De constructies van Massoud Hassani en de Eindhovense lucht

Massoud Hassani is in 1983 in Kabul geboren. In 1998 verliet hij Afghanistan en kwam in Nederland terecht. Daar is hij afgestudeerd aan de Design Academy.

Landmijnen
Op de Graduation Show van 2011 maakte hij de blits met zijn rollende landmijnenopruimer.
massoud hassani mine kafon
Het ding weegt 70 kg, maar kan door de wind worden voortgeblazen door de grote woestijnachtige zandvlakten van Afghanistan. Als het ding op een landmijn ‘stapt’, gaat die af en gaat de constructie eraan. Maar die bestaat vooral uit bamboe en plastic (met wel een GPS-ontvanger, zodat te reconstrueren valt waar de explosie plaatsvond).

Bij een proef lukte het.
Bij een proef lukte het.

Hassani heeft een onderneming opgericht Mine Kafon (“Let the mines explode”). De onderneming heeft duidelijke Brainport-roots.
Of de gedachte in praktijk zoden aan de dijk zet moet nog blijken. De omstandigheden in Afghanistan laten het nog niet toe. Behoefte aan iets dat snel, gevaarloos en goedkoop landmijnen opruimt is er wel. Volgens de officiele cijfers liggen er ca 10 miljoen landmijnen, maar volgens Hassani zijn het er veel meer.
Hoewel de constructie zichzelf nog niet heeft kunnen bewijzen, was het wel een prachtig PR-succes. Het ding heeft veel gedaan voor de bewustwording van het probleem.

Wie er meer over wil lezen, kan terecht op http://massoudhassani.blogspot.nl/ en http://minekafon.org/ .

Bij gebrek aan mogelijkheden in Afghanistan en landmijnen in Nederland is Hassani in de drones gegaan. Zijn eerste ontwerp is ook weer tegen landmijnen gericht.
drone mine kafon
Een drone om ultrafijn stof te meten
Vandaag (28 juli 2016) en gisteren haalde het nieuwste idee van Hassani de pers, de inzet van een drone bij de Karpendonkse plas om ultrafijn stof te meten.

Die wens ligt bij de onderneming Oxility uit Best en Hassani leverde de drone-expertise. Oxility is (sinds 2014) een groothandel in meet- en regelapparaten. Zie http://oxility.com/ . Het bedrijf gebruikt de Aerasense NanoTracer op basis van een Philipslicentie om ultrafijn stof te meten.
Onder “Applications” staat een interessant rijtje toepassingen (van de aerasense, niet van de drone),  ook binnenshuis. Mogelijk is het ding ook geschikt voor ARBO-diensten.
Onder /downloads staat ergens Leaflet Nanotracer XP. Die leaflet is te groot voor deze website. De datasheet is hier te vinden.

De drone is een nieuwe toevoeging. AiREAS gebruikte hem om te kijken of het mogelijk was ultrafijn stof in de lucht te meten.
drone voor meten luchtkwaliteit_juli2016-2
AiREAS heeft een dikke 30 vaste luchtmeetopstellingen in Eindhoven staan, waarvan er vijf ook ultrafijn stof meten. ‘Met de drone’ zegt Jean-Paul Close van AiREAS ‘kun je ook meten als er bijvoorbeeld brand is, niet in de buurt van onze vaste stations, of als het te gevaarlijk is om er een mens op af te sturen.”

Het gebeuren bij de Karpendonkse plas is een test-sessie. Naast Oxility kwam ook de Helmondse onderneming Intemo “INnovate Technology in Motion” opdraven (http://www.intemo.com/nl/home/ ). De onderneming heeft een ruim pakket aan producten, waaronder “innovatieve buitensensoren”.

Een verslag door AiREAS van de Karpendonk-sessie is te vinden op https://aireas.wordpress.com/2016/07/28/drone-tests-zijn-geslaagd/ .

Gebeurt er nou ook iets met al die metingen?
Het is logisch dat die vraag gesteld wordt.
Je ziet hoe bedrijven proberen hun business op te bouwen. Op zich prima.
Je ziet hoe wetenschappelijke carrières bevorderd worden. Er komen academische publicaties uit. Ook niks mis mee.
Het zou trouwens leuk zijn als AiREAS zijn metingen in een archief zette, waar iedereen bij kan, net zoals dat kan bij het Landelijk Meetnet van het RIVM. AiREAS heeft uiteraard metingen uit het verleden (je ziet af en toe wat bij presentaties), maar buitenstaanders als ikzelf kunnen er niet aan.

