beschermen tegen warmtemonopolisten, maar heeft in praktijk lang niet alles afgedekt. Met name bij het aansluiten van nieuwe woningen is veel toegestaan. Nieuwe bewoners worden geacht een sterke onderhandelingspositie te hebben (niet goed? Koop elders maar een huis!), maar dat valt in praktijk tegen. Zeker als je een forse hypotheek in het vastrecht verstopt.
In de evaluatie van de Warmtewet noemt Ecorys ( www.bjmgerard.nl/?p=2562 ) in Nederland gevraagde aansluitbedragen tot €7000.

Ik ben heel benieuwd wat er uit het hoger beroep komt.

Mijn opinie over het politieke vervolg
Het probleem is dat de concrete ellende een sterke kracht wordt tegen een potentieel algemeen voordeel van warmtenetten. Naar mijn mening zijn warmtenetten, mits aan bepaalde voorwaarden voldaan wordt, een onmisbaar onderdeel in een toekomstige duurzame energievoorziening. Ik betreur de afkeer van het beginsel warmtenet, die veroorzaakt wordt door twijfelachtige financiele praktijken er rond om heen.

Ik vind daarom dat de overheid, als onderdeel van zijn lange termijn energiebeleid, geld moet investeren om de financiele en bouwtechnische problematiek van warmtenetten met terugwerkende kracht op te lossen. Ik heb dat voorgesteld in het verkiezingsprogramma van de SP dat binnenkort vastgesteld wordt.
Alle vormen van duurzame energie krijgen exploitatiesubsidie, behalve warmtenetten. Het zou het nodige kosten om ze financieel gezond te maken, maar uiteindelijk gaat het om een incidentele uitgave.
Misschien helpen acties, zoals die in Meerhoven, mee om een betere wettelijke regeling te bereiken.

“Maar ons warmtenet is niet duurzaam!” zeggen tegenstanders “wij draaien helemaal niet op restwarmte”. En op dit moment zou dat nog wel eens waar kunnen zijn ook.
De logica van klassieke stadsverwarmingen is dat het WKK-installaties zijn. Van de toegevoerde brandstof zetten ze bijvoorbeeld 35% om in stroom en bijvoorbeeld 50% in nuttig gebruikte warmte. Stroom brengt het meeste op – tot voor kort, want de elektriciteitsprijs is zover ingezakt dat geen enkele techniek op dit moment in staat is voor de huidige groothandelsprijs elektrische energie op te wekken.

De biomassacentrale in Meerhoven

De biomassacentrale in Meerhoven bijvoorbeeld (zie www.bjmgerard.nl/?p=3256 ) is in 2009 ontworpen om voor €0,88 miljoen per jaar warmte te verkopen, en voor €1,17 miljoen stroom. Ik denk dat men die stroomopbrengst nu bij lange na niet meer haalt. En dat ding heeft dan nog SDE+ – subsidie vanwege de biomassa.
Financiele ratio dicteert om met de gasgestookte productie van stroom te stoppen, maar dat kan niet want vanwege de warmteleveringscontracten moet het ding doordraaien.
Zo wordt inderdaad de bijzaak tot hoofdzaak en kun je erover twisten in hoeverre een zuiver gasgestookte stadsverwarming nog duurzaam is. Je zou nu misschien geen nieuwe gasgestookte centrale meer moeten bouwen, maar wat te doen met de oude?

Het zou een zegen voor de mensheid zijn als de groothandelsprijs voor elektriciteit in Europa omhoog ging naar een reele, maar toch betaalbare prijs, bijvoorbeeld naar 8 of 10 cent/kWh. Wie weet, komt het nog eens zover.

Warmtebronnen voor stadsverwarmingsnetten

 

De toename van geluidshinder rond vliegveld Eindhoven aan de Noordoost-kant (precisering)

De aanleiding
Er groeit in Acht, de Achtse Barrier en Best spontaan een beweging van mensen die zich tegen de sterk groeiende geluidshinder door vliegtuigen keren. In mijn hoedanigheid als secretaris van het Platform de 10 Geboden voor Eindhoven Airport (de naam gaat over een tijdje over in Beraad Vlieghinder Moet Minder), heb ik met enkele van die mensen gesproken. Je kon er op zitten gaan wachten dat een dergelijke beweging ontstond en ik vind het een prima ontwikkeling.
Tegelijk blijkt dat de nieuwe actievoerders niet altijd precies weten hoe dingen in het verleden gelopen zijn. Dat geldt onder andere voor de verdeling van het geluid tussen Noordoost en Zuidwest van de startbaan. Daarover bestaan veel misverstanden. Ik wil graag uitleggen hoe dat zit, omdat anders een bijzaak teveel aandacht krijgt ten opzichte van de hoofdzaak.
Aan deze uitleg heb ik op 29 juli 2017 en 5 juli 2018 een precisering toegevoegd.

Geluidscontouren in 2020_civ+mil_Luchthavenbesluit

De huidige normen
Hierboven enkele geluidscontouren uit de MER. De MER is een bijlage van het Luchthavenbesluit en maakt daar onverbrekelijk deel van uit. Deze geluidscontouren gelden op 1 jan 2020 en zijn voor civiel en militair samen.  De vierde contour van buitenaf (de getrokken lijn van 35Ke) heeft juridische kracht. De oppervlakte binnen deze contour mag op 1 jan 2020 niet groter zijn dan 10,8km2 . Deze regeling geldt voor onbepaalde tijd.
Binnen het Luchthavenbesluit is een Gebruiksvergunning gedefinieerd, die verder inperkt en waarin o.a. het aantal van 43000 genoemd wordt. Deze Gebruiksvergunning geldt tot 1 januari 2020! Over daarna wordt door de bevolking het ergste gevreesd en dat niet zonder reden, maar officieel houden de bobo’s diep geheim wat er dan gebeurt.
De Ke-gemiddelden worden op jaarbasis berekend.

Wat zijn aan de Noordoost-kant van de startbaan de problemen?
Rond het hele vliegveld bestaat een permanent hoofdprobleem, namelijk dat het totale vliegverkeer met gemiddeld 8,5% per jaar stijgt. Ik noem dit het volumeprobleem.
Daarnaast bestaat aan beide kanten een nevenprobleem welke kant op de vliegtuigen starten en landen. Ik noem dat het verdelingsprobleem.

De geluidscontouren zijn vastgelegd op basis van de windrichting. Vliegtuigen starten en landen het liefste tegen de wind in. Die wind is het vaakste zuidwest. Daarom is de MER gebaseerd op een startbaan die 70% van de tijd gebruikt wordt voor starts over Eersel (ZW) en 30% over Best(NO) (landing andersom). Dus een 70-30 verdeling.

Opstijgend vliegtuig aan de ZW-kant

De terminal van Eindhoven Airport ligt aan de Noordoostkant van de baan. Daarom zouden de luchtvaartmaatschappijen het liefste alle bewegingen over Eersel uitvoeren, want dan hoeven ze niet te taxien. Het vliegtuig kan bij wijze van spreken de vertrekhal binnen rijden. Hun gedroomde verdeling is 100-0 .
Ze hebben druk uitgeoefend en omdat het vliegveld, en de aandeelhouders provincie en de gemeente Eindhoven het liefste de kont zouden likken van de luchtvaart (om van baas Schiphol maar te zwijgen), heeft die druk tot en met in 2015 geresulteerd in een verdeling 80-20. Het is maar goed voor Eersel e.o. dat de wind niet onder commando van Schiphol cs staat!

