Minister houdt de boot af op Kamervragen van PvdD over vliegen en klimaat

De Partij voor de Dieren heeft vragen in de Tweede Kamer gesteld over het promotie-onderzoek van Paul Peeters (verbonden aan de NHTV) over de klimaataspecten van het toerisme en het bijbehorende vliegen. Deze zijn volgens Peeters zeer heftig en niet anders oplosbaar dan door het aantal vluchten fors te rantsoeneren.

NASA X-57 elektrisch testvliegtuig

Op 18 december 2017 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat in Rutte-III, Cora van Nieuwenhuizen, de vragen beantwoord.

Ze houdt daarbij diverse boten af. Ze herhaalt wat de internationale afspraken zijn (zie Vliegen en klimaat na de recente ICAO-overeenkomst (en Eindhoven Airport)  en Klimaatmaatregelen gaan ook de luchtvaart beïnvloeden ) .
Internationaal is het beste, maar er komt een nieuwe Luchtvaartnota waarin ook de duurzaamheid van het vliegen meegenomen wordt.
Verder komt er een onderzoek of een heffing op lawaaiige en vervuilende vliegtuigen mogelijk is en zo nee, dan wordt er in 2021 een vliegbelasting ingevoerd (als dit kabinet vertrekt, dus het is de vraag wat het kabinet doet wat hierna komt).

Hoe heftig de door Peeters beweerde effecten zijn is nog onzeker, en in het Regeerakkoord staan slimme dingen, dus we komen er later op terug.

Maar “de luchtvaart zal moeten bijdragen aan de reductiedoelstellingen van Parijs en duurzaamheid zal nadrukkelijk een integraal onderdeel vormen van iedere beslissing met betrekking tot de luchtvaart in Nederland.” aldus de minister. We zullen zien.

De volledige tekst is te vinden op I&W antw vragen PvdD over klimaatimpact nav PPeeters .

NVWA neemt tonnen illegaal gewasbeschermingsmiddel in beslag (en wat achtergrondinformatie))

December 2017
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft donderdag 7 en vrijdag 8 december in totaal 64.000 liter illegaal gewasbeschermingsmiddel in beslag genomen. Dat gebeurde tijdens een actie op verschillende plekken in Nederland. De actie is onderdeel van een strafrechtelijk onderzoek dat zich richt op een bedrijf dat wordt verdacht van het importeren en op de markt brengen van een niet toegelaten gewasbeschermingsmiddel. Het onderzoek staat onder leiding van het Functioneel Parket.

Bij de verdachte importeur is 25 ton van het gewasbeschermingsmiddel in beslaggenomen. Inspecteurs en rechercheurs namen bij distributeurs op 4 locaties in Nederland nog eens 39 ton van het middel in beslag. De NVWA maakt proces-verbaal op tegen de betrokken bedrijven. De NVWA doet nog nader onderzoek.

Het volledige persbericht dd 15 dec 2017, waarop het bovenstaande is overgenomen, is te vinden op www.nvwa.nl/nieuws-en-media/nieuws/2017/12/15/nvwa-neemt-64-ton-illegaal-gewasbeschermingsmiddel-in-beslag .

Juli 2017
Een eerder persbericht van de NVWA meldde op 06 juli 2017 dat
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft in samenwerking met politie en douane 44.000 kg vermoedelijk illegale gewasberschermingsmiddelen in beslag genomen. Dat gebeurde in februari en maart tijdens Operation Silver Axe 2. Dat is een door Europol gecoördineerde internationale actie gericht op de import, productie en verkoop van illegale en namaak gewasbeschermingsmiddelen in de Europese Unie. Autoriteiten in 16 deelnemende landen namen in totaal 122.000 kilo illegale en namaak gewasbeschermingsmiddelen in beslag. 
In Nederland heeft de NVWA in samenwerking met de politie verschillende verkeerscontroles gehouden. Verder selecteerden NVWA-inspecteurs in de Nederlandse douanesystemen zendingen die mogelijk gewasbeschermingsmiddelen bevatten en van buiten de Europese Unie onderweg waren naar Nederland. Daarbij is ook gekeken naar zendingen die bestemd waren voor doorvoer naar een andere lidstaat. Tijdens Operation Silver Axe 2 heeft de NVWA in totaal 44.000 kg gewasbeschermingsmiddel als illegaal aangemerkt. Tegen overtreders wordt proces-verbaal opgemaakt.
(Zie www.nvwa.nl/nieuws-en-media/nieuws/2017/07/06/nvwa-neemt-ruim-40-ton-illegale-gewasbeschermingsmiddelen-in-beslag )

Interpolvangst 122 ton illegale bestrijdingsmiddelen en wat je daarmee kunt.

Silver Axe is een Interpol-project, dat zich in eerste instantie keert tegen schendingen van intellectueel eigendom. De risico’s van illegale middelen komen op de tweede plaats.
Uit de beschrijving blijkt dat het om drie soorten delicten ging: namaak van toegestane middelen, productie van niet-toegestane middelen, en valse transportverklaringen.
Uit het Interpol-persbericht blijkt verder dat de Europese 122 ton-vangst geleid heeft tot 48 zaken die verder onderzocht worden. Waarschijnlijk is dus de decembervondst een gevolg van de eerdere voorjaarsvondst.
Zie www.europol.europa.eu/newsroom/news/122-tons-of-illegal-or-counterfeit-pesticides-seized-during-operation-silver-axe-ii .

Nefyto
De branche-organisatie Nefyto waarschuwt het publiek tegen aankoop van middelen bij niet bij de bij haar aangesloten leveranciers. Zie www.nefyto.nl/Thema’s/Illegale-middelen .
Op deze website worden verdere links aangeboden, oa naar een EU-rapport over de pesticidenmarkt. Zie pesticides_illegal-study_ECPA .