Maar wordt de lucht nou schoner en komt dat door die metingen? Die vraag is makkelijker gesteld dan beantwoord.
Vast staat dat de lucht in het kader van het Nederlands Samenwerkingsprogram Luchtkwaliteit (NSL) langzaam maar zeker schoner wordt, op zijn minst in die categorieën waar het NSL over gaat (NO2 , PM10 en PM2.5).
Vast staat dat zeer onlangs (juli 2016) de Brabantse Health Deal aangenomen is, waarin met weidse blik zeer veel goede bedoelingen opgenomen zijn. In de uitwerking echter kom je opnieuw projecten tegen, waar het academisch-industriele complex blij mee is.
Het is een soort nederlandse ziekte (en nog meer zelfs een Brainportziekte) dat het sterft van de projecten die interessant zijn, resultaat opleveren, en ophouden als de subsidie op is, waarna als regel geen vervolg. Je zou willen dat af en toe zo’n project in een grootschalig, stevig gefinancierd beleid werd omgezet tot nut van het grote publiek.

Het beste voorbeeld van dat laatste is dat de regio Eindhoven – Helmond bezig is een verkeersplan aan te nemen met heel wat progressieve kenmerken (het Bereikbaarheidsprogramma ZO Brabant).
Misschien is daar het baanbrekende verschil geweest dat er een buitenparlementaire actie bij betrokken geweest is, namelijk die welke leidde tot het afblazen van de Ruit om Eindhoven. Welk besluit prima bleek te passen bij de belangen van het mechatronika-wereldje in de regio.
Ik denk dat ook de AiREAS-campagne hier een nuttige rol gespeeld heeft door de geesten rijp te helpen maken.

De politiek volgt nu vooral ademloos al die leuke projectjes en betaalt er op incidentele basis aan mee. Misschien zouden die partijen af en toe eens een geschikte uitkomst bij de kop moeten pakken en actie voor gaan voeren dat die grootschalig geïmplementeerd wordt.

Eerste halfjaar 2016 breekt nieuwe warmterecords

De World Meteorological Organization (WMO) meldde in een persbericht van 21 juli 2016 dat het gemiddelde weer op aarde over het eerste half jaar van 2016 weer vele records gebroken heeft. Het jaar 2016 zou het warmste jaar ooit op aarde kunnen worden sinds het begin van de registratie.
Voor de volledige tekst zie Global climate breaks new records januari-juni 2016 .
De stelling is gebaseerd op een rapport van de US National Oceanic and Atmospheric Administration (NOAA) ( http://www.ncdc.noaa.gov/sotc/global/201606 )  en NASA’s Goddard Institute for Space Studies (NASA_GISS) (http://svs.gsfc.nasa.gov/12305 ), beide gezaghebbende instituten.

hottest years global temperature

Another month, another record. And another. And another. Decades-long trends of climate change are reaching new climaxes, fuelled by the strong 2015/2016 El Niño,” said World Meteorological Organization Secretary-General Petteri Taalas.

The El Niño event, which turned up the Earth’s thermostat, has now disappeared. Climate change, caused by heat-trapping greenhouse gases, will not. This means we face more heatwaves, more extreme rainfall and potential for higher impact tropical cyclones,” said Mr Taalas.

De CO2- concentraties zijn over de 400ppm hene geschoten.
De gemiddelde temperatuur op aarde was 1.3°C warmer dan eind 19de eeuw.
De ijskap op Groenland begon ongewoon vroeg te smelten en het Noordpoolijs neemt 40% minder oppervlakte in dan rond 1980.
Het was een stuk droger dan normaal in o.a. Spanje en het westen en midden van de VS, en een stuk natter dan normaal in o.a. Noord- en Centraal Europa.

VN-baas ban Ki Moon heeft de wereldleiders op 21 sept 2016 uitgenodigd om over de uitvoering van het Klimaatakkoord van Parijs te praten.

In een ander artikel van dezelfde dag publiceerde de WMO een afbeelding van een hittegolf op 21 juli 2016.

Hittegolf in het Midden-Oosten op 21 juli 2016. In kuweit en Basra was het 54 graad C.
Hittegolf in het Midden-Oosten op 21 juli 2016. In Kuweit en Basra was het 54 graad C.

Zie WMO over temperatuurrecord in Kuweit .
Het was (volgens de WMO) rond de 54°C in Kuweit en Basra, maar ook in grote steden als Riad en een stad als het Perzische Ahvaz (met ruim een miljoen inwoners) moet het zo warm geweest zijn. De WMO stuurt een commissie naar Kuweit om de meting te controleren.
Deze hittegolf besloeg een groter gebied. In het zuiden van Marokko was het tussen de 45 en de 47 °C
Er zijn heel oude metingen die nog iets hoger liggen dan 54°C (1913 Death Valley en 1931 Tunesie), maar die worden niet meer vertrouwd.

Men vraagt zich af in hoeverre deze gebieden nog bewoonbaar blijven. Zie bijv. Hoe Kemal Ali op Lesbos terecht kwam  en Burgeroorlog in Syrie mede veroorzaakt door klimaatverandering  .