Deze 80-20 move kon een tijd goed gaan zolang het aantal vliegbewegingen nog niet tot een kritisch aantal gegroeid was, maar loopt liep  ergens halverwege 2016 door de groei tegen het probleem aan dat de MER-contour op 70-30 gebaseerd is. Daarom begon ergens in 2016 een overschrijding te dreigen van de wettelijke limiet aan de ZW-kant. Die mag niet plaatsvinden want dan heeft het vliegveld een juridisch probleem.
Om binnen de wet te blijven, moet men weer terugkeren naar de jaargemiddelde 70-30 verdeling. Maar omdat er in 2015 de eerste helft van 2016 al teveel 80-20 is gevlogen, werd er in de tweede helft van 2016  tijdelijk overgecompenseerd tot een 60-40 verdeling.
Technisch kan dat, omdat een vliegtuig ook wel met de wind mee kan opstijgen, zolang de tailwind niet te sterk is. Omdat het vooral aan de randen van de dag minder hard waait, doet de 60-40 verdeling zich dan het meeste voelen.

De details over de routering naar het zuiden (rechtdoor over de Elsik-route of met een bocht), of een verondersteld gesloten Belgisch  luchtruim (wat anders ligt dan gedacht wordt) spelen aan de NO-kant geen rol (zie een later bericht Routering en verkeersleiding op vliegbasis Eindhoven en de Masterclass ).

Vanuit het perspectief geredeneerd van bewoners in Acht en Best eo ging tot  halverwege 2016 20% van de startende en dus lawaaiige vliegtuigen over hun hoofd en daarna 40%. Deze snelle groei heeft waarschijnlijk de toegenomen onrust in Best en Noordwest Eindhoven veroorzaakt.

Wat betreft 2017 zag de verkeersleiding het probleem van tevoren aankomen en daardoor is het aantal vliegtuigen in dat jaar wel 70-30 verdeeld. In relatieve zin heeft dus de NO-kant het in 2017 weer beter dan in de tweede helft van 2016.
Omdat echter inmiddels het aantal vliegtuigen verder gegroeid is, zullen de bewoners aan de NO-kant in absolute zin niet veel verbetering gemerkt hebben.

Na 2020 en waarom het volumeprobleem veel belangrijker is dan het verdelingsprobleem
Omdat de gemeente Eindhoven en de provincie en het vliegveld en het Rijk krampachtig proberen elke discussie over na 2020 te smoren, zijn omwonenden gedwongen om hun eigen oordeel te vormen.
Uit niets blijkt dat de luchtvaart in het algemeen, en die op Eindhoven Airport in het bijzonder, voornemens zijn om hun groeitempo te verlagen. In 2010 was het aantal vliegbewegingen 18600 en in 2020 zal dat 43000 zijn (op te vatten als 21500 start en idem landingen). Dat is een factor 2,3 in 10 jaar, omgerekend een groei van 8,5% per jaar – zowat een record in Europa. Als je dat tempo gewoon doortrekt, komt er weer een factor 2,3 bij tussen 2020 en 2030.
Je krijgt dan ongeveer een dergelijk plaatje (de rode lijn het aantal vliegbewegingen en de blauwe lijn die van de CO2 – uitstoot (het klimaat wordt een toenemend probleem voor de vliegsector):

Aantal vliegbewegingen op EhvA na 2020 bij ongewijgde groei

Nu even rekenen:
in 2020 krijgt Best-Acht-Achtse Barrier bij een 80-20 verdeling 20% van 43000 vliegbewegingen over zich heen, zijnde 8600. Bij een 70-30 verdeling zouden er dat 12600 zijn. Het verdelingsverschil is 4300.
In 2030 krijgt Best-Acht-Achtse Barrier bij een 80-20 verdeling 20% van 97000 vliegbewegingen over zich heen, zijnde 19400 . Bij een 70-30 verdeling zouden er dat 29100 zijn. Het verdelingsverschil is 9700.

Het volumeverschil in Best echter (70-30 in 2020 versus 70-30 in 2030) is dus 16.500 vliegbewegingen.

Met andere woorden: het gemeenschappelijke belang van de NO-kant en de ZW-kant om de groei als zodanig samen tegen te houden of te verzwakken is veel groter dan het belang om vliegtuigen van de ene kant af te schuiven op de andere kant.

Het ultrafijn stof
Ultrafijn stof (UFS) kan vanaf de startbaan alle kanten op waaien en trekt zich dus veel minder aan van menselijke verdelingsdiscussies. Voor zover het een voorkeursrichting heeft, is die met de zuidwestelijke wind mee richting Best-Acht-Achtse Barrier. De buitenste grens van de ‘blob’ is waar het aantal UFS-deeltjes per cm3 twee maal de lokale achtergrond is (pakweg 2* 8000 a 10000). Zie ook UFS-onderzoek rond Schiphol vertaald naar Eindhoven en  Noorden van Waterrijk in risicogebied UFS en de mogelijke gevolgen voor de woningverkoop

UFS-schatting gemeente Eindhoven, 2016, incl snelweg

Schonere vliegtuigen bestaan niet (de zwavel in de kerosine is het hoofdprobleem).

Dus bij twee keer zoveel vliegen verdubbelen de vuilconcentraties en komt grofweg de huidige grens tussen licht- en middel-oranje op de plek te liggen waar nu de buitengrens van de ‘blob’ ligt  (2 wordt 4).  Die buitengrens schuift navenant op.

Ook een goede reden om aan het volumeprobleem voorrang te geven boven het verdelingsprobleem!

Het klimaat
Tussen 2020 en 2030 zullen, op basis van het ICA)-akkoord, klimaatsparende maatregelen doorgevoerd worden, maar die zullen zeker bij lange na niet genoeg zijn om de groei volledig op te vangen.
En die klimaateffecten zijn al helemaal onafhankelijk van de opstijgrichting!

Nog een goede reden om aan het volumeprobleem voorrang te geven boven het verdelingsprobleem!

Methaanconcentraties in de atmosfeer schieten omhoog

Het grootste deel van ons aardgas bestaat uit methaan (CH4 ). Methaan komt vrij als organisch materiaal wegrot in zuurstofloze omstandigheden. Dat kunnen zowel natuurlijke als door de mens gemaakte omstandigheden zijn (antropogene). Voorbeelden: moerassen (moerasgas!), vuilnisbelten, ontdooiende permafrost, de bodem van de Waddenzee (de grootste bron van Nederland), maar ook bij het verbranden van brandstof, de gaswinning, rijstvelden en niet te vergeten de veeteelt.

Methaan is een broeikasgas dat ongeveer 25* zo sterk is als koolstofdioxide (CO2 ) dat meestal genoemd wordt in relatie tot de klimaatverandering. Gelukkig verblijft methaan veel korter in de atmosfeer dan CO2 .

In Environmental Research Letters van 12 dec 2016 worden atmosferische methaanmetingen en modellen om die te verklaren besproken. Zie http://iopscience.iop.org/article/10.1088/1748-9326/11/12/120207 .

Figure 1. Top: projections of atmospheric methane concentrations (left, ppb) and carbon dioxide concentrations (right, ppm) for the four Representative Concentration Pathway (RCP) scenarios and observed globally averaged atmospheric abundance at marine boundary layer sites from the NOAA network (black, Dlugockenky 2016). Tropospheric concentrations from RCP models have been scaled to fit surface observations. Bottom: emissions of methane (left) and carbon dioxide (right) from anthropogenic sources. For methane, four harmonized RCP scenarios are plotted together with the EDGARv4.2FT2012, USEPA and GAINS-ECLIPSE5a inventories. For carbon dioxide, four harmonized RCP scenarios are plotted together with the recent EDGARv4.3FT2014, and CDIAC estimates for fossil and cement-production emissions. RCP concentration data are from Meinshausen et al (2011). Concentrations and emissions from RCP4.5 are above those of RCP6 before 2030.