Illegaal bestrijdingsmiddel, verpakt in een fles voor plantaardige olie (foto NVWA)

Illegale pesticide gevonden in Brabant, bijen dood
De Omroep Brabant meldde op 29 sept 2016 (bij monde van Jan de Vries)
Bijen dood: Brabants bedrijf verdacht van gebruik illegaal bestrijdingsmiddel
EINDHOVEN – De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft doorzoekingen gedaan bij een kwekerij van sierplanten en een woning in Brabant. Het bedrijf wordt verdacht van het gebruik van een illegaal bestrijdingsmiddel, waardoor in de omgeving een groot aantal bijen is gestorven.
Bij de doorzoeking zijn onder meer administratie en een hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen in beslag genomen. Eind augustus meldde een aantal imkers uit de regio een plotselinge massale sterfte onder hun bijen.
De NVWA trof in de bijen de stof fipronil aan. Deze stof is schadelijk voor onder meer bijen en er gelden strenge beperkingen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen met deze stof. Het mag niet gebruikt worden bij sierplanten.
Onder leiding van het Functioneel Parket is een strafrechtelijk onderzoek gestart.”
Zie www.omroepbrabant.nl/Bijen+dood+Brabants+bedrijf+verdacht+van++gebruik+illegaal+bestrijdingsmiddel

Afzet naar categorie van bestrijdingsmiddelen in Nederland over 2011-2015. De totaalsom van het diagram is ca 10,3 miljoen kg.
Het cijfer komt uit de CBS-publicatie
www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2017/14/minder-middelen-voor-gewasbescherming-verkocht

Is dat  veel?
Uiteraard is elke illegale kg er een te veel.

Maar om de twee NVWA-vondsten te plaatsen: in 2015 is er in Nederland 10,0 miljoen kg bestrijdingsmiddelen afgezet, en over de vijf jaar 2011 t/m 2015 schommelde dat tussen de 10 en de 11 miljoen kg.
10,0 miljoen kg is 10.000 ton . De NVWA-vangsten van 44 en 64 ton moeten hiertegen worden afgezet.
Een steekproef van twee metingen, samen goed voor ca 1% van de markt, is op zich te weinig om verdergaande conclusies te trekken dan dat er een illegale scene bestaat.

De ECPA-studie (hierboven genoemd) echter schat in dat EU-breed ongeveer 10% van de markt in bestrijdingsmiddelen illegaal is.

Met het fipronilgebeuren nog in het achterhoofd, lijkt het zeer verstandig om  op deze economische activiteit scherp toe te zien. Hoeveel ton fipronil de fipronilknoeiers in omloop gebracht hebben, is niet te achterhalen.

Warme bits – opnieuw geüpdate versie

De Bitcoin een ecologische ramp?
Mijn interesse begon met een kop boven een artikel in een Belgische krant De Standaard van 19 oktober 2017 “De bitcoin is een ecologische ramp”.  Er werd betoogd dat voor de winning van bitcoins ontzettend veel rekenkracht nodig was, dat dat inherent in competitie plaatsvond, dat je er goed mee kon verdienen en dat daarom computers in zeer korte tijd werden afgeschreven (en nieuwe aangeschaft). Het klonk een beetje als de goudwinning in Klondike en het proces heet van ook niet voor
niets “mining”.
De journalist zei een beetje slordig dat het stroomverbruik voor de bitcoin de helft was van het totale stroomverbruik van Vlaanderen, waardoor het net leek (voor mensen die gewend zijn om gelijksoortige grootheden te vergelijken) alsof half Vlaanderen niks anders deed als bitcoins mijnen, maar de bedoeling was dat het mondiale stroomverbruik van de bitcoin de helft was van dat van Vlaanderen.
Vervolgens zette de journalist er de verkeerde website bij zodat je het niet kon controleren, en mijn scepsis was groot.

Op 24 oktober deed de NRC een fact check op “Eén bitcointransactie voorziet een huis een maand lang van energie” en beoordeelde dat als ‘grotendeels waar’. Daar stond ING-onderzoeker Teunis Brosens genoemd bij een artikel op de ING-site ( zie ING-Think-why-bitcoin-transactions-are-more-expensive-than-you-think_13okt2017 ) , waarin doorverwijzingen naar de juiste website https://digiconomist.net/bitcoin-energy-consumption ). En zo was het toch nog te controleren.

Energievraag bitcoin versus Visa

Een bitcoin vreet stroom en andere betaalwijzen zeer veel minder. Het mondiale vermogen, dat het bitcoinsysteem vraagt, is genoeg om iets meer dan 2 miljoen huishoudens in de VS van stroom te voorzien. Het mondiale VISA-systeem wikkelt zeer veel meer transacties af en vraagt daarvoor 40* minder vermogen.

In absolute getallen kost één bitcointransactie (volgens Brosens) 200kWh.

Maar. Het bitcoinsysteem groeit als een idioot.

Groei van het stroomverbruik van de bitcoin

De verticale eenheid TWh/jaar is een beetje moeizaam bij een dergelijk groeitempo. Maar een jaar is 8760 uur dus de omrekening is gauw gemaakt: 18,0TWh/y = 2050MW en 22,0TWh=2510MW. Ter vergelijking: de kolencentrale op de Maasvlakte is 1070MW . Nogmaals voor de duidelijkheid: de 2510MW is mondiaal en de 1070MW is één Nederlandse centrale.
2510MW zit al een eindje boven het totale energieverbruik van bijv. Azerbeidzjan .

Onrustbarender is het groeitempo. Over de looptijd van bovenstaande grafiek stijgt het benodigde bitcoinvermogen lineair met 0,86% per dag. Gaat dit een jaar door, dan staat er in de linkerkolom in plaats van 18 nu ca 60TWh/jaar. Mogelijk zelfs iets meer, want het gaat in de afgebeelde maand iets harder dan lineair.

Nu vraagt de bitcoin 0,11% van de mondiale stroomproductie. Volgend jaar is het percentage (lineair redenerend) ongeveer 3* zo hoog, enz.