 

Wat de provincie wel en niet kan bij landbouwvervuiling

Soms worden van de provincie dingen geëist die de provincie niet kan waarmaken, simpelweg omdat de provincie, anders dan mensen denken, er niet wat over te vertellen heeft. Mensen vinden dat de provincie moet ingrijpen als de eigen gemeenteraadsleden er een potje van gemaakt hebben (zoals bij de Gebied Ontwikkeling Langstraat), of mensen vinden dat de provincie het aantal koeien en varkens moet verminderen of soja-importen verbieden (wat een rijksbevoegdheid is).
Het antwoord is in alle gevallen weinig bevredigend, maar het is niet anders.

Mogelijk hierom hebben de provincie NBrabant en de waterschappen aan de Universiteit van Utrecht gevraagd degelijk juridisch in kaart te brengen
1) wat, tegen de achtergrond van de KRW, de aard en omvang is van de emissieproblematiek van landbouwgerelateerde stoffen als nitraat, gewasbeschermingsmiddelen en antibiotica?
2) wat de opdrachtgevers kunnen om die stoffen aan te pakken, nu dit een rijksbevoegdheid is en het Rijk er te weinig aan lijkt te doen?
3) of de kans bestaat dat “Brabant op slot gaat”, en of de opdrachtgevers daarop invloed kunnen uitoefenen
4) wat de provincie moet en mag als straks de Omgevingswet geldt.

De KRW is de KaderRichtlijn Water. Dat is een Europese wet, die geen rechtstreekse werking heeft maar die in nationale wet moet worden omgezet. Of dat in Nederland goed gebeurd is, is een belangrijk deelthema in de studie.
Zie ook http://www.clo.nl/indicatoren/nl1412-kaderrichtlijn-water .

zover het eigen instrumentarium reikt

De opdracht leidde tot een degelijke studie, geschreven door vijf doctor-s, waarvan er drie prof zijn, van het Utrecht Centre for Water, Oceans and Sustainability Law. Het bestaat uit ruim 90 kantjes geavanceerd milieurecht. Zie http://www.uu.nl/nieuws/rijksbeleid-blijft-achter-bij-verbetering-waterkwaliteit
Ik ben fysicus, geen jurist, en het is een beetje boven mijn niveau. Ik heb een beetje milieurecht gehad aan de Open Universiteit, net genoeg om te zien dat het verhaal degelijk oogt, interessant genoeg om verder te verspreiden, en van belang voor wie iets tegen de huidige landbouw heeft. Een actiegroep of zo moet er maar eens iemand op zetten die er echt verstand van heeft.

Methodiek van de KRW
Methodiek van de KRW

De ecologische toestand van het Brabantse oppervlaktewater is matig tot slecht. Het is duidelijk, aldus de studie, dat ook bij uitstel tot de uiterste KRW-datum van 2027 een goede ecologische toestand niet bereikt zal worden. Dat betekent dat art. 11 van de KRW in werking treedt. Vervolgens staat er een verhaal over de verhouding tussen Nederlands en Europees recht dat te ingewikkeld is voor deze kolommen. Dit is in elk geval duidelijk:

a) de nationale wetgever heeft beoogd alles in de Waterwet, de Meststoffenwet en de Wet Gewasbescherming en Biociden (wgb), en in de aanhangende uitvoeringsregels, uitputtend te regelen
b) voor de provincie blijven de restjes over die niet landelijk afgeregeld zijn, en/of de toepassing van de wet in specifieke situaties zoals waterwingebieden, slootkanten e.d. , en de inzet van buiten-wettelijke middelen als subsidies (bijv. het Schoon Water-initiatief), afspraken en overreding.
Hooguit zou de provincie of het waterschap nog iets verder de grenzen kunnen opzoeken, bijv. bij een aansluitverordening een verontreinigingsheffing instellen, bijv. op gewasbeschermingsmiddelen. Of de grenzen van het waterwingebied oprekken.
zover instrumentarium_KRW2015_ecol_overig
c) Volgens door “Utrecht” geraadpleegde Brabantse provinciale experts is meer dan de helft van de mest niet plaatsbaar. Dit leidt tot illegaliteit.
d) de landbouw erkent slechts de Nitraatrichtlijn als wet (maar voldoet daar nog steeds niet aan). De veel scherpere ecologische KRW-richtlijnen (volgens dezelfde geraadpleegde experts) als “maatschappelijke wens gezien, niet als verplichting die van de sector kan worden gevergd.”
e)  mest kan onder de Afvalstoffenwetgeving vallen. Daarmee voorkomt bijv. de deelstaat Nedersaksen Nederlandse mestimport, omdat in Nederland mest niet als afval gezien wordt en er dus geen Europese EVOA-papieren bij horen. Het is afwachten wat de Europese Commissie cq het Europees Hof hiervan vindt.
f)  de landbouw hoeft geen vergunning te hebben voor de normale agrarische bedrijfsvoering (deze vallen onder algemene regels). Het enige landbouwding dat een vergunning nodig heeft is een mest-
bewerker, met een omgekeerde osmose-eindtrap als (zeer goede) Best Beschikbare Techniek.
g)  antibiotica etc zijn niet genormeerd. Er gelden slechts algemene bepalingen voor (zorgplicht)
h)  het Nederlandse systeem, waarin gehandeld wordt op microniveau (maatwerk en vergunningen) werkt niet erg mee om een doel te bereiken op macroniveau (de kwaliteit van een hele waterlichaam).
Een aanscherping van de algemene maatregelen zou zinvol zijn, maar is een rijkstaak. Mogelijk kan deze aanscherping worden afgedwongen, omdat het beschermingsniveau dat met de algemene maatregelen bereikt wordt in strijd is met de KRW. Een handhavingsverzoek zou hier misschien toe kunnen leiden, aldus “Utrecht”.
De Utrechtse rechtsgeleerden noemen enkele malen het “Wezer arrest” van het Europese Hof van Justitie. ‘Achteruitgang’ van een waterlichaam is verboden en in het Wezer Arrest wordt leidt handeling al tot een “achteruitgang” als één kwaliteitsbepalend element in de totale classificatie één klasse achteruit gaat, zelfs als de totale classificatie daardoor gelijk blijft. Als een water al in de laagste kwaliteitsklasse zit, is geen enkele achteruitgang toegestaan.
i)  omdat de reguliere landbouw niet aan vergunningen gebonden is, kan er niet in directe zin een “op slot-situatie” ontstaan. De provincie kan (bijv. bij nitraatvervuiling) niet iets weigeren omdat er niets aangevraagd hoeft te worden.
Bij andere activiteiten die wel een vergunning vereisen, kan een “op slot-situatie” wel ontstaan.
j)  slechts voor de natuurlijke KRW-waterlichamen (die er in Brabant niet of nauwelijks zijn) bestaan wettelijk bindende normen. De rest wordt slechts beschermd door ‘beleid’ (dus bedoelingen).
De Utrechtse studie meent dat het zg Wezer-arrest deze soepelheid slechts in uitzonderlijke omstandigheden toestaat.
status waterlichamen
k ) op papier kan de nieuwe Omgevingswet soelaas bieden, omdat het Rijk daarin meer kan decentraliseren. Of het Rijk dat zal doen (bijv. als het Rijk de veeteelt centraal wil blijven beschermen) is een tweede.
zover het eigen instrumentarium reikt_ongevingswet

Zoals eerder gezegd, een onderwerp dat grondige studie verdient!

 

 

Klimaateffecten in Brabant 7 – Met je voeten in te veel modder

Het systeem voldoet aan de norm, maar de norm voldoet niet meer. Dat is een notedop de inhoud van de Statenmededeling over wateroverlast in Noord-Brabant (4 juli 2016). nn

Wateroverlast in juni 2016
Wateroverlast in juni 2016

Op basis van een eerder ingediende motie van CU-SGP en CDA had het College van Gedeputeerde Staten (GS) bekeken in hoeverre akkerland en grasbouw nog adequaat beschermd waren tegen overvloedige neerslag. Provinciale Staten gaan daarover.

Wat komt er uit dat ‘bekijken’?
De uitkomst van dat bekijken is een soort drietrapsraket.

De eerste trap is dat de situatie nagenoeg overal voldoet aan de nu geldende wettelijke norm. Die luidt:
beschermingsnormen wateroverlast
(Lees: de spoorwegen mogen gemiddeld maar eens in de 100 jaar onder lopen enzovoort.)

De waterschappen hebben een systeem ontworpen dat nagenoeg overal aan deze norm voldoet, als uitgegaan wordt van het Klimaatscenario van 2006 van het KNMI en de bijbehorende neerslagtabellen.

De tweede trap is dat het KNMI in 2014 een nieuw scenario gemaakt heeft, waarbij door STOWA (dat is zoiets als het wetenschappelijk bureau van de waterschappen) nieuwe neerslagreeksen berekend zijn. De uitkomst in een notedop:
neerslagwaarschijnlijkheden oud en nieuw_STOWA
(Lees: als er in 2006 eens per 10 jaar 80mm regen in vier dagen viel, viel er in 2014 eens per 10 jaar 89mm in vier dagen, enz.)

De volledige STOWA-tekst is te vinden op http://www.stowa.nl/publicaties/publicaties/nieuwe_neerslagstatistieken_voor_het_waterbeheer__extreme_neerslaggebeurtenissen_nemen_toe_en_komen_vaker_voor .