In de linkerkolom methaan, rechts CO2 , in de bovenste rij de concnetraties (als het ware het gevolg) en in de onderste de emissies (als het ware de oorzaak).
De zwarte lijn met stipjes (waar obs bij staat) geeft de metingen weer.
Van methaanemissies is veel nog onbekend. Daarom staat er links onder geen zwarte lijn.
De RCP-lijnen komen uit het vijfde rapport van het IPCC en geven scenario’s weer die elk leiden tot een bepaalde temperatuurstijging op aarde. Om de stijging onder de 2°C te houden, zou RCP 2.5 gevolgd moeten worden.

Bij methaan is er dus een versnelde groei in  de concentratie, en dat kan niet anders dan een nog sterker groeiende emissie betekenen.
Met het nodige voorbehoud geven geleerden drie redenen op waarom de emissies sinds  2007 versneld toenemen.
1)  de landbouw
2)  gas dat vrijkomt uit fossiele brandstof
3)  er wordt minder biomassa verbrand
De schaliegaswinning lijkt geen grote rol te spelen.

Figure 2. Annual methane emissions (in Tg yr−1 for the 2003–2012 decade) for fourteen continental regions and five emission categories. Estimations are the average of an ensemble of top-down inversion models described in Saunois et al (2016).

Het artikel bespreekt ook middelen om iets te doen aan de emissies.

  1. Zuig methaan in kolenmijnen af en fakkel dat af
  2. Breng alle gaslekkages in kaart en beeindig die, van bron tot klant
  3. Dek alle afvalstorten af en win er stortgas uit
  4. Zet biomassavergisters bij boerderijen
  5. (misschien) pas het dieet van herkauwers aan (maar dat kan elders nadelen hebben)
  6. Verbeter de natte rijstcultuur

Wat er niet in staat, maar wel vaak door anderen gezegd wordt, is minder vee op aarde. Waarschijnlijk hebben de auteurs van het artikel zichzelf de begrenzing opgelegd dat alle overige omstandigheden, anders dan die waar zij veranderingen voorstellen, hetzelfde blijven.

Voor een door mijzelf gemaakt schetsmatig overzicht van methaanbronnen in Nederland zie –> methaanbalans nederland  (gemaakt ten tijde van de schaliegasdiscussie).
Voor het vóór komen van methaan in de Nederlandse bodem zie hieronder:

Methaan concentraties in de Nederlandse ondergrond

Belgische kerncentrales moeten tijdelijk dicht

Over dit onderwerp is al zoveel geschreven in Nederland, dat het weinig meerwaarde heeft als ik dat nog eens dunnetjes over ga doen. Ik beperk mij tot een organisatieschets, een chronologisch overzicht, een aanvullingen over de arbeidsomstandigheden en enkele links naar bronnenmateriaal.

Voor een eerdere publicatie op deze site zie Belgische nucleaire prof tegen heropstart van Doel3 en Tihange2

Gebied waar jodiumtabletten verstrekt worden aan mensen onder de 40 jaar, na een ernstig incident met een kerncentrale

Bedrijfsstructuur van het beheer van en de controle over de centrales:

ENGIE ( http://www.engie.com/en/ . Franse multinational, voorheen GDF/SUEZ. CEO is Isabelle Kocher .

Electrabel is een 100% dochteronderneming van ENGIE ( www.engie-electrabel.be/nl ). CEO is Philippe Van Troeye .

Electrabel beheert onder meer de zeven Belgische kerncentrales (naast andere activiteiten.

De FANC (Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle) is de Belgische toezichthoudende instantie. ( http://www.fanc.fgov.be ). Directeur-generaal is Jan Bens.

 

Hier de brief van 1 juli 2016.

Hier  de brief van 2 sept 2016

Het standpunt van Van Troeye, zoals opgetekend op de Electrabelsite op 9 dec 2016

De “gespannen arbeidsverhoudingen”.
De Belgische krant De Standaard schrijft goed over de Belgische kerncentrales. OP 26 november 2016 kopte de krant “In Tihange kun je de angst ruiken”. Voor de duidelijkheid: niet voor de reactorkern, maar voor de directie. De sfeer is om te snijden. De directie straft er nu op los, al dan niet terecht. Niet voor niets is er sinds begin 2014 zes keer gestaakt. Zie voor de volledige tekst zie www.standaard.be/cnt/dmf20161125_02593038 (je kunt een week gratis abonnee worden en dan het artikel lezen).

Tihange
Tihange

Warmte in Brabant en het Mijnwaterproject

Het Brabantse Warmteplan
Ik heb op deze site al een tijd geleden gepleit voor een Brabantse Warmteplan (zie https://www.bjmgerard.nl/?p=843 ) , en nu is de provincie zo vriendelijk dat op 25 nov 2016 geleverd te hebben. Althans, een eerste aanzet tot zo’n plan.
Zie voor het persbericht http://www.brabant.nl/actueel/nieuws/2016/november/brabants-warmteplan.aspx .

Warmtenetten in Tilburg en Breda (bron: Warmteatlas)
Warmtenetten in Tilburg en Breda (bron: Warmteatlas)

Het persbericht bevat geen link naar een achterliggend document. Je kunt de beweringen dus met het persbericht alleen niet narekenen. Gelukkig is er meer literatuur, o.a. een ECN-warmte studie die (enigszins misplaatst) als basis voor de provinciale Uitvoeringsagenda Energie gebruikt is.

Ik loop de zes projecten in het persbericht langs. Tussen haakjes zet ik wat mijn eigen schatting was in het artikel op deze site Opwekking
duurzame energie in Brabant (zie https://www.bjmgerard.nl/?p=1934 .) Ik heb mij niet gewaagd aan besparingsschattingen, want daarvoor heb ik te weinig informatie. Bij alle besparingsvoorstellen staat dus van mij 0,0PJ .

  • EnergyWeb XL wil 2 tot 5PJ restwarmte van de industrie op bedrijventerrein Moerdijk leveren aan de omgeving, zoals de glastuinbouw. Klinkt uitvoerbaar. (2PJ)
  • Geothermie moet ongeveer 1,3PJ gaan opleveren. Daartoe wordt Geothermie BV opgericht door Hydreco en het Energiefonds van de provincie. (2PJ)
    Hydreco is een dochteronderneming van Brabant Water ( zie www.brabantwater.nl/zakelijk/Paginas/Water-en-energie.aspx ) en een gevestigde naam op dit gebied
  • Verduurzaming van het Stadsverwarmingsnet van de Amercentrale. (0,0PJ want duurzaam wordt duurzaam)
    De provincie wil via de tussenstap van een duurzamer bron (moet wel gas zijn) naar verduurzaming middels restwarmte, geothermie of power to heat. Bij power-to-heat wordt er warmte geproduceerd met tijdelijke overschotten aan hernieuwbare elektriciteit. Als de windmolens een
    tijdje harder draaien dan nodig, wordt de stroom gebruikt om water in een opslagvat te verwarmen. Dat is inmiddels standaardtechniek. CE heeft er aan gerekend (zie http://www.ce.nl/publicatie/potential_for_power-to-heat_in_the_netherlands/1730 ).

    Power to heat - installatie van Klöpper Thermisch
    Power to heat – installatie van Klöpper Thermisch

    Met de natte vinger aannemend dat 33% van de bijstook in het stadsverwarmingsnet terecht komt, moet de biomassabijstook (ongeveer 4,8PJ per jaar) in de Amercentrale jaargemiddeld goed zijn voor een warmte-
    vermogen van ergens rond de 50MW. Jaargemiddeld heb je daar ongeveer 4 km² zonnepaneel voor nodig, die alleen voor de stadsverwarming werkt. Of ca 80 standaardwindturbines van 3MW.
    Zonthermie heeft voor het opwekken van warmte een hoger rendement dan zonnepanelen. Het vervangen van Power to Heat-zonnepanelen door vlakke plaat-boilers kan dus tot minder benodigd oppervlak leiden.
    Ook de getallen in de CE-studie, afgedeeld naar Brabant, wekken de indruk dat de taakstelling om het Amer-stadsverwarmingsnet te verduur-
    zamen, in principe te halen zijn, zij het met de nodige moeite.
    All-in echter moet het verduurzamen van de Amer-stadsverwarming op 0,0 gezet worden, want er gaat evenveel duurzame energie af (de biomassa-bijstook) als er bij komt.