Ik vind het nog geen ecologische ramp, als je naar het stroomverbruik kijkt, maar dat kan het over bijvoorbeeld een decennium wel worden. Gemeten aan het materiaal hangt het er van af hoe men na het afdanken met de computers omgaat.

Men zou kunnen zeggen dat daar waar de ecologische nadelen van de bitcoin aantoonbaar zijn, en de voordelen van de bitcoin voor niet-criminelen en niet-speculanten afwezig, de kosten-baten analyse van het systeem per definitie negatief is.

Je leest in de krant soms reacties, waarin mensen uitspreken dat kritiek op de bitcoin ingegeven is door banken, die hun monopoliepositie bedreigd zien.
Zonder sympathie te willen uitspreken voor de banken, moet ik toch zeggen dat het bericht waarschijnlijk op complotdenken neerkomt. Ook onafhankelijke onderzoekers komen op vergelijkbare getallen uit.
Harald Vranken, universitair hoofddocent informatica bij de Faculteit Management, Science & Technology van de Open Universiteit, haalde met het onderwerp bitcoin mining en duurzaamheid de laatste weken een aantal malen de internationale pers. Het laatste artikel is te vinden op de website van de Open Universiteit op www.ou.nl/-/bitcoin-mining-en-duurzaamheid-ou-wetenschapper-internationaal-in-de-belangstelling .

Vranken zegt daarin dat hij in een eerder artikel dd mei 2017 (wat achter de betaalmuur zit) nog opgeschreven had dat het mondiale gemiddelde vermogen, dat aan bitcoins besteed werd, op 100 tot 500MW inschatte. Dat vond hij toen nog wel meevallen. Goud smelten en bewerken vraagt ook heel wat energie, voegde hij als voorbeeld toe.
In bovenstaand persbericht dd december 2017 zegt hij, dat tussen zijn eerste artikel en dit persbericht (dus tussen begin en eind 2017) het stroomverbruik van de bitcoin ruim vervijfvoudigd is. In het recente artikel spreekt hij nu van “een serieus probleem”.
De wereld verbruikt gemiddeld aan stroom ca 2,5 a 3 TW, de bitcoin ongeveer 0,1% daarvan (dat is al een klein land).

In het december-artikel van Vranken wordt doorgelinkt naar enkele andere publicaties. Deze zijn vanuit het artikel op de OU-site vrij toegankelijk. In een artikel op spectrum.ieee.org (de IEEE is een soort mondiale organisatie van elektrotechnisch ingenieurs) wordt beschreven hoe een gezelschap van 11000 Venezolanen samen bitcoins aan het mijnen was (ongetwijfeld aangemoedigd door de wanhopige positie van hun land), tot de politie er een eind aan maakte. Door de illegale stroomaftap ontstonden er problemen op het net.

Datacentra en hun afvalwarmte in Nederland

(Ik heb de schatting van het winbare aantal PJ in Brabant bijgesteld van 3,5PJ naar 2,0PJ. In 3,5PJ zitten ook activiteiten waarvan de restwarmte moeilijk te oogsten lijkt, bijv. omdat ze decentraal zijn. De 2,0PJ zijn een wat betrouwbaarder schatting van de grote, centrale machines waarvan de restwarmte in praktijk mogelijk te oogsten valt.)

Toen het toch over computers en energie ging, het ik eens zitten kijken naar de energetische aspecten van de reguliere ICT-sector, waar ze ook nog wel eens dingen uitrekenen die voor de gewone mens wel nut hebben, bijvoorbeeld mijn pensioen. Die sector als geheel groeit ook sterk wat betreft de verwerkte bits (datacentra met zo’n 17,5% per jaar), maar omdat daar veel energiebesparende maatregelen genomen zijn, is het energiegebruik veel minder hard gegroeid en soms gedaald. De vraag is hoe het na, zeg maar, 2020 verder gaat. Het laaghangend fruit raakt gaandeweg geplukt.

Je hebt vier categorieën die voor de levering van restwarmte van belang zijn:

  • I)    de commerciele datacenters, voor wie dataopslag en -beheer de hoofdactiviteit vormen
  • II)   Telecommunicatiebedrijven
  • III)  (Semi)publieke rekencentra (bijv. van de universiteiten)
  • IV)  Commerciele ondernemingen met een groot datacentrum dat dienstig is aan een ander hoofddoel van de onderneming (bijv. de Rabobank)
(Uit het MJA-sectorrapport 2014)

De 37 grootste bedrijven uit categorie I en II vallen onder de industriele MJA-regeling en moeten 2% per jaar energiebesparen (en dat deden ze over de rapportageperiode, zo blijkt uit een controlestudie MJA3-Sectorrapport ICT-sector 2014 waaruit bovenstaande tabel). Vanaf 2011 tot 2014 kon je (alle bedrijven opgeteld) de volumegroei ongeveer wegstrepen tegen de besparingen. Zo zit deze groep ondernemingen al enkele jaren op 16,2PJ/jaar over al hun activiteiten. Een deel van deze activiteiten is van belang voor hun restwarmte.

De hele categorie I (alle datacenters samen, dus ook de niet-MJA) is goed voor 1247MW. Die dingen draaien non -stop en als dat op vollast zou zijn, zou dat 39PJ/jaar opleveren. In praktijk draaien ze geen vollast, maar grofweg 45% (zegt CE Delft). Zie Energiegebruik Nederlandse commerciële datacenters 2014-2017_CE Delft .
CE Delft kent aan de commerciele datacentra in 2017 ca 5,8PJ toe, welk aantal na 2014 weer is gaan groeien (met 23% per jaar).

(CE Delft Energiegebruik Nederlandse commerciele datacenters 2014-2017)

Van categorie III en IV afzonderlijk heb ik geen expliciete totaal-statistiek kunnen vinden.
Wel is er een studie, ook van CE Delft, Trends ICT en Energie 2013-2030 (dd feb 2016), die deze categorieën in ander verband onderbrengt en kwantificeert. Te vinden op www.ce.nl/publicatie/trends_ict_en_energie_2013-2030 .