Let wel: deze cijfers zijn gemiddeld over een groter gebied.

De  derde trap is dat er in een klein gebied “boven-normatief veel” regen kan vallen. Bijv. in 2015 in het land va Heusden en Altena viel er lokaal in korte tijd meer dan twee keer zoveel regen als waar het systeem op berekend is.

 

Wat gaan GS nu doen?
In 2018 (dat is een jaar vroeger dan eigenlijk moest) gaan de waterschappen een nieuwe voortgangsrapportage schrijven. Die zal formeel getoetst worden aan het nieuwe klimaatscenario annex de nieuwe STOWA-cijfers. Op verzoek van GS maken de waterschappen een indicatieve tussenrapportage in 2016.

Verder gaan GS met de waterschappen in overleg over maatregelen om de gevolgen van “boven-normatieve” lokale hoosbuien te verlichten. Die krijgen een plaats in de uitvoeringsagenda van het Provinciaal Milieu- en Water Plan. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een eerdere studie van het (Gelderse) waterschap Rivierenland.

Tenslotte gaan GS in overleg met gemeenten over de, soms ernstige, wateroverlast in stedelijk gebied (zie Tilburg en het noodweer van 28 juli 2014)

 

Maar denk ook aan droogte!
De bevolking heeft, niet onbegrijpelijk, de sterke neiging zich het meest bezig te houden met de meest verse ellende. En dat is nu teveel water.
Maar het meer extreme weer, dat het klimaat ons brengt, kan ook betekenen dat er meer extreme droogtes komen. Een boer koopt er weinig voor als voorkomen wordt dat zijn oogst in het ene jaar verzuipt en in het andere jaar verdroogt. Er is dus een totaalplaatje nodig. Daartoe is het Deltaplan Hoge Zandgronden ontworpen ( Het Deltaplan hoge zandgronden)

Longfonds tegen houtrook

Op 7 en 8 juni 2016 vond het jaarlijkse VNG-congres plaats (Vereniging Nederlandse Gemeenten). Tijdens het congres hebben de gemeenten Amersfoort en Leeuwarden een motie ingediend tegen houtrook (dit overigens tegen de zin van de Leeuwardense VVD). Uit de tekst blijkt dat de motie betrekking heeft op houtstook door huishoudens die dicht op andere huishoudens wonen.
De motie is aangehouden, omdat de VNG-leiding vond dat er nog teveel onduidelijk was. Er zijn mensen die dat uitstel nergens goed voor vonden, maar hoe dan ook, de VNG-leiding ging er mee aan de slag.
Een van de initiatieven betreft een enquête onder de leden, de Nederlandse gemeenten.

In een brief aan die leden (dd 23 juni 2016) geeft het Longfonds (voorheen Asthmafonds) weer wat zijn standpunt is.
In 2011 telde Nederland volgens TNO bijna een miljoen kachels en open haarden, een aantal dat toeneemt vanwege het duurzame en goedkope imago. De subsidie op pellets werkt dit verder in de hand, en werkt er aan mee dat de stookinrichtingen meer uur per jaar aan staan. Daarnaast neemt ook het aantal vuurkorven en terrashaarden toe. Het CBS schat in dat ca 10% van de bevolking hinder ondervindt door houtrook.

Huishoudelijke houtkachels verspreiden fijn stof, PAK’s, vluchtige organische stoffen en koolmonoxide. Voor fijn stof zijn ze, qua orde van grootte, te vergelijken met het verkeer.

Oorzaken van Eindhovense verschillen in PM2.5
Oorzaken van Eindhovense verschillen in PM2.5

In Nederland lijden ca een miljoen mensen aan een longziekte. Ook ouderen, kinderen en mensen met een hart- of vaatziekte behoren bij de risicogroep.

Het longfonds adviseert:
–  stop de landelijke subsidie op pelletkachels
–  stel een stookverbod in bij bepaalde weersomstandigheden en handhaaf dat
–  maak in nieuwbouwwijken houtstook technisch onmogelijk
–  bouw een houtstook-ontmoedigingsbeleid op
–  steun initiatieven zoals bijv. de gezamenlijke aanleg van zonneboilers
–  relativeer door voorlichting het duurzame imago van houtstook, en maak de gezondheidseffecten duidelijk

Houtpellets
Houtpellets

Het probleem is dat er een wetswijziging nodig is om gemeenten in staat te stellen handelend op te treden. Nu lukt dat niet. De motie geeft hier-
over meer uitleg.

De brief van het Longfonds zie vngenquetehoutrook-standpuntlongfonds_23juni2016
De VNG-motie zie motie_aanpak_houtrook_tbv_vng_congres_-_gemeente_amersfoort-leeuwarden
Een eerder artikel op deze site zie Houtrook op Strijp T ongevaarlijk?