  • Het gemiddeld goed afstellen van de apparatuur in de utiliteitsbouw moet 23% schelen (bij mij 0,0PJ want besparing). Wat de provincie daarvoor inboekt, staat er niet bij in het persbericht, maar een ECN-studie, die gebruikt is voor de Uitvoeringsagenda Energie, noemt hier 2,3PJ .
  • Strengere controle op energieplannen bij bedrijven (bij mij 0,0PJ want besparing)
    Genoemde ECN-studie verwacht dat de provincie hier niet veel zal binnenhalen.
Huis met warmtebuffer op oliestook en zonneboiler
Huis met warmtebuffer op oliestook en zonneboiler
  • Het Nul op de Meter-programma zou op papier in 2020 40.000 bestaande woningen gerenoveerd moeten hebben. De provincie werkt met 40GJ warmte per bestaande woning per jaar (kan). Gesteld dat het Nul op de Meter-programma in 2020 zijn doel bereikt heeft (vooralsnog loopt het niet hard, zie https://www.bjmgerard.nl/?p=3941 ), dan zou dat 1,6PJ besparen.

Als ik naar eer en geweten optel, kom ik op 2 a 5 + 1,3 + 4,8 – 4,8 + 2,3 + 0,0 + 1,6 = 7 a 10PJ, waar de provincie op onachterhaalbare wijze aan 8 a 11,5PJ komt.
Gegeven de onzekerheden en de zeer vele aannames kan ik me over het verschil niet erg opwinden.

Overigens bevestigt de gang van zaken dat de provincie pas echt tot getallen komt, die ertoe doen, als ze zelf leiding geeft aan de ontwikkelingen en niet afwacht tot mensen met de hoed in de hand komen bedelen of alsjeblief….

 

Eijdems en het Mijnwaterproject en de rol van warmteopslag
Ik ben op 4 okt 2016, zoals elk jaar, naar de Energiebeurs in den Bosch geweest en ben daar aanwezig geweest bij een workshop van de Open Universiteit “De rol van thermische opslag voor systeemintegratie en voor stedelijke energievoorziening” van Herman Eijdems. Hoe ziet een CO2 -loze stad eruit, welke infrastructuur hoort daarbij en hoe betalen we de ombouw van de bestaande woningvoorraad?

De Trias Energetica volgens Mijnwater
De Trias Energetica volgens Mijnwater

De Open Universiteit zit in Heerlen en dat Eijdems het Mijnwater-project als vertrekpunt neemt, is dan ook niet vreemd.
Het basisplaatje is een balans:

Schema van warmte in de stad
Schema van warmte in de stad

De balans wordt sluitend gemaakt door jaargemiddeld 6kWh/m2 op te slaan. De behoefte is 20kWh/m2*y  en het aanbod aan zon wappert omgerekend tussen de 26 en de 14 – even zeer kort door de bocht uitgelegd.
De rekensom met de 100 miljoen m3 water = 1 miljoen GJ klopt als de temperatuurstijging onder de grond 2,4°C is geweest en een woning op 30GJ warmte/y wordt getaxeerd.

Hoe kun je energie opslaan, aldus Eijdems? Je kunt dat bijvoorbeeld met een Tesla Power Wall doen.
Maar sla je, zoals Eijdems betoogt, voor de winter 1522kWh wilt opslaan en in 10kWh-Power Wall units, dan heb je er daar 153 van nodig. De Power Wall helpt je wel door de nacht heen, maar niet door de seizoenen.
Daar staat tegenover dat Heerlen 8 miljoen m3 mijnwater heeft. Dat komt overeen met 1,4 miljoen Tesla’s, nu ineens geen Power Wall’s meer maar auto’s (die stonden op het plaatje). De gedachtensprongen volgden soms snel op elkaar. Zouden dat S85-Tesla’s geweest zijn, dan is de accucapaciteit 85kWh en gaat er in 1,4 miljoen accu’s 0,43PJ. Als die waarde in 8 miljoen m3 mijnwater zit, moet dat ongeveer 12,5°C warmer geworden zijn.
Er zit daar water van 28°C in de buizen vanuit de grond naar de verwarmingsinstallatie.

De distributie van collectief opgeslagen warmte naar individuele huishoudens vraagt per definitie om een stadsverwarming. Het interessantste deel van het verhaal ging over de steeds modernere versies van zo’n inrichting.

Dit is het schema van de bekende traditionele stadsverwarming:

Schema van een traditionele stadsverwarming
Schema van een traditionele stadsverwarming

Dat kan beter. Inmiddels is de Heerlense stadsverwarming enkele generaties verder. Het water wordt centraal op 40°C gebracht, en decentraal op 60°C. Delen van het systeem worden bidirectioneel en er wordt intelligentie ingebouwd. In feite ontstaat er een smart grid voor warmte. Het nieuwe plaatje ziet er zo uit:

De eerste aanzet tot een thermisch Smart Grid in Heerlen
De eerste aanzet tot een thermisch Smart Grid in Heerlen

Volgens Eijdems ziet het er financieel, als heel Nederland gasloos gemaakt zou worden, financieel als volgt uit:

Business Case van het Mijnwater-verdienmodel na landelijke opschaling
Business Case van het Mijnwater-verdienmodel na landelijke opschaling

Lees dit als volgt: Nederland volledig gasloos maken zou 310PJ aan aardgas besparen. Bij de veronderstelde gasprijs van €0,67/m3 bespaart dat €5,9 miljard per jaar. Via een gangbare Netto Contante Waarde-berekening over 30 jaar valt dat te vertalen in een eenmalige som van €100 miljard. Dat gedeeld door de ongeveer 7 miljoen woningen in Nederland levert het genoemde getal van €14.500 per woning + de kosten van de bespaarde CV-ketel.
Dit bedrag is als het ware als investeringsbedrag beschikbaar per woning.
Een gangbare Nul op de Meter – renovatie kost nu ongeveer €60.000 . Door bovenstaand investeringsbedrag in te brengen, worden de kosten gedrukt tot bijvoorbeeld €45.000, en dat is (volgens Eijdems) terug te verdienen.

Nu heeft niet iedere gemeente mijnwater onder zijn huizen staan. Maar ook met gewone grote opslagvaten lukt het. Eijdems meent dat Nederland met 6000 Ecovaten toe zou kunnen.
Raadplegen van http://www.ecovat.eu/ geeft dat het grootste vat een opslagcapaciteit van 0,016PJ, dus 6000 van die dingen (die je in de grond ingraaft) komt op 97PJ.
Zou inderdaad kunnen dat dat als buffer op gemiddeld 310PJ aardgasstook per jaar voldoende is.

Het zou mooi zijn als de high tech-pretenties van Brabant tot uiting kwamen in verbeterde stadsverwarmingssystemen in de provincie.

Veel meer vluchten op Eindhoven Airport na 2020?

Het Platform de 10 Geboden voor Eindhoven Airport heeft zijn, inmiddels zesde, Knegselbijeenkomst achter de rug. Uitgenodigd waren gemeenteraadsleden en wethouders van de gemeenten rond het vliegveld, en leden van Provinciale Staten en GS. Die waren in redelijke getale op komen draven.

Er waren op 19 november 2016 drie sprekers.