Het blijft natte vingerwerk, maar om de gedachten te bepalen: in 2020 is er in Nederland grofweg 15PJ stroom-input waarvan men in theorie de restwarmte zou kunnen oogsten. Als die gelijkmatig over het land verdeeld zou zijn, zou 1/7de  daarvan, dus ca 2,0PJ, in Brabant te vinden zijn.

Energetisch gezien is een datacentrum/telecommunicatie/enz bedrijf iets waar stroom ingaat en ongeveer evenveel afvalwarmte uitkomt. Het in de sector veelvuldig gebruikte begrip “groen” kan dan ook drie dingen betekenen: dat er niet meer stroom ingaat dan nodig, dat die stroom groen is, en dat de afvalwarmte zinvol gebruikt wordt.
Het eerste gebeurt standaard (want dat bespaart geld), het tweede soms (niet te achterhalen valt wat precies ‘soms’ en ‘groen’ is), en het derde heel af en toe. Binnen de sector zelf is warmtelevering aan de buren regelmatig in discussie.
KPN levert bijvoorbeeld afvalwarmte aan de warmtering op de Eindhovense Hightech-campus (zie voor een artikel www.emerce.nl/nieuws/kpn-opent-eerste-tier-iv-datacenter-nederland ) en de TU/e heeft een befaamde Warmte-Koude opslag (WKO) (zie TU/e: Hoofdgebouw wordt uitzonderlijk duurzaam gerenoveerd en het lange termijn-duurzaamheidsbeleid )

Het datacenter van de Rabobank in Boxtel
Datacenter KPN Hightech campus Eindhoven

Het datacenter van de Rabobank in Boxtel
Een case study is het datacenter van de Rabobank in Boxtel.
Dat trekt bij vol vermogen ongeveer 20MW stroom naar de computers, en ongeveer 25MW naar het complex als geheel – welke 25MW er dus ook weer uitkomt als warmte. Dat volgt uit de publiek bekende ontwerpspecificaties. Het belastingspercentage is onbekend.

25MW een jaar lang zou betekenen 0,79PJ aan afvalwarmte. Als je de 45% van CE Delft zou gebruiken, produceert het complex ongeveer 0,35PJ aan warmte. Dat zou op papier genoeg zijn om alle woningen in Boxtel te verwarmen als die goed geïsoleerd waren.
Binnen de gemeente Boxtel is hier al eens over gesproken.
In de projectbeschrijving (zie Datacenter Rabobank art TVVL 2011-1 ) wordt zelfs met zoveel woorden gewag gemaakt van de mogelijkheid om het nabij gelegen bedrijventerrein te verwarmen.

In praktijk vraagt dit om buizen, organisatie, en geld, dus er is op dit vlak nog niets gerealiseerd.
De Boxtelse SP liet mij weten, dat de gemeente Boxtel in zijn woningbouwopgave probeert de restwarmte van bovenstaand datacenter, en van de RWZI, mee te nemen. Daarbij wordt samengewerkt met oa engie, Enexis, Alliander, Heijmans, Brabant Water en het Waterschap. Het benodigde warmtenet wordt in eerste instantie ingezet om een nieuwbouwwijk van 600 woningen van warmte te voorzien. Men wil later een groter deel van Boxtel gaan verzorgen.
Ik heb de Boxtelse SP aangeraden wel goed de rechtspositie van de nieuwe bewoners in de gaten te houden. In het verleden is daar nog wel eens wat fout gegaan (zie bijv. De Warmtewet moet anders!
of de verhalen op deze site over de stadsverwarming in Meerhoven.

Na het schrijven van dit artikel heb ik een ander artikel geschreven over Ecovat en het integreren van elektrische en warmtenetwerken. Dat kan in dit verband ook nuttige kennis zijn. Zie Energy Day TU/e bespreekt Ecovat-systeem .

ICT-bedrijven en Warmte in Brabant
De 2,0PJ warmte, waarvan hierboven sprake is, is in Brabantse verhoudingen een niet onaanzienlijk getal.
Ter vergelijking: in het Brabants Warmteplan, dat kort voor de zomervakantie in PS besproken is, (zie Het Brabantse warmteplan nader geanalyseerd ), staat bijvoorbeeld dat men gebruik wil maken van de 2 tot 5PJ afvalwarmte van het industrieterrein Moerdijk. De gezamenlijke warmteproductie door de Brabantse ICT-bedrijven ligt aan de onderkant van deze range.
Of: de totale geothermieverwachting ligt rond de 1,3PJ.
De Moerdijk en de geothermie staan wel in het Brabantse Warmteplan.
Zo men een andere vergelijking wil: 2,0PJ is genoeg om ca 100000 goed-geisoleerde huizen te verwarmen, zijnde ongeveer 1/10de deel van de Brabantse woningvoorraad.
Of: het is de helft van de opbrengst van het totaal Brabantse windenergieprogramma na voltooiing.
Maar in het Brabants Warmteplan zie je de ICT-bedrijven als potentiele bron van afvalwarmte niet terug. Dat is een gemis.

Nu zitten er tussen droom en daad in warmtezaken nogal wat wetten in de weg en praktische bezwaren. Er zouden buizen gelegd moeten worden en contracten getekend met een looptijd van decennia, en subsidies verstrekt. Die problemen zijn niet gering.

Toch zou het interessant kunnen zijn om op zijn minst in Brabant op korte termijn een inventarisatie van de warmte-leverende mogelijkheden van de ICT-sector in kaart te brengen.

Uit de Statenmededeling Warmte 2017

 

Ryanair diep door de knieën en praat met de vakbond

De staart kwispelt met de hond, Wilders is gek op Marokkanen, de duivel zwemt in wijwater en O’Leary van Ryanair gaat met de vakbond praten.
Een massale pilotenstaking rond de Kerst (nadat er al veel weggelopen zijn) is zelfs voor Ryanair een te groot schrikbeeld. Hij heeft nog wel spatjes en stelt eisen aan wie er met hem mag onderhandelen.