Mijn eigen mening:
Ik deel het standpunt van het Longfonds,
–  wel voor zover zich dat richt tegen hout stoken door huishoudens in relatief dicht bevolkte gebieden. De tekst van de motie lijkt daar ook op te wijzen, maar het staat er niet met zoveel woorden. Ik vind dat het voor plattelandswoningen op grote afstand van hun buren, met eigenaren die vaak eigen hout hebben, anders ligt.
–  niet voor zover het standpunt zich richt tegen grootschalige, professioneel geleide installaties met een  deugdelijke rookgasbehandeling
–  met de kanttekening dat het woord ‘duurzaam’ inmiddels een vreselijk  containerbegrip geworden is. Het eigen standpunt, over wat dan ook, heet altijd duurzaam en alles wat voor vies en voos uitgescholden wordt als onduurzaam betiteld. Men framet zodoende het eigen gelijk per definitie.
Ik gebruik het woord ‘duurzaam’ in de oude, beperkte zin van het woord, als kenmerk van een productieproces of energieopwekking die de natuurlijke hulpbronnen in stand laat. Hout stoken kan duurzaam zijn als de bron even hard aangroeit als het hout verbruikt wordt.
Ik heb dus geen algemeen afkeurend standpunt tegen het verstoken van biomassa, mits dat goed gebeurt. Zie De biomassacentrale Meerhoven en het overige Eindhovense biomassaprogramma .
–  want uiteraard moet bij zowel onduurzaam als duurzaam stoken aan emissie-eisen voldaan worden. Huishoudens kunnen dat niet, want die gebruiken vaak vervuild hout en andere niet-kosjere materialen, halen vaak een veel te lage verbrandingstemperatuur en hebben geen rookgasbehandeling.
haardvuur

 

Brabantse beschikkingen in de SDE+ regeling, 1ste tranche

Ik heb in mijn vorige artikel ( Beschikkingen SDE+ regeling voorjaar 2016 bekend (nationaal) ) over de landsbrede SDE+ – beschikkingen voorjaar 2016 gezegd dat ik nog wat zou gaan grasduinen. Conform de focus van deze website heb ik naar Brabant gekeken.

Zie eerst wat statistiek. De details zijn te vinden in SDE+ 2016 voorjaar-tabel Brabant  .

Samenvatting Brabantse beschikkingen 2016 voorjaar, deel 1
Samenvatting Brabantse beschikkingen 2016 voorjaar, deel 1
Samenvatting Brabantse beschikkingen 2016 voorjaar, deel 2
Samenvatting Brabantse beschikkingen 2016 voorjaar, deel 2

Vooraf: ik heb alleen de lijst met antwoorden gezien, niet de lijst met aanvragen. Ik kan dus niet beoordelen er in hoeverre er significant verschil is tussen beide. Het enige voor de hand liggende verschil is dat in de beschikkingen t.o.v. de aanvragen onevenredig veel goedkope of onvermijdbare projecten zitten.
Bij gebrek aan beter ga ik er van uit dat er geen ander significant verschil is.

Wat valt op?

Er is extreem veel biomassavermogen toegekend.
Landelijk ging 67% van het nieuw beschikte vermogen naar biomassa. In Brabant is dat, het is niet geheel onverwacht, meer, maar wel erg veel meer. In Brabant ging 94% van het nieuw beschikte vermogen naar biomassa.
Sommige mensen in linkse partijen en de milieubeweging vinden het bon ton om (zonder veel kennis van zaken) op energie uit biomassa te schelden. Misschien moesten ze dat toch maar eens wat minder gaan doen en op zijn minst afzonderlijke situaties eerst analyseren.
Van dat nieuwe Brabantse biomassavermogen ging 63% naar de bij- en meestook in de Amercentrale, en 30% naar de stadsverwarming in Tilburg en Breda.

De locatie van de Amercentrale
De locatie van de Amercentrale

Wat gebeurt er met de Amer-9?
De bij- en meestook in de Amercentrale houdt op als de regering deze kolencentrale (de Amer-9) inderdaad gaat sluiten. Die kans is niet gering.
Het sluiten van de Amer-9 heeft een voordeel en twee nadelen.
Het voordeel is dat er geen CO2 uit kolen meer in de lucht komt. Het eerste nadeel is dat er vooralsnog hetzelfde vermogen uit gas zal worden opgewekt, waarbij ook CO2 vrijkomt, maar minder. Voor het klimaat is dit per saldo winst.
Het tweede nadeel is dat de meegestookte biomassa goed is voor 8,8PJ per jaar. Brabant wil in 2020 toegroeien naar ca 40PJ duurzame energieopwekking, en die 8,8PJ is daarvan een slok op een borrel.
amercentrale_afb5_kolenband

Geen wind en geen zonneboilers toegekend
Ik vind het typisch dat er in Brabant niet één windenergieproject en niet één zonne-thermie project toegekend is. Elders in den lande zijn die wel toegekend.