Hans Buurma sprak namens de Werkgroep Toekomst Luchtvaart (WTL) over de scenario’s rond Schiphol en Eindhoven Airport, en over hoe dat met het klimaat te maken heeft. De WTL is een soort denktank ten be-
hoeve van bewonersorganisaties, die overeind proberen te blijven tegen de druk van Schiphol in.
De vliegerij heeft lak aan het klimaat. Iedereen in de ontwikkelde wereld moet op termijn ver terug, maar de vliegerij wil nog steeds ver vooruit. De beperkte resultaten van de recente ICAO-afspraken gaan verzuipen in de exponentiele groei.
Drie schetsen op een rij:

Aantal vliegbewegingen op EhvA na 2020 bij ongewijgde groei
Aantal vliegbewegingen (rood) en klimaateffecten (blauw) op EhvA na 2020 bij ongewijzigde groei
Aantal vliegbewegingen op EhvA bij gemiddelde EU-groei
Aantal vliegbewegingen op EhvA bij gemiddelde EU-groei
Aantal vliegbewegingen op EhvA bij cap in 2020
Aantal vliegbewegingen op EhvA bij cap in 2020

Niemand weet er met het aantal vliegbewegingen gaat gebeuren na 2020, het jaar waarin het beleid afloopt dat op de Aldersafspraken gebaseerd is. En als het aan de autoriteiten en Schiphol ligt, blijft dat zorgvuldig buiten discussie tot het te laat is.
Daarom bracht Buurma prognoses op basis van drie mogelijke aannames. De rode lijn is een schets van het aantal vliegbewegingen, de blauwe van de opwarming die daarvan het gevolg is (met 2010 als 100%). Een vliegbeweging is of een start of een landing – twee vliegbewegingen = één vlucht.

De eerste prognose is gebaseerd op wat Eindhoven Airport tussen 2010 en 2020 werkelijk gaat doen, namelijk groeien van 18600 naar 43000 vliegbewegingen. Omgerekend is dat een groei van 8,7% per jaar.
De tweede prognose is wat er gaat gebeuren als Eindhoven Airport het Europese groeigemiddelde van 2009 tot 2015 volgt.
Het derde scenario is wat Buurma aanraadt, nl een ‘cap’ op het aantal vliegbewegingen in 2020. Vanaf dat jaar blijft dat aantal 43000. De blauwe lijn duikt dan, maar 70% is eigenlijk nog niet ver genoeg. Dit scenario genoot veel sympathie bij de aanwezigen.

Klaas Kopinga (voorzitter Belangenvereniging Omwonenden Welschap BOW) ging vooral in op de lopende zaken rond de zogenaamde Uitvoeringstafel. Die staat virtueel in het Provinciehuis en gaat alleen over de praktische uitvoering van de afspraken tot 2020. Althans, als het aan de meerderheid van de daar pratenden ligt. De BOW houdt enige afstand tot deze tafel, omdat ze zich niet gecommitteerd heeft aan de grondslag ervan.

Eén punt lichtte Kopinga eruit: het Leefbaarheidsfonds. Daar zit grofweg ruim een miljoen in en is eigenlijk bedoeld voor urgente milieusituaties die rechtstreeks met het vliegen te maken hebben. Maar er worden pogingen gedaan om het geld te slijten aan nodeloze tussenlagen als ombudslieden met bijbehorend ambtelijk apparaat. Dat kon niet de bedoeling zijn, meende Kopinga.
De gedachte aan de besteding van het Groningse aardgasschade-geld drong zich op.

Verder probeert ‘men’ om geruisloos het woord “hinder” te laten evolueren tot ‘hinderbeleving’. Een subtiel, maar belangrijk verschil. “Ze willen stillere burgers en geen stillere vliegtuigen” formuleerde ikzelf als conclusie. Deze analyse kreeg veel steun.

Wim Scheffers (van Geen Vluchten Na Elven) leidde de discussie aan de hand van zeven stellingen en gaf aan dat het Platform zich ‘wilde resetten”: een bredere thematiek, beter gestructureerd contact met de achterban, updaten van de website, en een gemoderniseerd manifest. De resultaten van de discussie over de zeven stellingen worden meegenomen bij het opstellen van dat manifest.

Discussiestellingen voor de bijeenkomst in Knegsel op 19 nov 2016

  • Verdere kwantitatieve groei heeft geen nut voor de regio
  • Vlieg selectief. Gebruik het beperkte aantal slots eerst voor zakelijk en sociaal-maatschappelijk verkeer, en dan pas voor vakantieverkeer. Schakel als vervanging andere vervoerwijzen in, o.a. de trein
  • Er mag geen sprake zijn van gezondheidsschade door geluidshinder, slaapverstoring en (ultra)fijn stof
  • De modernste technieken worden verplicht gesteld om deze problemen te minimaliseren
  • Er mogen geen nachtvluchten komen. Vluchten aan de randen van de dag moeten worden teruggedrongen.
  • Waardeverlies van vastgoed moet worden gecompenseerd
  • De opwarming van de aarde staat niet toe dat het aantal vliegbewegingen ongeremd kan blijven stijgen, ook niet op Eindhoven Airport

Vliegbewegingen rond Eindhoven

Dat manifest gaat in het voorjaar van 2017 uitkomen en wordt de basis voor gesprekken met de lokale politiek, die tegen die tijd begint met het opstellen van de programma’s voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2018.

Het ultieme doel is dat straks de randgemeenten, Eindhoven en de provincie met één mond spreken als de toekomst na 2020 aan de orde komt.

De nieuwe naam van de organisatie wordt Beraad Vlieghinder Moet Minder (BVM2). Bij dat nieuwe Beraad kan straks elk individu en elke organisatie zich aansluiten.

De presentaties van de sprekers zijn hier te vinden:

presentatie-buurma-knegsel-191116-1

knegsel-19-11-2016-presentatie-klaas-kopinga

knegsel-19-11-2016-presentatie-wim-scheffers

Zie ook

Klimaateffect Eindhoven Airport binnenkort gelijk aan dat van heel Eindhoven

Het klimaat is een wild beest dat alle kanten op kan vliegen, maar tienduizend jaar heeft geslapen (Maarten Scheffer)

Ik ben op het symposium geweest van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW) over “Kantelpunten in het klimaat” (11 nov 2016).

Scheffer en wat een kantelpunt is
Een “kantelpunt” kan men definieren als “a situation where a small impact can cause a runaway change”. Dit citaat uit het boek van Gladwell “The tipping point” gebruikte de Wageningse bioloog Maarten Scheffer als eerste spreker op het symposium om zijn eigen werk te definieren.

Maarten Scheffer (WUR)
Maarten Scheffer (WUR)

Scheffer is begonnen om als aquatisch bioloog meertjes op de Veluwe te bestuderen. Die horen helder te zijn, met watervlooien die de blauwalg wegvreten, een onaangeroerde boden en zonlicht dat tot op de grond komt, waardoor waterplanten kunnen groeien. En eventueel snoek erin. Maar als de verstoring door de landbouw en (toen nog) de wasverzachters maar intens genoeg is en lang genoeg duurt, wordt de blauwalg steeds sterker. Een storm of een ongelukje met mest of zo kan het beslissende zetje geven waardoor het meertje in ene staat schiet van troebel water, blauwalg, geen planten meer en brasem die de bodem omwoelt waardoor de troebelheid in stand blijft. En dat is een toestand waar je het meertje verrot moeilijk weer uit krijgt.
Het meertje kan in twee stabiele toestanden verkeren.

Het precieze moment van de omslag is niet te voorspellen, maar er zijn soms wel indicaties dat je in de buurt komt. De slingeringen worden groter en duren langer en daar kun je naar op zoek gaan. Het “systeem verliest zijn veerkracht”.
Onder deze antropocentrische term schuilt wiskunde waarvan de details ook voor mij te ver voeren. On een idee te krijgen, kijk https://nl.wikipedia.org/wiki/Attractor of het filmje http://simplex.ucsd.edu/Movie_Sall.mov .