Dat die piloten hem maar een flinke poot uitdraaien! Wordt het vliegen iets duurder en dat is uitstekend.

Aldi en Albert Heijn gaan mee in duurzame melk – actie Milieudefensie

Na de Jumbo hebben nu ook Albert Heijn en de Aldi de Duurzame Melk–eisen van Milieudefensie overgenomen. Dat is een heel mooi succes.

In een persbericht dd 11 december 2017 (zie www.aldi.nl/aldi_aldi_zet_in_op_verduurzaming_zuivel_12111.html ) meldde de Aldi dat het concern in gesprek zou gaan met melkveehouders en leveranciers over het verder verduurzamen van zuivelproducten. Het zal gaan over Milieudefensiethema’s als weidegang, lokaal veevoer, grondgebonden veehouderij en weidevogelbeheer.
Verder noemde de Aldi nog een aantal eerdere verduurzamingsstappen.

In een persbericht dd 11 december (zie https://nieuws.ah.nl/albert-heijn-en-royal-a-ware-verduurzamen-kaas–en-zuivelschap/ ) doen Albert Heijn en Royal A-Ware vergelijkbare toezeggingen. (Royal A-Ware is een familiebedrijf dat melk verwerkt tot kaas, room en dagverse zuivelproducten).
Ze gaan werken aan een verdere optimalisering van de weidegang, een kruidenrijk grasland op een bodem waarin koolstof wordt opgeslagen, groene stroom bij boeren en met kalveren die niet meer de halve wereld worden rondgesjouwd.
Melkveehouders, die op deze basis melk willen leveren, kunnen zich aanmelden. Ze krijgen een premie bovenop de normale prijs.

Het melkpak (aangeboden bij het hoofdkantoor van de Jumbo) in platgeslagen toestand

Milieudefensie is erg tevreden over de uitkomst. In 2018 wordt bekeken of de andere supermarkten zich ook melden en hoe de actie verder gaat.
De eerlijke melk-actie van Milieudefensie is te vinden op https://eerlijke-melk.nl/ .

Een artikel over de eerdere actie bij het hoofdkantoor van de Jumbo is te vinden op Met Milieudefensie op bezoek bij de Jumbo en over de reactie van de Jumbo op Jumbo zet grote stap vooruit bij duurzame melk .

YouTube-filmpjes over de gevolgen van de klimaatverandering

Er wordt op YouTube een mooie animatie van Carbon Brief aan geboden, die per land laat zien hoeveel de gemiddelde temperatuur door de klimaatverandering gestegen is sinds 1900. De visualisatie is gemaakt door Antti Lipponen van het Fins Meteorologisch Instituut.
Zie www.youtube.com/watch?v=-yIHxOui9nQ .

Er zijn meer mooie filmpjes, bijv. die waarop A. Sinan Unur de mondiale temperatuurafwijkingen over 127 jaar weergeeft (dd 2012). Zie www.youtube.com/watch?v=4Z7-gJ5W-kc .
Onder het plaatje waar je meer informatie kunt krijgen of meer filmpjes kunt zien. Om het de lezer makkelijk te maken: http://climate.unur.com/ en www.youtube.com/view_play_list?p=A9288DB433D94F9B .

En kijk ook eens op www.youtube.com/watch?v=pIxRVfCpA64 , waaruit onderstaand plaatje als alle gletschers zouden smelten. De zeespiegel stijgt dan 68m. Dat kan, volgens het filmpje, over 5000 jaar gebeurd zijn.

Een tweede filmpje dat hetzelfde doet (ook 68m) is te vinden op www.youtube.com/watch?v=VbiRNT_gWUQ . Daaruit onderstaande still.

Ga maar eens verder rondzoeken op YouTube.

Onafhankelijk onderzoek naar voorstellen om vliegoverlast terug te dringen moet dringend worden uitgevoerd!!

Wim Scheffers en ik hebben namens het Beraad Vlieghinder Moet Minder (BVM2) een opinieartikel aan het Eindhovens Dagblad aangeboden. Dat is begin december 2017 geplaatst. Zie www.ed.nl/eindhoven/hoog-tijd-voor-onderzoek .

Eindhoven Airport vanaf de Spottershill

Hierbij de tekst.
—————-

In haar brief van 19 oktober 2015 heeft de toenmalige staatssecretaris Mansveld het regeringsstandpunt over  het Aldersadvies voor de ontwikkeling van Eindhoven Airport tot 2020 uiteengezet aan de Tweede Kamer.  Om de omwonenden van de luchthaven (die niet met dit advies konden instemmen) enigszins tegemoet te komen, was de regering bereid tot een aantal additionele hinderbeperkende maatregelen bovenop het Aldersadvies.

(Ex-)staatssecretaris Mansveld

Een daarvan was letterlijk : “Het uitvoeren van een onafhankelijk onderzoek naar flankerende voorstellen om overlast in de regio verder terug te dringen”.

2 jaar later wordt nu de discussie rondom de ontwikkeling van Eindhoven Airport na 2020 langzaam opgestart.

Kaderstellend daarvoor is het zojuist bereikte regeringakkoord. Daarin zijn passages opgenomen die ook voor de toekomst van Eindhoven Airport  richtinggevend, zo niet bepalend zijn.

Als algemeen kernpunt wordt genoemd:

  • We pakken de uitdaging van de klimaatverandering aan. Nederland wordt duurzaam.

Dit werkt ook door in het hoofdstuk  Luchtvaart. De belangrijkste relevante passages daaruit zijn:

  • Het kabinet maakt een nieuwe Luchtvaartnota (2020-2040). Slim en duurzaam zijn de kernbegrippen. Door de focus te leggen op hinderbeperking in plaats van het aantal vliegbewegingen werken we aan een betere leefomgeving en luchtkwaliteit, terwijl de sector met slimmere en schonere vliegtuigen ruimte kan creëren voor groei van het aantal vluchten. Een veilige afhandeling van het vliegverkeer staat daarbij op één.
  • Het selectiviteitsbeleid moet beter. Op Schiphol geven we voorrang aan vluchten die het (inter)continentale netwerk versterken. Eindhoven Airport en Lelystad Airport zijn de belangrijkste luchthavens voor vakantievluchten.
  • De door de sector behaalde milieuwinst sinds het ingaan van het Aldersakkoord mag, conform de afspraken aan de Alderstafel, voor 50% worden benut voor groei van vliegverkeer. De overige 50% van de milieuwinst wordt gebruikt voor vermindering van de overlast voor omwonenden.