Zonne-energie (PV) versnipperd
Wat in het oog springt is dat onevenredig veel zonnepaneel-projecten (157 van de 179) onevenredig weinig vermogen opleveren (32,8 van de 701,9MW), en nog onevenredig minder van de productie (0,11 van de grofweg 10 a 15PJ die in totaal toegevoegd zijn inclusief de Amer-9).
Vanwege de veel ruimere bedrijfstijd levert het ene nieuwe geothermieproject met 0,17PJ per jaar al meer op dan alle zonnepanelen samen.
Wil zonne-energie (PV) kwantitatief zoden aan de dijk gaan zetten in Brabant, dan moeten er heel veel oppervlak komen. Dat halen we niet met alleen maar een heleboel goedbedoelde, maar versnipperde kleine projecten.
Op de vliegbasis Eindhoven zou bijv. veel meer kunnen staan als de 80kWpiek die Eindhoven Airport op zijn dak mag gaan plaatsen (Rotterdam Airport plaatst bijvoorbeeld 500kWpiek).

Mestvergisting
Op mestgebied wordt het leven van vijf bestaande installaties verder voortgezet. Die werken als WKK-installatie (maken warmte en stroom). 13,6MW bij 5855 bedrijfsuur per jaar, dus ze leveren 0,29PJ per jaar.
Bij “verlengde levensduur mestcovergisting WKK” gaat per kWh 7,1 cent subsidie, bij nieuwe installaties van dit type 8,5 cent/kWh en bij zonnepanelen per kWh 9,3 cent.
Men kan van alles vinden van mestcovergisting, maar ze zijn in de SDE+ 2016 rendabeler dan zonnepanelen.

Mestvergister
Mestvergister

Gemeenten
Geen enkele Brabantse gemeente is als zodanig in de prijzen gevallen. In den lande is het in 2016, eerste tranche, alleen de gemeente Korendijk gelukt om SDE+ subsidie te krijgen. Het kan dus wel en  in 2014 waren er 181 beschikkingen voor gemeentelijke overheden. Waarom nu niet, is mij niet bekend. Niet aangevraagd?

Bedrijven en instellingen hebben samen 179 beschikkingen gevangen die in Brabantse gemeenten terecht zijn gekomen. Daarvan onwaarschijnlijk veel in de gemeente Breda. Die heeft er meer dan de volgende 10 samen. Van die 59 Bredase beschikkingen lijkt het grootste deel van commerciele huize.
Als de gemeente Breda hierop beleid gezet heeft, zou ik graag dat beleid vernemen. Misschien kunnen andere gemeenten ervan leren.

Beschikkingen SDE+ regeling voorjaar 2016 bekend (nationaal)

De SDE+ regeling geeft exploitatiesubsidie aan duurzame energieprojecten. Het budget over 2016 bedroeg aanvankelijk €8,0 miljard, verdeeld over twee gelijke tranches. Nadien is er voor de tweede tranche (die in september opengesteld wordt) nog een miljard naar voren gehaald.
Voor nadere uitleg zie ook Voorbeelden van de SDE+ regeling
Als aanvullende uitleg: De kop “Beschikte productie (MWh)” en “Maximale subsidie (€)” moet men cumulatief opvatten over de subsidieduur (die 12 of 15 jaar bedraagt). Boekhoudkundig wordt het bedrag in één keer weggezet. Een bepaald concreet initiatief verschijnt dus maar één keer in de statistiek, nl bij de eerste beschikking. In beginsel zijn dus alle posten nieuw.

Inmiddels zijn de beschikkingen bekend op de aanvragen, die t.b.v. de eerste tranche ingediend zijn. Op een budget van €4,0 miljard lag er voor €8 miljard aan aanvragen. Lang niet alles is dus aan de beurt gekomen.

De website van RVO publiceerde de resultaten. Zie http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/sde/stand-van-zaken .

Het totaal aan beschikkingen per techniek:
beschikte bedragen per techniek

Deze tabel komt uit het eindoverzicht kamerbrief-tweede-openstellingsronde-sde-2016
Elke categorie bestaan uit concrete projecten. Die staan in een Excel-bestand Tabel met beschikte projecten SDE voorjaar 2016.