Scheffer heeft deze gedachte steeds verder veralgemeniseerd en is daar beroemd mee geworden, o.a. met enkele publicaties in Nature. Hij wordt geïnterviewd (in okt nog in de NRC ( www.nrc.nl/nieuws/2016/10/28/de-voortekenen-van-een-omslag-4588339-a1529048 ). Er komt van alles voorbij: het armoedebeleid, de Arabische lente, en het klimaat.
Scheffer noemde de verkiezing van Trump niet als kantelpunt, maar dagvoorzitter Dijkstra hintte er overduidelijk op.

Eigenlijk komt het concept mij heel vertrouwd voor. In mijn linkse studententijd ben ik politiek opgevoed met het dialectisch materialisme en de Hegeliaanse “omslag van de kwantiteit in de kwaliteit” lijkt verrassend veel op een kantelpunt.

Kantelpunten in het klimaat
De titel boven dit artikel komt ook van Scheffer en dateert uit 2009, in welk jaar hij de Spinozaprijs won. De aarde heeft de afgelopen 10000 jaar een mild klimaat gehad, wat mede het ontstaan van de beschaving mogelijk gemaakt heeft.
Dat milde klimaat is bepaald niet vanzelfsprekend. De aarde heeft periodes gekend zonder ijs en met bijna alleen maar ijs, en alles daar wapperend tussen in.
Dit –> http://www.wur.nl/nl/nieuws/Directe-aanwijzing-voor-positieve-terugkoppeling-klimaatopwarming.htm is er een wagenings persbericht over.

Diepzeetemperatuur en mondiale aanwezigheid van ijs
Diepzeetemperatuur en mondiale aanwezigheid van ijs

Dat kwam duidelijk naar voren in het relaas van Anna von der Heydt, waraaan bovenstaand plaatje ontleend is. De vertikale schaal is naar onderen toe kouder.
Von der Heydt liet o.a. zien dat de oceaanstromen rond Antarctica tussen twee standen heen en weer kunnen springen (mogelijk als oorzaak van de sprong 34 miljoen jaar geleden).

Dolman van de VU besprak zichzelf versterkende en zichzelf dempende terugkoppelingen tussen de vegetatie en het klimaat, voor het Amazonegebied en voor de toendra. De natuur kan tegenstribbelen, het is geen mechanische race naar de afgrond.
Dolman racete langs een wiskunde die te moeilijk was om zo maar even te volgen (al dit soort verhalen worden gemodelleerd) , en ik weet te weinig van deze discipline af. Als ik het goed begrepen heb, kan de toendra ontdooien en als versterkende terugkoppeling een heleboel methaan uitstoten, maar gaat het niet zo snel als de meest pessimistische modellen denken.
En kan het Amazonegebied in principe in twee stabiele toestanden bestaan, namelijk tropisch nat (nu) en tropisch droog (savanne). De overgang in principe plaatsvinden, maar er zijn nog te weinig gegevens om dat met zekerheid te zeggen. Maar als hij plaats zal vinden, is er geen early warming. De verandering gaat sneller dan de slingering.

Voor mij het beste te volgen was het verhaal van Van den Broeke over de ijskappen. Een ijskap kaatst zonlicht terug en beschermt dus tegen opwarming, en een verdwijnende ijskap is dus een zichzelf versterkende terugkoppeling.
antarctische-ijskappenarctische-ijskappen
In beeld de twee poolkappen en het aantal meter zeespiegelstijging dat hoort bij volledig smelten. Als de mondiale temperatuurstijging onder de 2οC blijft, zouden de Groenlandse en Oost-Antarctische ijskap het grotendeels houden. Gezien de bijbehorende getallen zou dat een aangenaam idee zijn.

De opbouw van een ice cap
De opbouw van een ice cap

Van den Broeke bracht de grote ijskappen in een soort samenhangend beeld.
Een sheet ligt op land en is > 50.000 km2 , een cap ligt ook op land en is < 50.000 km2 en ligt vaak hoog, en een shelf ligt op zee. Ik vond een uitleg op https://nsidc.org/cryosphere/glaciers/questions/types.html .
Wat de Groenland ice sheet is snap ik (dat is dat hele grote ding), maar wat de Groenland ice cap is, is mij niet duidelijk. Het lijkt een wat kleiner stuk aan de rand, maar ?
Firn is het overgangsstadium tussen sneeuw en ijs. De sneeuw is gecompacteerd, maar er zitten nog poriën is.

Vijf etappes in de smelt van een ice sheet
Vijf etappes in de smelt van een ice sheet

five-stages-ice-sheet-melt_ingevuld-met-ijskappen

Lijkt me zeer relevant onderzoek voor Nederland en een uitstekende reden om onder de 2°C te blijven!

Later toegevoegd een plaatje uit The Economist van 22 nov 2016:

Smeltend zeeijs. mkm sq betekent miljoen km2.  (Economist 22 nov 2016)
Smeltend zeeijs. mkm sq betekent miljoen km2. (Economist 22 nov 2016)

De laatste spreker, die nog genoemd moet worden, is Appy Sluijs, hoogleraar paleoceanografie . Die vertelde over zijn educatieve project voor de bovenbouw van de middelbare school, o.a. met lesmateriaal en de website www.tippingpointahead.nl en een prijsvraag. Een goed initiatief, lezing aanbevolen.

Over Trump en hoe het Amerikaanse leger probeert het klimaatverdrag te redden

trump-1
Trump en Wilders en maatschappelijke problemen
Het is een vreemde tijd.

Ik heb op deze site nog niet wat gezegd over de verkiezing van Trump. Bewust, want ik wilde eerst nadenken. En ik heb meerdere werelden waarin ik een zekere loyaliteit heb uitstaan.

Ik lees hoe mijn lijfblad, de Scientific American, op 17 nov de ene na de andere geleerde aan het woord laat hoe erg het is. Richard Dawkins, een van de beroemdste biologen ter wereld, schrijft een open brief aan Nieuw-Zeeland of dat land niet het staatsburgerschap wil aanbieden aan alles wat maar enige naam heeft op wetenschappelijk gebied in Engeland en de VS. Ik vind het onzin.
Ik heb geen idolen, maar voor zover ik mij zou kunnen voorstellen dat ik er een had, zou dat Michael Shermer zijn van Skeptic magazine, die verwacht dat de continuiteit groter zal blijken dan het verschil en iedereen oproept om kalm te blijven.
Ik voel een loyaliteit aan de wetenschappelijke wereld, waarin ik zelf een onbeduidend speler ben, en ik voel een loyaliteit aan het internationalisme dat daarbij hoort.
Ik voel een loyaliteit aan milieu en klimaat, en voor al die dingen heb ik dus van Trump weinig heil te verwachten.

Aan de andere kant ben ik socialist (SP-lid) en heb ik een mening over de maatschappij. De core business van het socialisme is het analyseren van machtsongelijkheid en de systeemfouten, die daarvan oorzaak en gevolg zijn, en de effecten daarvan die velen in onze samenleving diep treffen. En in de VS nog veel dieper. Ik heb de openingsfoto van dit artikel niet voor niets gekozen.