Allereerst is de inzet op Eindhoven Airport als vakantieluchthaven duidelijk, en moet dus de discussie rondom de ontwikkeling na 2020 in dat perspectief worden gevoerd.

Maar veel belangrijker is de conclusie dat de focus verschuift van sturing op aantal vliegbewegingen naar sturing op hinderbeperking, gericht op een betere leefomgeving en luchtkwaliteit. In combinatie met de daarna  geformuleerde 50 /50 regeling voor de verdeling van milieuwinst betekent dit ten eerste dat verdere groei na 2020 eigenlijk niet mogelijk is als dat nog meer hinder of overlast geeft.  En het betekent ook dat Eindhoven Airport zijn eigen groeiruimte moet verdienen door eerst de hinder en overlast terug te dringen, waarvan dan de helft  ten goede komt aan de omgeving en de andere helft in extra vliegbewegingen mag worden omgezet.

In dit licht krijgt het door Mansveld toegezegde onderzoek  “naar flankerende voorstellen om overlast in de regio verder terug te dringen” extra betekenis. Het is sowieso verbazingwekkend dat er na 2 jaar zelfs nog geen aanzet tot invulling van deze toezegging aan de tweede Kamer (en via hen aan de omwonenden van de luchthaven) is gegeven. Los daarvan is het dringend noodzakelijk dat  alsnog zo snel mogelijk duidelijk wordt welke mogelijkheden er zijn om overlast terug te dringen. Zodat zo snel mogelijk duidelijk wordt hoe een einde kan worden gemaakt aan de voor omwonenden nog steeds toenemende geluidshinder en voor ons aller kinderen en kleinkinderen aan de nog steeds toenemende milieuschade.  Maar ook zodat inzichtelijk wordt welke mogelijkheden er voor Eindhoven Airport zijn om haar verdere ontwikkelingsruimte  na 2020 door hinderbeperking te verdienen.

Daardoor wordt, in combinatie met de vaak genoemde brede maatschappelijke kosten-baten analyse (een brede inventarisatie en afweging van alle voor- en nadelen op de aspecten people-planet-profit),  een afgewogen besluit over de ontwikkeling van Eindhoven Airport  na 2020 mogelijk, en de randvoorwaarden waarbinnen deze ontwikkeling kan plaatsvinden.

Het Beraad Vlieghinder Moet Minder (BVM2) zal de Minister en de Tweede Kamer fracties dan ook vragen  om  dit  onderzoek met spoed alsnog uit te voeren. Objectief en onafhankelijk zijn sleutelbegrippen bij de uitvoering ervan, omdat zonder deze elk onderzoek bij voorbaat zijn waarde verliest.

Het Beraad roept ook de betrokken bestuurders van provincie, omringende gemeenten en Eindhoven Airport op om aan te dringen op het alsnog uitvoeren van dit onderzoek.

Het is vooral in het belang van de leefbaarheid van onze Brainport regio.  Maar het kan ook de basis zijn voor het ontwikkelen van een nieuwe sterkte van Brainport: innovatief denken en handelen in de natuurlijke spanning tussen economie en duurzaamheid bij de verdere ontwikkeling van de luchtvaart in Nederland.

 

Beraad Vlieghinder Moet Minder

www.bvm2.nl

Bernard Gerard

Wim Scheffers

 

Tropomi-satelliet geeft sensationele eerste foto’s door over luchtverontreiniging

Het was al op het NOS-journaal, maar daar ging het snel en bewegend en klein: de eerste foto’s van de pas gelanceerde Tropomi-satelliet. Ik heb daarover al geschreven op TROPOMI meet de atmosfeer met niet eerder vertoonde kwaliteit .

De eerste resultaten zijn nu binnen gekomen en die overtreffen alles, wat er op dit gebied tot nu toe te bewonderen was.
De publicatie gaat via het KNMI op www.knmi.nl/over-het-knmi/nieuws/tropomi-ziet-luchtkwaliteit-scherper-dan-ooit . Klik daarin ‘eerste beelden’ aan.
Hier staat ook het animatiefilmpje dat op het journaal te zien was.

Ik geef er nu drie van de NO2 – concentraties in Nederland.

NO2-concentraties, 07 november 2017, Zuidenwind
NO2-concentraties, 17 november 2017, NW-wind
NO2-concentratie, 22 nov 2017, windrichting niet vermeld (zo op het ook ongeveer windstil)

Bruin-grauw betekent bewolkt en dus geen resultaten.
De beelden zijn nog niet getalsmatig geijkt.
De kleinste afmeting is aan de grond een hok van 13*7 km.

Ik kom er op terug als er meer nieuws is.

Minnesma noemt NOM-prijzen die ze niet waar kan maken

Brabant in 2030 energieneutraal als je het alleen maar wilt?
Op 28 september 2017 zette Marjan Minnesma van Urgenda een enthousiasmerend opinieartikel in het Eindhovens Dagblad “Brabant kan snel energieneutraal zijn”.
Dat was de verbijzondering van het missiedocument van Urgenda “Nederland op 100% duurzame energie in 2030. Het kan als je het wil!”. In elk geval deze verbijzondering blijkt teveel te berusten op zichzelf overschreeuwende bluf. Naar het missiedocument zelf kijk ik een andere keer wel.