De toegekende projecten zijn ruimtelijk verdeeld als in het kaartje
hieronder.
Wat uitleg:
— Let wel dat er vier indelingscriteria zijn: op aantal, op geld, op vermogen en op energieproductie (die hangt, behalve van het vermogen, ook van de bedrijfstijd af)
—  projecten werden in volgorde van oplopende kWh-prijs afgewerkt.
—  de tabel is exclusief wind op zee

SDE+projecten eerste helft 2016_overzicht

Wat eerste conclusies:
—  gemeten naar aantal winnen de zonnePV-projecten afgetekend (831 stuks)
—  gemeten naar vermogen wint de biomassa met 964MW ruim (dat is incl. de post mee- en bijstook in kolencentrales) Maar ook zonder die post is biomassa de grootste post. Het ondoordachte anti-biomassa sentiment bij sommigen verdient nadere overweging.
—  er zit maar weinig windenergie in

Ik ga er nog wel eens verder in grasduinen.

Doe je Pokémon Go en je vindt een nieuw nijlpaard – wat nu?

Er staat in Nature van 21 juli 2016 een amusant artikel over het nieuwste wetenschappelijke project, namelijk om de talloze Pokémon Go – spelers in te zetten om nieuwe diersoorten te ontdekken. Immers, dat volk kijkt in allerlei duistere hoeken en gaten en wie weet wat daar allemaal rondkruipt? Bovendien hebben ze per definitie een hele goede camera bij zich.
pokemon go_nature_juli2016

Civil Science – projecten zijn niet nieuw. Er jagen al heel lang amateurs op kometen, ze meten dubbelsterren, of luisteren (in het SETI-project) naar veronderstelde radiosignalen van aliens. Er komt soms zinvol resultaat uit (alleen nog geen aliens).

Goed, je wroet in de bosjes en je vindt een nieuw soort vlinder, vogel of nijlpaard – althans, je maakt een foto en een bevriende bioloog kent de soort niet. Wat nu?

De catalogisering van de diersoorten staat tegenwoordig online en jouw eventuele vondst kan ook online gepubliceerd worden.
Maar is een foto genoeg bewijsmateriaal? Dat leidde tot discussie. Eigenlijk vraagt de biologie om een vers lijk, maar laatst vingen twee wetenschappers in Zuid-Afrika een ‘bee fly’ (in het Nederlands een wolzwever)  die een nieuwe soort zou zijn, maar na het nemen van de foto vloog het beest weg voordat het een vers lijk werd.

Een bee fly, in het Nederlands wolzwever
Een bee fly, in het Nederlands wolzwever

Helaas, het wereldje was onverbiddelijk: je kunt het gefotografeerde beest niet op zijn rug leggen en in alle rust de genitalien bestuderen, bijvoorbeeld. Dus wie bij het Pokémonnen een nieuw soort nijlpaard op de foto gezet heeft, moet terug om het beest te vangen. Nijlpaarden lopen niet zo hard, aldus Nature.

Daarna zijn er (anders dan bij radioactieve elementen, ziekten en
planeten) geen regels.
Er bestaan slime-mould beetles die naar Dick Cheney, Donald Rumsfeld en George W. Bush genoemd zijn. Een ‘slime-mould’ is iets ongedefinieerd glibberigs dat ik met mijn lekenverstand tussen algen en schimmels positioneer. De kevers vreten dat spul. Zie http://www.livescience.com/6977-slime-mold-beetles-named-bush-cheney-rumsfeld.html .

Een slime-mould beetle
Een slime-mould beetle

Het is de vraag of deze naamgeving op prijs gesteld wordt. De Chinese ecoloog Cheng-Bin Wang noemde een nieuw ontdekte kever naar zijn president Xi Jin-Ping vanwege diens ‘leiderschap om ons moederland steeds sterker te maken’. Dat viel blijkbaar niet in goede aarde. De Chinese censuur probeerde daarna om alle verwijzingen naar de nieuw ontdekte kever van het Internet te poetsen.
Het Nature-artikel vermeldde niet wat die kever voor menu had.

Zonnepanelen die bij het dak passen

kleuraangepaste zonnepanelen-5-r
Het Amerikaanse bedrijf Sistine Solar heeft zonnepanelen ontwikkeld in diverse dessins, die beter bij het dak passen dan de standaard zwarte of blauwe. Zij beweren dat de panelen een rendement halen van 15-17% (ongeveer de gangbare commerciele standaard en minder dan de voorhoede op dit gebied). Er staat niet bij wat het kost (slechts op afspraak), maar het is wel mooi. Sommige mensen vinden dat belangrijk en daar zit iets in.
Zie  http://www.sistinesolar.com/residential.html .

Een praktijkvoorbeeld:
kleuraangepaste zonnepanelen-3en4-r
Let wel:  het is reclame en het rechtse plaatje lijkt te mooi om ongefotoshopt waar  te zijn (of de dakpannen zijn bij het paneel uitgezocht),  maar het zal wel kloppen  dat je meer keus hebt.

Geïnteresseerden moeten maar een afspraak maken.