Ik heb geen enkele loyaliteit met welke godsdienst dan ook. Ik vind het een raar, onbegrijpelijk fenomeen. Ik haat de godsdienst ook niet, ook de Islam niet. Ik heb in deze kolommen al vaker geschreven over de grote betekenis die de Islam voor de Europese wetenschap gehad heeft. Ons woord cijfer, (al)chemie. Aldebaran, zelfs alcohol, en het Alhambra (het mooiste gebouw van Europa, tenminste bij mooi weer) zijn islamitisch en ons woord algorithme komt van een vrome islamitische Pers die woonde in wat nu Oezbekistan is. Ibn Sina (Avicanna) was eeuwen lang de medische standaard. En een tijd lang (inderdaad wel erg lang geleden) waren de islamitische steden Sevilla en Cordoba de hoofdsteden van de Europese cultuur.
Er bestaan op dit moment problemen, die voor een groot deel eerder tot het culturele erfgoed van islamitische landen horen die geteisterd worden door droogte, achterlijkheid, oorlog waaraan ze lang niet zelf als enige schuldig zijn. Welke problemen verergerd worden door zichzelf versterkende haatmechanismes in onze samenleving.
Ik heb niets tegen Islamitische mensen, en ook daarom heb ik niets met Trump en ook niets met Wilders. Maar ik vind elke godsdienst onzin.

De lont en het kruitvat
Als de lont het kruit heeft doen exploderen, is het meestal verstandiger te reconstrueren waar het kruit vandaan komt dan wat de herkomst van de lont is. Liefst zelfs voorafgaand aan de ontploffing, maar dat is in de VS mislukt. In Nederland is het misschien nog niet te laat.

De uitslag van de presidentsverkiezingen op county-niveau
De uitslag van de presidentsverkiezingen op county-niveau

Ik ben geen Amerika-deskundige, maar wel Amerika-geïnteresseerd en probeer artikelen te begrijpen waarvan ik denk dat ze het lezen waard zijn. Zodoende kwam ik via de Correspondent op het artikel How Half Of America Lost Its F**king Mind (uit Crack http://www.cracked.com/blog/6-reasons-trumps-rise-that-no-one-talks-about/ ) van (pseudoniem) David Wong. Ik raad lezing aan.

Hierboven een verkiezingsuitslag, ingekleurd niet op state-niveau, maar op county-niveau (dus kleinschaliger). Wong beweert dat hier perfect de steden blauw zijn en het platteland (waarvan hij zelf afkomstig is voor hij in de stad ging werken) rood. Hij geeft uitgebreide culturele beschouwingen die op mij als leek overkomen als ‘could be true’, maar die moet iedereen zelf maar lezen. Wong beschrijft de plattelandsopvattingen empatisch, steunt ze soms, soms niet, maar verzet zich consequent tegen het denigrerende en eenzijdige karakter van de berichtgeving. Men krijgt tot op zekere hoogte sympatie voor de doelgroep.
De orkaan Katrina, geeft hij als voorbeeld, richtte een ramp aan in de stad New Orleans (wereldwijde coverage), maar daarna rolde hij over het platteland van Mississippi, waar hij 238 mensen doodde en voor 125 miljard schade aanrichtte – in essentie verwaarloosd in de media, zegt Wong.

Presidentsverkiezing 2016 Illinois op coutyniveau
Presidentsverkiezing 2016 Illinois op coutyniveau

Wong komt zelf uit de “blauwe’ staat Illinois, maar uit een van de ‘rode’ counties.
Het platteland, zegt hij, is economisch verwoest. De gemeenschappen waren vaak afhankelijk van één kolenmijn of één metaalfabriek, en als die weg is, is het schluss. De hopeloosheid vreet je op.

Waar 2010-2014 het herstel plaatsvond
Waar 2010-2014 het herstel plaatsvond

Er is wel economisch herstel, maar dat is in de steden, zie boven. De helft van het herstel vond plaats in 20 counties met daarin 17% van de bevolking. Wong “Cities can make up for the loss of manufacturing jobs with service jobs — small towns cannot. That model doesn’t work below a certain population density“.

Tegelijk staat er om de steden een “30 meter hoge muur die kosten van levensonderhoud” heet. Een appartementje van 60m2 kost $1200 per maand, tenzij je in de slums gaat wonen.

Maar, denk ik als socialist, het  probleem bestaat, maar de keuze voor Trump helpt niet. Wat te verwachten was gebeurt nu al: hij omringt zich vanaf de dag na zijn verkiezing met bankiers en verwant volk uit welke kringen hij zelf komt. Eigenlijk is een van de weinige onomstreden programmapunten dat de infrastructuur van de VS gerepareerd moet worden. Je kunt dat natuurlijk ook cru formuleren door te zeggen dat Hitler Autobahnen aanlegde, en dat Trump ze repareert. Er zit een dubbelzinnige waarheid in dit verhaal.
Net als Wilders die groot werd met de belofte van handhaving van de AOW-leeftijd en die een dag na de verkiezingen al liet vallen. Het zou wel eens kunnen dat de plattelandsbevolking zich over vier jaar zeer teleurgesteld voelt.

Trump en het leger en het klimaat
Trump beweert dat hij $500 miljard gaat uitgeven aan het leger, maar de militaire leiders reageren niet jodelend. Integendeel, ze doen moeite om Trump van zijn plan af te brengen om het Klimaatverdrag op te blazen. In het leger lopen niet alleen idioten rond en er zijn er heel wat, die in het veranderende klimaat een serieus militair gevaar zien. Beter dan de kortzichtige domheid van Trump en zijn vrienden.   Zie bijvoorbeeld Climate Wire op 15 november (www.scientificamerican.com/article/military-leaders-urge-trump-to-see-climate-as-a-security-threat/?WT.mc_id=SA_ENGYSUS_20161117 ), met een foto van de Norfolk Naval Station in Virginia, die bedreigd wordt door de stijgende zeespiegel.

Norfolk Naval Station Virginia
Norfolk Naval Station Virginia

En het Amerikaanse leger heeft al vaker in officiele rapporten aangegeven dat de veranderende klimaatpatronen, met bijbehorende overstromingen en droogtes, tot migratiebewegingen leiden die een ernstige ‘threat multiplier’ zijn (zie VS-krijgsmacht bereidt zich voor op klimaatoorlogen ).
Kon wel eens zo uitpakken dat de bijbehorende onkosten hoger uitvallen dan die 500miljard incidentele baten.

Het zijn ironische tijden, als straks blijkt dat het Amerikaanse leger het klimaatverdrag gered heeft.

Overigens zei Middeldorp, de hoogste militaire baas van Nederland, op 20 nov 2016 precies hetzelfde als het Pentagon. Zie middendorp-spreekt-zich-uit-voor-aanpak-klimaatverandering .

 

 

Klimaateffect Eindhoven Airport binnenkort gelijk aan dat van heel Eindhoven

Naar aanleiding van een vraag van een journalist van het Eindhovens Dagblad heb ik de klimaatimpact van Eindhoven Airport, uitgedrukt in CO2 , wat meer in detail bekeken.

Eindhoven Airport vanaf de Spottershill

Het vliegveld
Ik verwijs op deze site eerst naar https://www.bjmgerard.nl/?p=1593 . Linksonder staat “Bunkers 676PJ”. Dat is een hoeveelheid olie, die in 2013 opgebruikt wordt door grensoverschrijdend lucht- en scheepvaartverkeer vanuit Nederland. Hiervan ging 146PJ naar in Nederland tankende vliegtuigen met een bestemming buitenland.
Die bunkers maken geen deel uit van de Nederlandse balans. Nederland moet er wel olie voor importeren, maar op basis van internationaal verdrag blijft het buiten de nationale boeken.

Dit is de Energiebalans van Nederland in 2013 (Compendium voor de Leefomgeving)
Dit is de Energiebalans van Nederland in 2013 (Compendium voor de Leefomgeving)

Er bestaat geen statistiek per vliegveld, maar die is te schatten. In 2013 waren er op Schiphol 425,5*1000 vliegbewegingen, op Eindhoven 25,5 en op Rotterdam (grote vliegtuigen) 21,0. Eindhoven civiel is dus 5,6% van het aantal vliegbewegingen in Nederland, naar alle waarschijnlijkheid ook 5,6% van het brandstofverbruik. Dus was Eindhoven Airport civiel in 2013 goed voor 5,6% van 146, zijnde 8,2PJ.
Die productie maakt dus geen deel uit van het gemeentelijke energie-
budget. Dat was de directe vraag van de journalist.