Minnesma stelt dat de Brabantse steden de massale overstap naar elektrisch rijden makkelijk te verwezenlijken is door diesel- en benzineauto’s vanaf 2025 de toegang tot de stad te verbieden “net als Utrecht doet”.
Nu doet Utrecht dat niet. Utrecht (zie www.utrecht.nl/wonen-en-leven/milieu/luchtkwaliteit/milieuzone-utrecht/ ) verbiedt momenteel aan diesels van voor 2001 de toegang tot een deel van de stad. Minnesma is hier veel te slordig.

Minnesma stelt ook dat je een woning standaard voor €35000 Nul Op de Meter kunt maken, en voert daartoe een klein aannemertje Thuisbaas in Amsterdam op die dat nu voor elkaar zou krijgen. Je hoefde dit alleen maar een beetje op te schalen.
Ik  ga nu verder op dit woning-verhaal in.

Thuisbaas
Ik naar de website van Thuisbaas ( www.thuisbaas.nl ). Het bedoelde project (dat €35800 blijkt te kosten, dus afgerond 36 mille) springt meteen in het oog als het ‘huis van Rik en Milda’. De website toont acht ervaringen van individuele huizen. Tot schaalgrootte is Thuisbaas niet in staat.

Wat documentatie van de website.
——————

Meer zonnepanelen
Het huis van Rik en Milda is uitgebreid met een dakkapel en een aanbouw en ook voorzien van isolatie. In 2013 zijn de eerste 12 zonnepanelen geplaatst, waar 4 zonnepanelen aan zijn toegevoegd en 10 speciale panelen die voor elektriciteit en warmte zorgen.

In het boilervat in de schuur wordt warm water opgeslagen dat na verwarmd wordt met een instant heater. De HR-gasketel is vervangen door een lucht/water warmtepomp en de woonkamer wordt verwarmd via een lage temperatuur radiator.

‘Oude huizen zijn juist geschikt.’

“Bij het isoleren van ons huis kwamen we erachter dat de investeringskosten wel meevielen, ons wooncomfort verhoogd zou worden en de energiekosten direct terugliepen. Met de eerste set zonnepanelen zagen we ook dat we meer energie opwekten dan we gebruikten en dus geld terug aan het verdienen waren. We kookten al op inductie, maar gebruikten nog wel gas voor de verwarming en het warme water. Als je dan de berichten over de aardbevingen in Groningen hoort, dan heb je wel plaatsvervangende schaamte en denk je: als ik langer douche, dan staat hun huis langer te schudden.”
——————

In het getoonde prijsoverzicht (en uit een hier niet afgebeeld deel van de website) valt op

  • Thuisbaas werkt alleen voor koopwoningen
  • In dit geval is er sprake van een vrijstaande woning
  • Isolatie ontbreekt (klopt, die zat er al in, de kwaliteit is niet benoemd)
  • De 12 panelen ontbreken die al vóór het proces aanwezig waren
  • De inductieplaat was al aanwezig
  • Er zit één lage T-radiator in, dus blijkbaar wordt alleen de benedenverdieping structureel verwarmd

Thuisbaas doet alleen aan installatietechniek (althans, in het modelvoorbeeld en ook in de andere voorbeelden).

Het bestaat dus niet dat deze situatie maatstafgevend kan zijn voor een gemiddelde stadswoning in een Brabantse stad. Momenteel kost het Nul Op de Meter maken van een gemiddelde woning veel meer dan de €35000, die Minnesma noemt.
Een actiegroep mag van mij een beetje overdrijven en simplificeren. Maar deze  financiele overdrijving gaat zo ver, dat ze de grenzen van de geloofwaardigheid ruim overschrijdt. De calculatieafdeling van een woningbouwvereniging gaat er niet serieus naar kijken.

Bovendien zegt Minnesma met zoveel woorden “Een stad als Tilburg of Eindhoven heeft vele miljoenen m2 die geschikt zijn om zonnepanelen op te plaatsen. Bij dit project worden woningen niet voorzien van een extra, en daardoor kostbaarder, schil zoals die bij de tot nu toe ontwikkelde NOM-woningen.”
Om precies te zijn heeft volgens de Zonatlas in Eindhoven 9,4 miljoen m2 geschikt dak op woningen, publieke gebouwen en bedrijven (zie Zonatlas_persbericht_5juni2015 en deel evenredig naar het aantal woningen af), waarvan in praktijk een deel gebruikt kan worden. Dit kan als theoretische bovengrens opleveren zo’n 3PetaJoule, maar in praktijk minder.

Labels in Nederland (totaal aantal huizen is ca 7,1 miljoen)

Het maatstafgevend maken van een bedrijfsmodel dat geen aandacht besteedt aan isolatie betekent dat Minnesma genoegen neemt met het bestaande isolatieniveau van woningen (80% is label C of slechter). Dit nu is een uitermate schadelijk standpunt en het is te hopen dat de stadsplanners deze aanbeveling van Minnesma niet opvolgen.
Een gemiddelde woning op dit moment vraagt ongeveer 12GJ stroom en 48GJ gas. In de aanpak van Minnesma en Thuisbaas wordt dezelfde, soms tochtige woning omgebouwd tot all electric en zal dan rond de 25GJ stroom per jaar vragen. Er zijn ruim 106700 woningen in Eindhoven, ergo gaat dan bovenstaande 3PJ bijna helemaal op aan de energievoorziening van de dan nog steeds slecht geïsoleerde woningvoorraad.
Daarnaast heeft Eindhoven ook elektrische auto’s, scholen, fabrieken, ziekenhuizen enzovoort, en die krijgen dan geen stroom. Althans niet van Eindhovense zonnepanelen.

Het NOM-beginsel is in essentie een aftreksom: de energievraag – de energieopwekking. Zelfs een labelG – doortochtwoning krijg je wel Nul Op de Meter als je er honderd zonnepanelen op gooit. Maar het  NOM maken van een woning is geen doel in zich, maar onderdeel van een groter geheel. Als er honderd panelen op een woning  zouden kunnen, zouden die bij een label A-woning een fors overschot leveren dat aan de maatschappelijke omgeving ten goede zou komen.

Wat kost een NOM-woning in de praktijk wel?
Ik heb wat zitten zoeken op Internet. Dat vervangt niet dat er een grondiger onderzoek nodig is, maar als eerste indicatie geeft het wel een beeld.

Het loopt uiteen, maar het deskundigenstandpunt dat een Nul Op de Meter-renovatie in standaardsituaties op rond de €65000 uitkomt (incl. BTW), lijkt een goede keuze.

NOM-gemaakte jaren ’70 tussenwoning in de Bilt

De Stroomversnellingsbrochure (zie hieronder) meldt dat woningbouwverenigingen voorzichtig zijn en graag een tussenstap zetten, bijvoorbeeld eerst een Label B – overgang. Dat kost in standaardsituaties rond de €40000 (zegt de brochure). De auteur is daarna van mening dat dit niet veel minder geld is dan een NOM-renovatie voor wel veel minder resultaat, en dat de woningbouwvereniging beter af is met in één keer de stap te zetten naar Nul Op de Meter.
Van deze bewering kan ik op dit moment de waarde niet inschatten.
Kijk op http://stroomversnelling.nl/publicatie/ en kies “Business Case an financiering …”.

Deskundigen menen dat voor een woningbouwvereniging de business case voor een NOM-renovatie sluit als een bus. Het kost wat, maar de woning kan weer 40 jaar mee en is beter dan hij ooit was.
En de huurders gaan er netto in de voorbeelden tot nu toe niet op achteruit of soms vooruit.

Afgezet tegen beide strategieën is de strategie van Minnesma en haar organisatie Urgenda stom en bovendien minstens in veel gevallen overbodig stom.
Ik deel haar inzet op een spoedige verduurzaming van de bestaande woningbouw in Brabant, maar de gekozen koers om daar te komen is prutswerk.

De situatie schreeuwt om een langdurig volgehouden, systematische voorfinanciering zijdens het Rijk. Stel dat je aan €65k per woning uitgeeft aan de 4,5 miljoen woningen, die in de Stroomversnellingsbrochure genoemd worden, dan ben je een kleine 300 miljard kwijt. Spreid dat over 2018 – 2050, schiet het Rijk een dikke 9 miljard per jaar voor die het op termijn  weer terugkrijgt. Valt mee. Pensioenfondsen zouden ook interesse kunnen hebben.

 

Eigen Haard A’dam renoveert 157 portiekflats tot Nul Op de Meter

Inleiding
Omdat er in Brabant, ondanks alle blufpraat vanuit het Provinciehuis, nog steeds geen fuck terecht komt van het planmatig Nul Op de Meter (NOM) maken van forse aantallen bestaande woningen, verzamel ik NOM-projecten van elders in den lande om alvast enig inzicht te krijgen in mogelijkheden en moeilijkheden van zulke projecten, en wat ze betekenen voor de bewoners en voor de woningvoorraad.

Gisteren aan mijn verzameling toegevoegd het eerste grootschalige NOM-project in Amsterdam.

De flats in oude toestand

Wat beoogt het project?
De Amsterdamse Woningstichting Eigen Haard heeft 157 portiekflats in de Wegener Sleeswijkbuurt in de wijk Geuzenveld-Zuid. De flats zijn gebouwd eind jaren ’50 van de vorige eeuw.
Tien jaar geleden stonden de flats op de nominatie om gesloopt te worden. Door de economische crisis zijn die plannen toen niet uitgevoerd, maar de reden waarom men ze had willen slopen zijn niet verdwenen.
Er wordt nu eerder aan renovatie gedacht. Die renovatie is nu gekoppeld aan het NOM-programma. Het resultaat is dat de flats weer 40 jaar meekunnen, aldus Niek Schaap van de woningstichting.
Zie www.eigenhaard.nl/eigen-haard/nieuws/2017/157-portiekflatwoningen-naar-nul-op-de-meter .

De renovatie wordt uitgevoerd door Dura Vermeer, welke onderneming zich speciaal op dit type woningen heeft toegelegd.
Dura Vermeer is pas begonnen en eind 2018 moet het klaar zijn.
Zie www.duravermeer.nl/nieuws/157-portiekflatwoningen-nulopdemeter-in-amsterdam .

De flats worden voorzien van een volledig nieuwe buitenschil. Er komen zonnepanelen op het dak en er komt een nieuwe luifel, waarop ook weer panelen. Ze krijgen een nieuw balkon. Waar nodig worden badkamers, keukens en sanitair vernieuwd. De keuken wordt groter.
De CV-installatie wordt vervangen door een luchtwarmtepomp, het gas gaat weg en koken gaat op inductieplaten (vond niet iedereen leuk).
Per slot van rekening kan een woning, bij een gemiddeld bewonersgedrag, zichzelf energetisch bedruipen.

De kale huur gaat omhoog, de servicekosten veranderen, maar de energierekening gaat omlaag. Beloofd is dat de woonlasten op zijn minst niet toenemen. Het is voor de huurders 18 dagen afzien (ze krijgen een wisselwoning), maar daarna krijgen ze voor minder of even veel geld als vroeger een beter huis.
In het eerste blok is de 70% – deelnamegrens al gehaald.

Kosten
Eigen Haard geeft zelf op hun website geen financiele cijfers.
Deskundigen die het project volgen, zoals het bureau NUL20, zeggen dat het project ca €100.000 per woning kost, all-in, en na aftrek van verworven Amsterdamse en Europese subsidies ( zie www.nul20.nl/dossiers/portiekflats-naar-nul-op-meter ).
Ook  bouw-adviesbureau Hengeveld wijdt er op Internet aandacht aan. Dit bureau spreekt van een aanneemsom (all-in) van ca 25 miljoen. (zie www.bouw-adviesbureau-hengeveld.nl/12-projecten-in-uitvoering/54-wegener-sleeswijkbuurt-te-amsterdam-geuzenveld-zuid/ )
De combinatie van het een met het ander betekent dus dat er fors gesubsidieerd moet zijn.

De flats in nieuwe toestand