De data, die de ICAO gebruikt voor "technological and operational inprovements" zijn op het optimistische scenario gebaseerd
De data, die de ICAO gebruikt voor “technological and operational inprovements” zijn op het optimistische scenario gebaseerd

Eindhoven Airport groeit van 18600 vliegbewegingen in 2010 naar 43000 in 2020. Dat betekent een jaarlijkse gemiddelde groei van 8,7%. Ter vergelijking: gemiddeld over de EU is de jaarlijkse groei 3,4%. In 2016 moet dus het brandstofverbruik op Eindhoven Airport op ca 10,5PJ zitten (8,2 *1,087 *1,087 *1,087).

1PJ kerosine is goed voor 72 miljoen kilo CO2 (72000 ton, 72kton). De 8,2PJ van het vliegveld in 2013 (civiel) was dus goed voor 590kton CO2 , en de huidige 10,5PJ voor ongeveer 750kton. Dit even onthouden.

De gemeente Eindhoven
De hele gemeente Eindhoven loosde in 2014 1469kton CO2 . In 2013 zal dat wel pietsie meer geweest zijn. Dat soort cijfers zijn het makkelijkste te vinden op de site https://klimaatmonitor.databank.nl/jive/jivereportcontents.ashx?report=home&inp_geo=gemeente_307 . Ergo loosde Eindhoven Airport in 2013 ongeveer evenveel als 40% van Eindhoven. Om het in lokale termen te zeggen: evenveel als het totale stadsdeel Woensel.

De trends kruisen elkaar
Trekt men nu de trends door (licht dalend voor de gemeente Eindhoven, en bij ongewijzigd beleid jaarlijks 8,7% groei van Eindhoven Airport, en ziet men niet op korreltjes koffiedik, dan is op deze basis in 2022 of 2023 de CO2 – lozing van het vliegveld even groot als die van de hele gemeente Eindhoven.

NIET-CO2 effecten op kruishoogte (Lee et al.)
NIET-CO2 effecten op kruishoogte (Lee et al.)

Dit zegt nog niet alles, want het klimaateffect van de luchtvaart is groter dan alleen het CO2 -effect. Op kruishoogte (ca 10 km) krijgen ook waterdamp en stikstofoxides broeikaseffecten (direct of indirect). Het effect van de niet-CO2 gassen is ongeveer even groot als dat van CO2 zelf. Als je dat ook in rekening zou brengen, zit in 2020 (als het Aldersadvies en het daar op gebaseerde beleid afloopt), het klimaateffect van het vliegveld al ruim boven het klimaateffect van de hele gemeente Eindhoven.
Het plaatst de moeizame Eindhovense pogingen om iets aan het klimaat te doen in een navrant daglicht.

Het recente ICAO-verdrag gaat hier niet veel tegen doen. Eigenlijk op deze korte termijn helemaal niks, want het wordt pas in 2020 van kracht, bevat vele twijfelachtige aannames en vrijwillige componenten.

Wie over dit onderwerp meer wil weten: mijn recente scriptie voor de Open Universiteit ging erover. Zie Scriptie over de klimaat-aspecten van het vliegen

Na 2020 niet verder groeien
De moraal is dat het vliegen niet ongebreideld kan groeien. Er is alle reden om in 2020 met de groei te stoppen. We zitten dan op 43000 vliegbewegingen en voor alle economische en sociaal-maatschappelijke reisbehoeften is dat ruim genoeg.
En, ja, het vliegvakantieverkeer zal dan niet verder kunnen groeien. Dan maar niet. Er zijn alternatieve bestemmingen denkbaar en alternatieve vervoerwijzen beschikbaar, zoals de onvolprezen trein die zeer veel minder klimaateffecten heeft en zelfs volledig groen kan zijn. Voor de korte en middellange afstanden op het Europese vasteland is de trein zeker een goed alternatief.

SP krijgt voortgangsrapportage over Nul op de Meter – project

Wel en niet Nul op de Meter
Wel en niet Nul op de Meter
Wel en niet Nul op de Meter - woningen
Wel en niet Nul op de Meter – woningen

Brabant heeft zich voorgenomen dat in 2050 800.000 nu bestaande woningen Nul op de Meter gemaakt moeten zijn. De ambitie is opge-
splitst in deelstappen: 40.000 in 2021, en 1000 op 31 december 2017.
De operatie lijkt niet vlot te lopen. Onderzoek op Internet komt tot ca 100 a 150 woningen (zeker 21 in Tilburg en 76 in Breda, en een gegokt aantal losse projecten).
In dit aantal worden niet meegeteld:

  • nieuwbouwwoningen die Nul op de Meter zijn (dat is veel eenvoudiger)
  • bestaande woningen die ‘slechts’ tot label B of A opgewaardeerd zijn (zoals het Roosendaalse project de Kroeven, waarin 246 woningen tot A++ gerenoveerd zijn).
  • projecten die waarschijnlijk niet in 2017 af komen.
    Twijfelgeval is een project van 202 woningen van Woonbedrijf in Eindhoven (Tongelre), waarvan al wel voorbereidingen gepubliceerd zijn, maar nog geen tijdschema van realisatie. (Later bleek dat deze woningen sterk verbeterd zullen worden, maar niet tot NOM).

Het onderzoek ging ervan uit dat elk  Nul op de Meter-project het Internet haalt. Aangezien de woningbouwverenigingen de neiging hebben om van elke duurzame scheet een donderslag te maken, is deze aanname realistisch.

De officiele project-website, Stroomversnelling Brabant, toont nauwelijks dynamiek. Het nieuwste nieuws is maanden oud en het een na nieuwste nieuws van juli 2015. Beide betreffen procedures en feestredevoeringen. Zie http://www.stroomversnellingbrabant.nl/ .

Warmtepomp in een gerenoveerde Tilburgse woning
Warmtepomp in een gerenoveerde Tilburgse woning

Nul op de Meter betekent bij huurwoningen niet Nul uit de kontzak, want verhuurders mogen een soort fictieve energierekening vragen (de Energie Prestatie Vergoeding, zie https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2016/08/31/energieprestatievergoeding-voor-nul-op-de-meter-woning), bijvoorbeeld zo’n €120 tot €150 per maand. Op zich is dat niet onredelijk, want het Nul op de Meter renoveren van bestaande woningen kost veel geld. De Nul op de Meter-operatie brengt dus baten, maar ook kosten voor de huurder met zich mee.
En, hoe hoger de eisen aan een woning, hoe groter de kans dat men bij oude betaalbare woningen eerder voor sloop en nieuwbouw kiest dan voor een Nul op de Meter-renovatie.
De Nul op de Meter – operatie heeft dus volkshuisvestingsgevolgen. Op zich geen reden om tegen te zijn (linksom of rechtsom moet de woningvoorraad energieneutraal worden), maar wel reden voor waakzaamheid en belangenbehartiging.
Voor een positief-kritische bespreking zie bijv. www.energieoverheid.nl/2016/02/23/energieprestatievergoeding/

Daarom heeft de SP bij de Begrotingsbehandeling in de provincie (11 nov 2016) om een voortgangsrapportage gevraagd. Gedeputeerde Spierings (D66) wuifde het weg “ik heb er het volste vertrouwen in dat 1000 Nul op de Meter-woningen voor eind 2017 lukt” en “er gebeurt van alles dat nog niet op Internet staat”, maar zei wel de gevraagde voortgangsrapportage toe.